Download Print this page

Danfoss Optyma Light Commercial Instructions Manual page 21

Hide thumbs Also See for Optyma Light Commercial:

Advertisement

Available languages
  • EN

Available languages

  • ENGLISH, page 1
Instructies
5 – Vacumeren
Vacumeren (N2, T2, A01 en A04)
Bijlage C Fig. 2. De onderstaande
procesbeschrijvingen zijn gebaseerd
op de weergegeven apparatuur.
1. Zuigafsluiter
2. Persafsluiter
3. Aansluiting naar zuigzijde
4. Afsluiter naar vacuümpomp
5. Afsluiter naar vulcilinder
6. Aansluiting naar perszijde
7. Afsluiter naar perszijde
8. Afsluiter naar zuigzijde
9. Aansluiting naar vacuümpomp
10. Aansluiting naar vulcilinder
Sluit de persleiding aan op de zuigafsluiter (1)
van de unit.
Sluit de zuigleiding via de filterdroger aan
op de persafsluiter (2).
Maak de aansluiting (3) tussen de
verdeelconnector en de serviceconnector
van de zuigafsluiter (1).
Maak de aansluiting (6) tussen de
verdeelconnector en de serviceconnector
van de persafsluiter (2).
Maak de aansluiting (9) tussen de vacuümpomp
en de verdeelleiding (4).
Maak de aansluiting (10) tussen de vulcilinder
en de verdeelleiding (5).
Verwijder de beschermdoppen van de spindels
van afsluiter (1) en (2).
Open afsluiter (4), (7) en (8). Open afsluiter
(1) en (2) tot de middenpositie. Start de
vacuümpomp.
Vacuümpompen die gewoonlijk worden
gebruikt voor chloorhoudende koudemiddelen,
kunnen niet worden gebruikt met R134a,
R404A/R507 en R452A.
Alleen een vacuümpomp met speciale
polyolesterolie mag worden gebruikt bij
systemen met koudemiddel dat FCKW,
HFCKW en HFKW bevat.
(Neem contact op met de pompleverancier.)
Vacumeren (T0, A00)
Het vacumeren verloopt via de compressor
en vervolgens via de procesaansluiting na
volledige aansluiting op het koelcircuit.
Plan voldoende tijd voor het vacumeren,
aangezien dat alleen plaatsvindt aan de
lagedrukzijde, tenzij er aanvullende maatregelen
zijn genomen om het vacumeren te versnellen.
Vacuümpompen die gewoonlijk worden
gebruikt voor chloorhoudende koudemiddelen,
kunnen niet worden gebruikt met R134a en
R404A/R507. Alleen een vacuümpomp met
speciale polyolesterolie mag worden gebruikt
bij systemen met koudemiddel dat FCKW,
HFCKW en HFKW bevat. (Neem contact
op met de pompleverancier.)
6 – Elektrische aansluitingen
• Bereid de elektrische aansluitingen voor
terwijl de vacumering plaatsvindt. Start de
compressor pas als het vacuüm is opgeheven.
Verwijder de afdekking van het klemmenblok.
Sluit de kabels aan.
• Het is niet mogelijk om de unit te
starten zonder dat er een thermostaat
(1H zie Bijlage C, Fig. 2) is aangesloten
of zonder dat er een kabel tussen 1 of 2 is
aangesloten, en zonder dat L is gerealiseerd
(Bijlage C Fig. 3-16).
© Danfoss | Climate Solutions | 2022.05
Bijlage C Fig. 3. Bedradingsschema voor
het compressorplatform: P, T, N, F, S.
Bijlage C Fig. 4. Bedradingsschema voor
het compressorplatform: SC met CSR
(start- en bedrijfscondensator).
Bijlage C Fig. 5. Bedradingsschema voor het
compressorplatform: TL, FR en SC koelgroepen
met pressostaat.
Bijlage C Fig. 6. Bedradingsschema voor het
compressorplatform: SC koelgroepen met
gecombineerde hoge- en lagedrukpressostaat
en CSR (begin- en bedrijfscondensator).
Bijlage C Fig. 7. Bedradingsschema voor het
compressorplatform: MP & ML koelgroepen.
Bijlage C Fig. 8. Bedradingsschema voor
dubbele compressor, zie SC.
Bijlage C Fig. 9. Bedradingsschema
voor dubbele compressor, met 50%
van ventilatorsnelheid.
Bijlage C Fig. 10-16. Bedradingsschema
voor R290-modellen.
1A. Hoofdwikkeling
1B. Startwikkeling
1C. Startrelais
1D. Wikkelbeveiliging
1E. Startcondensator
1F. Afleidweerstand
1G. Bedrijfscondensator
1H. Thermostaat
1J. Ventilator
1K. Drukregeling
Bevestig de afdekkap van het klemmenblok
Houd ontvlambare materialen uit de buurt van
de elektrische apparatuur.
