Honda GC135 Owner's Manual page 34

Hide thumbs Also See for GC135:
Table of Contents

Advertisement

Available languages
  • EN

Available languages

  • ENGLISH, page 1
2col_GC135_160_297x210_ORIZ_27lug09:297x210 (303x216) 25/09/09 13:04 Pagina 34
FUNCTIE
OIL ALERT SYSTEEM (betreffende uitvoeringen)
Het Oil Alert-systeem is bedoeld om motorschade te voorkomen als gevolg
van een te geringe hoeveelheid olie in het carter. Al voordat het oliepeil in
het carter beneden een veilig niveau daalt, zet het Oil Alert-systeem
automatisch de motor uit.
Controleer het motorolieniveau (zie pagina
36
) zodra de motor uitschakelt
en niet wil starten, voordat u naar andere oorzaken gaat zoeken.
34
GEBRUIKSCONTROLES VOORAF
IS UW MOTOR GEBRUIKSKLAAR?
Voor uw eigen veiligheid en voor een maximale levensduur van uw
apparatuur, is het van groot belang om voordat u de motor aanzet steeds
even tijd te nemen en de conditie van de motor te controleren. Los
vervolgens een eventueel gevonden probleem op of laat uw
onderhoudsdealer dit verhelpen voordat u de motor weer gebruikt.
Als u onderhoud aan deze motor verkeerd uitvoert of een
storing niet verhelpt voordat u de motor gebruikt, kunt u een
defect veroorzaken waarbij u ernstig of dodelijk letsel
oploopt.
Voer voorafgaand aan elk gebruik steeds een controle uit en
verhelp een eventueel gevonden probleem.
Zorg dat de motor horizontaal staat en is uitgezet voordat u de
gebruikscontrole verricht.
Controleer altijd de volgende punten voordat u de motor start:
Controleer de algehele conditie van de motor
1.
Kijk rondom en onder de motor of u sporen ziet van olie- en
benzinelekkage.
2.
Verwijder een teveel aan vuil of rommel, vooral rondom de
uitlaatdemper en de terugloopstarter.
3.
Let op tekenen van schade.
4.
Controleer of alle afschermkappen en deksels op hun plaats zitten en of
alle moeren, bouten en schroeven stevig vast zitten.
Controleer de motor
1.
Controleer het brandstofniveau (zie pagina
36
). Door al te beginnen met
een volle tank zorgt u dat u nauwelijks of geen werkonderbrekingen
heeft om bij te moeten tanken.
2.
Controleer het motorolieniveau (zie pagina
36
). Als de motor draait met
een te laag olieniveau, kan er motorschade ontstaan.
Het Oil Alert systeem (betreffende uitvoeringen) zorgt dat de motor
automatisch uitschakelt voordat het olieniveau daalt tot beneden een
veilige grenswaarde. Om echter het ongemak van onverwacht
uitschakelen te vermijden, is het beter het motorolieniveau altijd te
controleren voordat u de motor start.
3.
Controleer het luchtfilterelement (zie pagina
37
). Een vervuild
luchtfilterelement belemmert de luchtstroming naar de carburateur,
zodat de motor minder goed presteert.
4.
Controleer de apparatuur die door deze motor wordt aangedreven.
Neem de instructies door die bij de apparatuur aangedreven door
deze motor is meegeleverd en let op voorzorgen en procedures die u
hoort te volgen voordat u de motor start.
NEDERLANDS
BEDIENING
VOORZORGEN VOOR VEILIG GEBRUIK
Lees bij de ingebruikname van de motor de paragraaf met
VEILIGHEIDSINFORMATIE door op pagina
33
en de GEBRUIKSCONTROLES
VOORAF op pagina
34
.
Koolmonoxidegas is giftig. Het inademen ervan kan leiden
tot bewusteloosheid en zelfs de dood.
Kom niet in ruimten of bij werkzaamheden die u blootstellen
aan koolmonoxide.
Lees de instructies die bij de apparatuur aangedreven door deze motor zijn
meegeleverd en let op veiligheidsvoorzorgen die u in acht moet nemen bij
het starten, uitschakelen of gebruik van de motor.
Gebruik de motor niet op hellingen van meer dan 20°.
DE MOTOR STARTEN
1.
Trek de chokestang in de stand GESLOTEN.
DICHT
(GESLOTEN)
D
D
I
I
C
C
H
H
T
T
(
(
G
G
E
E
S
S
L
L
O
O
T
T
E
E
N
N
)
)
CHOKESTANG
De choke niet gebruiken, wanneer de motor warm of de temperatuur van
de lucht hoog is.
2.
Verzet de bedieningshendel.
Regelhendel met motorstopfunctie:
Druk de regelhendel van de SLOW stand ongeveer 1/3 in de richting van
de FAST stand.
BEDIENINGSHENDEL
SNEL
(FAST)
LANGZAAM
(SLOW)
STOP
LANGZAAM
(SLOW)
STOP
Regelhendel met uitsluitend motorstopfunctie:
Druk de regelhendel naar de ON stand.
BEDIENINGSHENDEL
AAN
(ON)
A
A
A
A
N
N
(
(
O
O
N
N
)
)
3.
Trek iets aan de starterhandgreep totdat u weerstand voelt en trek dan
snel en stevig in de pijlrichting zoals hieronder getoond. Laat het
startkoord rustig terugrollen.
HANDGREEP STARTKOORD
T
T
r
r
e
e
k
k
r
r
i
i
c
c
h
h
t
t
i
i
n
n
g
g
Laat de starterhandgreep niet terugslaan tegen de motor. Laat het
startkoord langzaam terugrollen om schade aan de starter te voorkomen.

Hide quick links:

Advertisement

Chapters

Table of Contents
loading

This manual is also suitable for:

Gc160

Table of Contents