Stiga PRO 25 Instructions For Use Manual page 85

Hide thumbs Also See for PRO 25:
Table of Contents

Advertisement

Available languages
  • EN

Available languages

  • ENGLISH, page 62
2.4.2 Gereedschapslift, hydraulisch (5:M)
(Pro, Pro23, Pro Svan)
De hydraulische gereedschapslift werkt alleen als
de motor loopt en het koppelingspedaal en de par-
keerrem niet zijn ingetrapt. De gereedschapslift
wordt bediend met de hendel (5:M).
De hendel heeft de volgende vier standen:
Zweefstand. Zet de hendel in de voorste
stand, waar deze wordt vergrendeld. De
gereedschapslift is nu omlaag gebracht in
de zweefstand.
In de zweefstand steunt het gereedschap
altijd met dezelfde druk op de grond en
kan het de contouren van de grond vol-
gen.
Gebruik de zweefstand bij het uitvoeren
van werkzaamheden.
Omlaag brengen. Het gereedschap gaat
onafhankelijk van het gewicht naar bene-
den.
Vergrendelen in transportstand. De
hendel staat in de neutrale stand na het
omhoog en omlaag brengen. Het gereed-
schap is vergrendeld in de transport-
stand.
Omhoog brengen. Verplaats de hendel
naar de achterste stand tot het gereed-
schap in de hoogste stand staat (trans-
portstand). Laat dan de hendel los om het
gereedschap te vergrendelen in de trans-
portstand.
2.4.3 Koppeling - parkeerrem (3:B)
Druk nooit op het pedaal tijdens het rij-
den. De krachtoverbrenging kan dan
oververhit raken.
Het pedaal (3:B) heeft de vol-
gende drie standen:
•Omhoog. De koppeling is niet
geactiveerd. De parkeerrem is
niet geactiveerd.
• Voor de helft ingetrapt. Voorwaarts rijden uit-
geschakeld. De parkeerrem is niet geactiveerd.
Volledig ingetrapt. Voorwaarts rijden uitgescha-
keld. De parkeerrem is geactiveerd maar niet ver-
grendeld. Deze stand wordt ook gebruikt als
noodrem.
2.4.4 Vergrendeling, parkeerrem (3:A)
De vergrendeling vergrendelt het koppe-
lings-/rempedaal in de ingetrapte stand.
Deze functie wordt gebruikt om de machi-
ne te vergrendelen op hellingen, tijdens
transport enz., als de motor niet draait.
Vergrendelen:
1. Trap het pedaal (3:B) volledig in.
2. Verplaats de vergrendeling (3:A) naar rechts.
3. Laat het pedaal (3:B) los.
NEDERLANDS
4. Laat de vergrendeling (3:A) los.
Ontgrendelen:
Trap het pedaal (3:B) volledig in en laat het weer
los.
2.4.5 Rijden - bedrijfsrem (3:F)
Het pedaal regelt de versnelling tussen de motor en
de wielen (= de snelheid). Wanneer het pedaal om-
hoog staat, wordt de bedrijfsrem geactiveerd.
Op het bovenste gedeelte van het pedaal bevindt
zich een passtuk. Deze pasplaat kan in drie standen
worden gezet, aangepast aan de voet van de be-
stuurder.
2.4.6 Stuur (3:D)
De hoogte van het stuur is volledig instelbaar.
Draai de instelknop (3:E) op de stuurkolom los en
stel het stuur op de gewenste stand in. Draai de
knop weer vast.
2.4.7 Gashendel (4, 5:G)
Voor het instellen van de toerentallen.
2.4.8 Chokehendel (4, 5:H)
Trekhendel om te choken bij koude start.
Rijd nooit met uitgetrokken choke als de motor
warm is.
Vertaling van de oorspronkelijke gebruiksaanwijzing
Als de machine niet remt zoals ver-
wacht als het pedaal wordt losgelaten,
moet het linkerpedaal (3:B) worden ge-
bruikt als noodrem.
1. Pedaal voorwaarts
– de machine gaat vooruit.
2. Pedaal onbelast
– de machine staat stil.
3. Pedaal achterwaarts
– de machine rijdt achteruit.
4. Minder druk op het pedaal
– de machine remt.
Verstel het stuur nooit tijdens het rij-
den.
Draai nooit aan het stuur als de machi-
ne stilstaat en het gereedschap ín de
werkstand staat. De kans bestaat dat
het stuurbekrachtigingmechanisme
wordt overbelast.
1. Vol gas - bij gebruik van de machine al-
tijd vol gas geven.
2. Stationairloop.
1. Hendel volledig uitgetrokken - choke-
klep in de carburateur gesloten. Voor kou-
de start.
2. Hendel ingedrukt. Chokeklep open.
Voor starten met warme motor en tijdens
het rijden.
NL
85

Hide quick links:

Advertisement

Table of Contents
loading

This manual is also suitable for:

Pro svanPro 20Pro 16

Table of Contents