DeVilbiss PulseDose LT Series Instruction Manual page 53

Compact conserving device
Table of Contents

Advertisement

Available languages
  • EN

Available languages

  • ENGLISH, page 1
104
V e e l g e s t e l d e V r a g e n e n A n t w o o r d e n
canula wordt de tegendruk te groot waardoor de hoeveelheid afgegeven
zuurstof daalt.
OPMERKING– Toediening van zuurstof via de PulseDose-modus vindt plaats met zeer
korte "stoten". Er wordt niet tijdens het hele inademingsproces zuurstof
toegediend. De toedieningsduur van zuurstof in de PulseDose-modus is
voor elke ademteug gelijk. Deze duur wordt ingesteld op basis van de
zuurstofdosis die is ingesteld op het zuurstofbesparingsapparaat
(voorgeschreven instelling).
OPMERKING– Het PulseDose-apparaat is zodanig ontworpen dat niet vaker dan één per
1 1/2 seconde een zuurstofstoot wordt afgegeven. Als de
ademhalingsfrequentie hoger is dan 40 ademhalingen per minuut zorgt
deze functie ervoor dat te veel zuurstof wordt toegediend door niet op
elke ademteug te reageren.
OPMERKING– Houd, als u NiMH-batterijen gebruikt, nauwkeurig in de gaten wanneer het
lampje Batterij bijna leeg rood gaat knipperen. U wordt geadviseerd een
volledig opgeladen setje alkalinebatterijen in reserve te houden en deze te
plaatsen zodra het rode lampje Batterij vervangen continu blijft branden.
V. Hoe werkt PulseDose? Hoe weet het apparaat wanneer ik inadem?
A. Tijdens het inademen beweegt uw middenrif omlaag waardoor de druk in
de longen daalt. Via de neus en mond stroomt lucht naar binnen om de
druk weer op peil te brengen. Deze negatieve druk is tevens in de neus
en mond aanwezig bij het inademen. Dit druksignaal verplaatst zich via
de neuscanule naar een druksensor in het PulseDose
zuurstofbesparingsapparaat. Een elektronisch circuit opent vervolgens
een elektrisch ventiel waarbij een exact afgemeten dosis zuurstof wordt
toegediend. Als het ventiel wordt gesloten, is de sensor gereed voor het
detecteren van de volgende inademing.
V. De zuurstofstoot lijkt zo kort. Krijg ik echt genoeg zuurstof binnen?
A. Ja. Het PulseDose-apparaat geeft een exacte dosis zuurstof af bij een
relatief hoge stroomsnelheid aan het begin van elke inademing. Hierdoor
kan de zuurstof diep in de longen doordringen en zo een optimale
uitwerking hebben. Bij PulseDose hoeft minder zuurstof te worden
toegediend om hetzelfde therapeutische effect te bereiken als bij
continue zuurstoftoediening.
V e e l g e s t e l d e V r a g e n e n A n t w o o r d e n
V. Ik hoor de zuurstofstoot niet. Werkt de PulseDose-modus wel?
A. Als u de zuurstofstoot niet kunt horen, hoeft u alleen maar naar het
groene PulseDose-lampje te kijken om u ervan te vergewissen dat het
apparaat werkt op basis van uw ademhaling. Daarnaast kunt u het
uiteinde van de canule voor uw lippen houden terwijl u inademt door de
mond. U voelt dan de zuurstofstoot. Het PulseDose-apparaat houdt niet
de hoeveelheid beschikbare zuurstof in de gaten. Controleer van tijd tot
tijd de zuurstofmeter om vast te stellen of de zuurstofvoorraad nog
voldoende is. Als de zuurstoffles leeg raakt, blijft het groene PulseDose-
lampje continu branden om aan te geven dat het
zuurstofbesturingsapparaat wordt aangestuurd door de ademhaling.
V. Waar kan ik geen canule gebruiken die langer is dan 10m?
A. De PulseDose-aansturing wordt niet merkbaar beïnvloed door de lengte
van de canule, maar de zuurstoftoediening wél. Als de canule langer is
dan 10m, wordt de zuurstofstoot vertraagd. Het therapeutische moment
tijdens de ademhalingscyclus ligt vast. Als de zuurstof niet op dat exacte
moment wordt toegediend, heeft de patiënt er niet de gewenste baat bij.
V. Ik heb altijd luchtbevochtigers gebruikt in combinatie met zuurstof.
Moet ik een luchtbevochtiger gebruiken bij het PulseDose-apparaat?
A. Nee. Het PulseDose-apparaat is niet in staat de ademhaling te detecteren
ten gevolge van het water in de luchtbevochtiger. Ook is volgens veel
patiënten bevochtiging overbodig bij gebruik van het PulseDose-apparaat.
Zij vinden dat een PulseDose-apparaat comfortabeler is omdat het een zeer
kleine hoeveelheid zuurstof afgeeft in de eerste fase van de
ademhalingscyclus, terwijl voor de rest alleen normale kamerlucht wordt
ingeademd.
V. Als ik sneller ademhaal, wordt er niet bij elke ademteug een
zuurstofstoot toegediend. Heb ik niet altijd een dosis nodig?
A. Omdat het PulseDose-apparaat met de patiënt meeademt, heeft het een
bovengrens (40 ademhalingen per minuut) die ervoor zorgt dat u niet te
105

Advertisement

Table of Contents
loading

Table of Contents