Table of Contents
Advertisement
Available languages
Available languages
NEDERLANDS
HYDRAULISCH OPHEF EN ROTATIE SYSTEEM
Het hydraulische systeem dat de borstels draaien laat en de afvalbak opheft en opent, wordt bediend door een
enkele tandwielpomp die aangedreven wordt door de hoofdmotor.
De rotatie van de borstels wordt rechtstreeks bestuurd door hydromotoren die in serie geschakeld zijn. Elke
functie wordt bestuurd door een 3-weg controleklep.
ONDERHOUD EN AFSTELLING HYDRAULISCH SYSTEEM
Het hydraulisch systeem dient een werkdruk van 90 bar te hebben wanneer alle borstels omlaag zijn, en een
max. druk van 130 bar geregeld met een afgesloten circuit door drukventiel op de controleklep.
1. Temperatuursensor drukolie
2. Sluitkraan drukoliecircuit: Stand A = open, Stand B= dicht
3. gruppo distributore a tre elementi
4. Drukventiel
5. Drukbegrenzer
6. Drukolie dop met peilstok
7. Drukolie reservoir
8. Drukolie fi lter
DRUK CONTROLEREN IN HET HYDRAULISCH SYSTEEM
Om de druk te controleren moet de leiding van manometer aan koppeling op controleklep geschroefd worden. Ver-
plaats hendel. Laat de motor met het max. toerental draaien, de manometer mag niet meer dan 130 bar aangeven.
Als de druk hoger dan 130bar is, met behulp van drukventiel de juiste waarde instellen.
Het gehele hydraulische circuit wordt beschermd door drukolie fi lter aan de aanzuigkant. Bij een nieuwe veegmachine
moet de drukoliepatroon na de eerste 20 werkuren vervangen worden.
Let op: Elke 40 werkuren het oliepeil controleren terwijl de olie warm is, met behulp van Drukolie dop met peilstok.
9. Hendel controleklep
10. Leiding met manometer
11. Koppeling controleklep
Voordat de patroon vervangen wordt, oliekraan dichtdraaien en na afl oop weer openen.
Controleer altijd of de patroon vervangen wordt door een nieuwe patroon van hetzelfde type.
CONTROLEKLEP
De 3-weg controleklep bestaat uit 3 onderdelen. Elk onderdeel wordt bediend door een hendel.
154
(FIG.12)
Hide quick links:
Advertisement
Table of Contents