7 – Conformiteitsverklaring
• Al onze koelgroepen voldoen aan de
laagspanningsrichtlijn 2014/35/EU en
moeten tijdens de installatie worden
geïntegreerd.
• Laagspanningsrichtlijn 2014/35/EU
EN 60335-1:2012 + A11:2014- Huishoudelijke
en gelijksoortige elektrische apparaten-
Veiligheid-Deel 1: Algemene eisen – voor
alle hierboven vermelde koelgroepen met
compressorplatform FR, GS, L, P, NF, NL, PL,
SC en TL.
• Ecodesign-richtlijn 2009/125/EG,
betreffende de totstandbrenging
van een kader voor het vaststellen
van eisen inzake ecologisch ontwerp
voor energiegerelateerde producten.
• VERORDENING (EU) 2015/1095, tot
uitvoering van Richtlijn 2009/125/EG inzake
ecologisch ontwerp voor professionele
koelbewaarkasten, snelkoelers/-vriezers,
koelgroepen en proces-chillers.
• Prestatiemetingen van koelgroepen
zijn uitgevoerd volgens de norm
EN 13771-2:2007 – Compressoren
voor koelmiddelen en koelgroepen
– Prestatiebeproeving en
beproevingsmethoden – Deel 2:
Condensorunits
• De volgende goedkeuringen moeten worden
verkregen via officiële keuringsinstanties
zoals Nemko, Demko, BEAB, LCJE enz. Onder
meer EN 60335-2-24, IEC 335-2-89, IEC 79-15.
8 – Veiligheid
Belangrijke onderhouds- en veiligheidstips
De droger moet altijd worden vervangen
wanneer een systeem is geopend.
Blaas het systeem door met droge stikstof
voordat u gaat solderen.
Wanneer een defect systeem wordt geleegd,
moet het koudemiddel apart worden
verzameld. Het mag niet worden vermengd
met andere koudemiddelen en het mag
niet naar de omgeving lekken.
(Zie ook 'Installatie').
De condensor en de volledige koelgroep
moeten regelmatig worden gereinigd.
Volg de gespecificeerde onderhouds-
en reinigingsintervallen altijd op.
Werken aan componenten die onder
druk staan, is gevaarlijk.
Let op voor hete en extreem koude
componenten. Let op voor bewegende
componenten (bv. ventilator).
Zorg voor voldoende ventilatie.
Controleer of de ventilator optimaal werkt.
Houd u aan de toepassingslimieten die door
de fabrikant worden vermeld.
Als er pressostaten zijn gespecificeerd,
moeten die door vakbekwaam personeel
worden geïnstalleerd.
De bedrijfscondities moeten worden bewaakt
om een optimale werking te garanderen.
Controleer of de afsluiters (zuig- en perszijde)
volledig zijn geopend.
Zorg dat er wordt voldaan aan EN 378.
Als geforceerde ventilatie noodzakelijk is,
moet dat duidelijk worden aangegeven
(d.w.z. met een label).
Niet installeren in agressieve, vochtige
of stoffige omgeving.
Niet installeren of starten in ruimtes met
ontvlambare gassen of in installaties
die daarmee werken.
Richtlijn drukapparatuur 2014/68/EU
EN 378-2:2016
Koelgroepen zijn geen "units" volgens de PED.
De unit/installatie waarin de koelgroep is
gemonteerd/geïntegreerd, moet aan de PED
voldoen.
9 – Maximale koudemiddelvulling
We adviseren om niet meer koudemiddel
toe te voegen dan nodig is voor een juiste
werking van het koelsysteem.
Voor koelsystemen met capillair moet de
vulling worden aangepast aan het specifieke
systeemtype.
De bedrijfsvulling mag nooit meer zijn dan de
capaciteit van de condensor en het vloeistofvat.
Vermijd altijd een te grote hoeveelheid
koudemiddelvulling!
Carterverwarming
Als het niet mogelijk is de aangegeven
maximale hoeveelheid koudemiddel in de
koelgroepen T0, T2, A01, A02, A04 of T0 aan
te houden, moet er een carterverwarming
of pumpdown-transmissie worden gebruikt.
De carterverwarming moet direct over de
las worden geplaatst.
De carterverwarming verwarmt de
compressorolie tijdens stilstandperioden.
Wanneer het koelsysteem gedurende langere
tijd stilstaat, moet de carterverwarming
2-3 uur vóór het starten worden ingeschakeld.
De volgende carterverwarmingen worden
aanbevolen
TL en FR: 35 W (bestelnr. 192H2095)
SC: 55 W (bestelnr. 192H2096)
118A2994A - AN23088644237302-000301 | 21

Advertisement

loading