Hayward Control Station Owner's Manual page 106

Wandinstallatie
De bedieningskast en de (optionele) meetkamer bevestigen. De bedieningskast moet worden geïnstalleerd in een filterhok
(droog, matige temperatuur, ventilatie). Let op, zuurdampen kunnen uw apparaat onherroepelijk beschadigen. Installeer de
vloeistoftanks daarom dienovereenkomstig.
Control Station moet worden geïnstalleerd op een horizontale afstand van minstens 3,5 m (zelfs meer indien de
plaatselijke regelgeving dit eist) van het zwembad, op minder dan 1 m van een beveiligd stopcontact.
De behuizing moet verticaal worden geïnstalleerd op een vlakke ondergrond met de kabels naar beneden gekeerd. De
behuizing wordt tevens gebruikt voor het afvoeren van warmte (warmtedispersie van de inwendige onderdelen). Het is
daarom belangrijk dat de vier zijden van de behuizing niet afgedekt zijn. Control Station mag niet achter een paneel of in
een gesloten ruimte worden gemonteerd.
Voordat u de Bedieningskast op de gewenste plaats bevestigd, controleert u op de voedingskabel het beveiligd
stopcontact kan bereiken.
Koppel de filterpomp los van het zwembad, voordat u begint met installeren. Dit apparaat moet worden geïnstalleerd
overeenkomstig de normen die gelden in het land van installatie. De bedieningskast moet horizontaal worden geïnstalleerd
op een afstand van minstens 3,5 m van het zwembad (zelfs meer indien de plaatselijke regelgeving dit eist), op minder dan
1 m van een beveiligd stopcontact. Het product installeren en gebruiken op een hoogte beneden 2000 m.
De debietdetector moet rechtstreeks en stroomopwaarts van de productinjectie worden geïnstalleerd op de retourleiding.
Zorg voor een recht stuk van 25 cm voor de debietdetector. Boor vooraf een gat in de leiding voor de doorgang van de
debietdetector. Schroef de debietdetector vast in het aanboorzadel en dicht de verbinding af met teflon. Installeer het
aanboorzadel vervolgens op de leiding. Monteer de debietdetector in de juiste richting, zodat hij wordt ingeschakeld door
het debiet van de filterpomp.
De injectiekranen (zuur enz.) moeten als laatste worden geïnstalleerd op de retourleiding van het water, na alle andere
installaties (verwarming, enz.). Boor vooraf een gat in de leiding voor de doorgang van de injectiekraan. Installeer het
aanboorzadel en draai de injectiekraan vast in het aanboorzadel met behulp van de meegeleverde adapter. Dicht de
aansluitingen af met teflon.
Gebruik de flexibele transparante pvc-buis voor de aanzuigeenheid (tussen de tank en de peristaltische pomp) en de half
flexibele witte polyethyleen buis (tussen de peristaltische pomp en de injectiekraan).
Alle metalen onderdelen van het zwembad kunnen op dezelfde aardaansluiting worden aangesloten in overeenstemming
met de plaatselijke regelgeving.
ENKEL ORIGINELE RESERVEONDERDELEN VAN HAYWARD GEBRUIKEN.
Pagina 5 van 20 Control Station Rev. A