50A11 – exorotatie instellen
Benodigde materialen: elementen voor exorotatie 29A222
1) Maak de klittenbandverbinding van de bovenarm- en onderarmbekleding
los, zodat u de onderarmbekleding van het buisframe kunt afhalen (zie
afb. 4).
2) Verwijder de borgpennen.
3) Trek het onderarmelement eraf en vervang deze door het geselecteerde
element voor de exorotatie (zie afb. 5). De exorotatie kan worden inge
steld op 10°, 20° of 30°.
4) Maak het buisframe weer vast met de borgpennen en dek het frame af
met de onderarmbekleding.
5) Verbind de onderarm- en bovenarmbekleding weer met het klittenband.
5.3 Aanbrengen
LET OP
Gebruik van een versleten of beschadigd product
Beperkte werking
► Controleer het product telkens voor gebruik op functionaliteit, slijtage
en beschadigingen.
► Een product dat niet meer functioneel is of versleten of beschadigd is,
mag u niet langer gebruiken.
>
De arm van de patiënt is gebogen.
1) Open de schouderriem, de tailleriem en de armriemen.
2) Leg de orthese van onder af tegen de arm en de romp en leg de schou
derriem diagonaal over de contralaterale (gezonde) schouder (zie
afb. 6).
3) Plaats de schoudervulling die aan de schouderriem is bevestigd direct
tegen de nek.
4) Leid de riem door de schuifgesp die op het rompgedeelte is aange
bracht en bevestig deze. Door de klittenbandbevestiging kan de positie
van de schuifgesp individueel worden aangepast.
5) Leid de tailleriem door de schuifgesp en bevestig deze (zie afb. 7). De
hoogte van de tailleriem die met klittenband is bevestigd, kan individueel
worden aangepast.
6) Pas de positie van de handsteun met klittenbandbevestiging aan (zie
afb. 8).
56