Advertisement
Available languages
Available languages
nl - Vertaling van de oorspronkelijke gebruiksaanwijzing
vastzitten, doe de afdekking
aan de ACHTERKANT dicht en
draai de schroeven vast als er
geen
aangesloten hoeven te worden.
OPMERKING:
Sommige modellen kunnen voorzien zijn van een
stroomkabel met een doorsnede van 4G2,5mm2,
dit is alleen voor de interne productietest.
Controleer de spanningsval (≤4%) en vervang de
kabel door een kabel met een geschikte
doorsnede.
Aansluiten van de
4.3.3
motorstroomkabel
Als
de
motorstroomkabel
vervangen moet worden, moet er een kabel
aangesloten worden met een doorsnede die
geschikt is voor het maximale stroomverbruik van
de elektrische motor en waarbij ook rekening
gehouden
moet
worden
spanningsval (≤4%).
Zie
1.
Verzeker
schakelkast gescheiden is van de
figuur
stroomvoorziening
5, 6,
7
ingeschakeld kan worden.
2.
Maak de voorste afdekkingen (1)
en
8
en
(3)
hoofdschakelaar (2) op OFF.
3.
Draai de 4 schroeven M4x25 los en
maak
ACHTERKANT open (zie figuur 6).
4.
Laat de motorstroomkabels in de
betreffende kabeldoorvoeren (3) en
(5) lopen, zie figuur 5.
5.
Sluit eerst de aardkabel op de
betreffende aansluitklem aan en
sluit dan de andere kabels aan. Het
is een goede gewoonte om ervoor
te zorgen dat de aardkabel langer
is dan de andere kabels, zie figuur
7
en 8.
6.
Controleer of alle kabels stevig
vastzitten, doe de afdekking aan de
ACHTERKANT dicht en draai de
schroeven vast als er geen andere
kabels
worden.
I/O aansluitingen
4.3.4
De aansluitklemmen moeten gekozen worden op
basis van de applicatie en het type sensor dat
wordt gebruikt (figuur
7
zie figuur
11
t/m
64
Zie
1.
Verzeker
schakelkast gescheiden is van de
figuur 5,
stroomvoorziening
6,
7
en
ingeschakeld kan worden.
180
andere
kabels
toegevoegd
met
de
maximale
u
ervan
dat
en
niet
open
en
zet
de
afdekking
aan
aangesloten
hoeven
en 9). Voor de applicatie,
u
ervan
dat
en
niet
9
of
4.3.5
Als de zekering F1 of F2 vervangen moet worden
de
omdat hij defect is, moet hij vervangen worden
door een zekering met de juiste kenmerken.
Alarm A01 geeft aan dat de zekering F1 defect is.
Alarm A02 geeft aan dat de zekering F2 defect is.
de
Zie figuur
5, 6,
7
en
de
8
te
Analoge sensor
4.4
Een analoge sensor met uitgang 0/4-20mA is
vereist om de druk, het niveau of de temperatuur
van het systeem te tonen (zie figuur
de
Een sensor biedt de mogelijkheid van extra
functies.
Zie paragraaf
2.
Maak de voorste afdekkingen (1)
en
(3)
open
hoofdschakelaar (2) op OFF.
3.
Draai de 4 schroeven M4x25 los
en maak de afdekking aan de
ACHTERKANT open (zie figuur
6).
4.
Laat de kabels in de betreffende
kabeldoorvoeren lopen, zie figuur
5, paragraaf 4.5.
5.
Sluit
de
kabel
betreffende aansluitklemmen, zie
figuur
7
en 9.
6.
Controleer of alle kabels stevig
vastzitten, doe de afdekking aan
de ACHTERKANT dicht en draai
de schroeven vast als er geen
andere
kabels
hoeven te worden.
Vervangen van de zekering F1
of F2
1.
Verzeker
u
ervan
schakelkast gescheiden is van
de stroomvoorziening en niet
ingeschakeld kan worden.
2.
Maak de voorste afdekkingen
(1) en (3) open en zet de
hoofdschakelaar (2) op OFF.
3.
Draai de 4 schroeven M4x25
los en maak de afdekking aan
de ACHTERKANT open (zie
figuur 6).
4.
Gebruik geschikt gereedschap
om de zekering F1 (alarm A01)
of
F2
(alarm
verwijderen.
5.
Vervang de zekering op basis
van de juiste
6.
Technische
gegevens, zie
1.
7.
Doe de afdekking aan de
ACHTERKANT dicht en draai
de schroeven vast als er geen
andere
kabels
hoeven te worden.
5.3 Starten en
programmeren.
en
zet
de
aan
op
de
aangesloten
dat
de
A02)
te
Tab
aangesloten
7
en 9).
Advertisement
