Montage; Het Toestel Plaatsen; Aansluiting Verwarmingswater En Veiligheidsventiel - STIEBEL ELTRON HSBC 200 Operation And Installation Manual

INSTALLATIe

Montage

11. Montage

11.1 Het toestel plaatsen

f Neem bij plaatsing de minimumafstanden in acht (zie hoofd- f
stuk "Voorbereidingen / Montageplaats").
f Oneffenheden van de vloer kunnen met de verstelbare voeten f
worden gecompenseerd.
11.2 Aansluiting verwarmingswater en
veiligheidsventiel
11.2.1 Veiligheidsaanwijzingen
Materiële schade
!
De verwarmingsinstallatie waarop het toestel wordt
aangesloten, moet door een installateur worden geïn-
stalleerd in overeenstemming met de waterinstallatie-
schema's in de planningsdocumenten.
Materiële schade
!
Wanneer bijkomende afsluitkleppen ingebouwd worden,
dient u een bijkomend veiligheidsventiel toegankelijk aan
te brengen op de warmtegenerator of in de onmiddellijke
nabijheid ervan in de aanvoerleiding.
Tussen de warmtegenerator en het veiligheidsventiel mag
geen afsluitklep gemonteerd zijn.
Zuurstofdiffusie
Materiële schade
!
Vermijd open verwarmingsinstallaties en vloerverwar-
mingen met niet-zuurstofdiffusiedichte kunststofleidin-
gen.
Bij vloerverwarmingen met niet-zuurstofdiffusiedichte kunst-
stofleidingen of open verwarmingsinstallaties kan door zuur-
stofdiffusie corrosie optreden aan de stalen delen (bijv. aan de
warmtewisselaar van de warmwaterboiler, aan buffervaten, stalen
verwarmingselementen of stalen buizen).
Materiële schade
!
De corrosieproducten (bijv. roestslib) kunnen in de com-
ponenten van de verwarmingsinstallatie neerslaan en
door vernauwing van de doorsnede vermogensverlies of
storingsuitschakelingen veroorzaken.
Voedingsleidingen
f Afhankelijk van de uitvoering van de verwarmingsinstallatie f
(drukverliezen) kan de maximaal toegelaten leidinglengte
tussen het toestel en de warmtepomp variëren. Als richt-
waarde moet worden uitgegaan van een maximale lei-
dinglengte van 10 m en een leidingdiameter van 22-28 mm.
f Bescherm de aanvoer- en retourleiding tegen vorst door ze f
voldoende te isoleren.
f Bescherm alle voedingsleidingen door een mantelbuis tegen f
vocht, schade en UV-straling.
f Sluit de hydraulische aansluitingen met een vlakke afdichting f
aan.
96 | HSBC
Drukslangen tegen geluidsoverdracht:
Het toestel en de warmtepomp worden via buizen met verwar-
mingswater hydraulisch met elkaar verbonden. Om de overdracht
van waterzijdige mechanische trillingen te verminderen moet het
toestel met drukslangen worden aangesloten op de warmtepomp
(niet vereist bij WPL 15-25 A).
Drukverschil:
Wanneer het beschikbare externe drukverschil wordt overschre-
den, kunnen drukverliezen in de verwarmingsinstallatie tot een
verlaagd verwarmingsvermogen leiden.
f Let er bij het aanleggen van de buizen op dat het beschikbare f
externe drukverschil niet wordt overschreden (zie hoofdstuk
"Technische gegevens/Gegevenstabel").
f Let bij de berekening van de drukverliezen op de aanvoer- en f
retourleidingen en het drukverlies van de warmtepomp. De
drukverliezen moeten door het beschikbare drukverschil ge-
dekt worden.
11.2.2 Monteer evt. toebehoren van de pompmodule
Voor uitbreiding met een gemengd verwarmingscircuit kunt u als
de toebehoren verkrijgbare pompmodule HSBC-HKM monteren.
- aansluitbuizen
- voorgemonteerde aanlegtemperatuurregelaar
- Circulatiepomp verwarmingscircuit
- 3-weg mengklep met servomotor
- 2 kunststof borgschijven
- Bedienings- en installatiehandleiding van de circulatiepomp
van het verwarmingscircuit
f Verwijder de EPS-vormstukken aan de HSBC-zijde. f
f Verwijder de wartelmoeren op de aansluiting "Retour verw. f
gemengd".
www.stiebel-eltron.com