Download Print this page

protech nitro fun 12 Instruction Manual page 13

1/10 scale gas powered racing car
Hide thumbs Also See for nitro fun 12:

Advertisement

Getrokken positie > Vooruit
Neutrale positie > Motor draait stationair en de rem is lichtjes geactiveerd
Gedrukte positie > De rem is geactiveerd
STUURWIEL
Linkse positie > De auto stuurt naar links
Rechtse positie > De auto stuurt naar rechts
• Regel de stuurservo zo af dat de auto een rechte lijn rijdt. Dit kan u doen door de stuurtrim op de zender bij
te regelen.
• Controleer goed of de gashendel in de neutraalpositie staat, zo ook de trim van de gas. Een slechte instelling
kan de auto op hol doen slaan.
• Controleer of de hoofdregelnaald van de carburator correct afgesteld is. De motor zal niet of slecht starten
als de hoofdregelnaald niet correct ingesteld is.
• Controleer of het luchtfi lter en de uitlaat juist zijn gemonteerd. Nooit de auto laten rijden als één van deze
beide elementen niet juist gemonteerd zijn. Dit kan ernstige schade tot gevolg hebben voor de motor.
• Controleer of de brandstofslangen niet gescheurd of beschadigd zijn.
• Gebruik een weinig olie of vet op de draaiende delen, ... enkel indien nodig. Nooit op het plastiek hoofd-
tandwiel.
• Vul de brandstoftank met modelbouwbrandstof (DAYTONA CAR 10%, nooit andere brandstof gebruiken dan
de spéciale modelbouwbrandstof)
• Start de motor (Zie paragraaf "Starten en inlopen")
NA ELK GEBRUIK
• Zet de schakelaar van de auto uit en vervolgens de zender
• Leeg de brandstoftank volledig (Laat nooit brandstof in de brandstoftank)
• Reinig de auto met een doek en een borstel (Niet met water)
• Controleer de staat van de luchtfi lter, indien nodig vervang het mousse fi lterelement
• Controleer de goede werking van de schokdempers
• Controleer of de luchtfi lter en de uitlaat goed bevestigd zijn
• Controleer goed of alle schroeven, moeren en andere onderdelen goed vast zitten.
• Gebruik een weinig olie of vet op de draaiende delen, ... enkel indien nodig
HOE DE MOTOR TE STARTEN
1. Vul de brandstoftank
2. Draai de hoofdregelnaald (1) van de carburator dicht om hem vervolgens met 2 toeren te openen.
3. Druk 5 tot 6 maal op het pompje om de brandstof aan te zuigen.
4. Sluit de gloeiplugstekker met zijn batterij op de gloeiplug aan. Laat de stekker op zijn plaats zitten en geef
50 % gas.
5. Start de motor met korte trekjes aan de trekstarter. Trek voorzichtig met herhalende en korte trekjes. Trek
het touw nooit verder als 25 cm.
6. Als de motor niet start, ga dan niet verder ! Als de motor teveel brandstof heeft, draai dan de gloeiplug uit
de motor en trek ongeveer 10 keer aan de trekstarter tot de motor weer leeg is. Let op voor de ogen ! Blaas
op de gloeiplug om het gloeidraadje van de gloeiplug te drogen. Hermonteer de gloeiplug en start terug
van stap 4.
HOE DE MOTOR INLOPEN
De motor moet eerst goed ingelopen worden alvorens met het model echt te gaan rijden.
Zoek een zuivere en goed geventileerde ruimte. Plaats het model op een verhoogje zodat de wielen vrij van de
grond kunnen draaien.
Vul de brandstoftank en start het model zoals voorheen beschreven werd. Laat de motor op leegloop draaien tot
de brandstoftank leeg is. Laat de motor afkoelen en vul de brandstoftank opnieuw voor een nieuwe inloopses-
sie. Regel de gastrim zo dat de wielen niet aangedreven worden.
Na deze inloopperiode kan het model gereden worden. Dit dient traag te gebeuren voor een periode van 2 tot
3 tankvullingen.
Vermijd de volgas positie tijdens het inlopen.
Een nieuwe motor reageert minder snel op het gasgeven en het is zelfs mogelijk dat de motor afslaat tijdens
het inlopen. In dit geval de motor herstarten en meer progressief gas geven.
CONTROLELIJST
STARTEN EN INLOPEN
Fun 4WD - 13

Advertisement

loading