LET OP
• Schakel het apparaat onmiddellijk uit en neem con-
tact op met uw klantendienst:
- Bij ongewone trillingen of geluiden.
- Als de motor overbelast lijkt te zijn of een ver-
keerde bougie heeft.
• Houd afschermingen, ventilatieroosters en motor-
behuizingen zo stof- en vuilvrij mogelijk. Wrijf het
apparaat met een droge doek na of blaas het uit
met perslucht bij lage druk.
• Wij adviseren om het apparaat direct na elk gebruik
te reinigen.
• Reinig het apparaat regelmatig met een vochtige
doek en wat zachte zeep. Gebruik geen chemische
reinigingsmiddelen of oplosmiddelen. Deze kunnen
de kunststofonderdelen van het apparaat aantasten.
Zorg ervoor dat er geen water in het apparaat komt.
13.1 Mondstukreiniging
Als bij het indrukken van de trekker (24) een pulserend
gevoel optreedt, kan het mondstuk (3) vuil of verstopt
zijn en moet deze onmiddellijk worden gereinigd.
1. Om het mondstuk (3) te reinigen, schakelt u de
motor uit en stopt u de watertoevoer.
2. Maak het apparaat drukloos (zie 11.6).
3. Verwijder het mondstuk (3) van de spuitlans (17).
Zorg ervoor dat het mondstuk (3) in een veilige
richting van u af wijst.
4. Gebruik de reinigingsnaald sproeier (34) of een
kleine paperclip om het vuil uit het mondstuk (3)
te verwijderen.
5. Spoel het mondstuk (3) door met schoon water.
6. Monteer het mondstuk (3) weer op de spuitlans
(17).
7. Start de watertoevoer en start het apparaat.
13.2 Water aftappen
LET OP
Risico op materiële schade!
• Bevriezend water in het apparaat kan delen van het
apparaat verstoren.
Bewaar het apparaat in de winter bij voorkeur in
een verwarmde ruimte.
Als het apparaat in een onverwarmde ruimte is
opgeslagen, gaat u als volgt te werk:
1. Schroef de watertoevoerslang en de hoge-
drukslang (2) los.
2. Laat het apparaat maximaal 1 minuut draaien tot-
dat de pomp en de leidingen leeg zijn.
14. Onderhoud
m WAARSCHUWING
• Schakel het apparaat uit voordat u afstellings- of
onderhoudswerkzaamheden gaat uitvoeren.
• Verwijder de bougiestekker (31).
86 | NL
m GEVAAR
Gevaar voor letsel door onvoorzien inschakelen van
het apparaat.
• Voordat u aan het apparaat gaat werken, zet u de
motorschakelaar op "0/Off" en verwijdert u de bou-
giestekker.
Gevaar voor brandwonden
• Raak geen hete geluiddempers, cilinders of koel-
ribben aan.
14.1 Onderhoudsintervallen
Voor de ingebruikname:
1. Controleer het oliepeil op de olietankdop met een
oliepeilstok (12,1).
2. In het geval van melkachtige olie (water in olie), dient
u direct contact op te nemen met de klantenservice.
3. Controleer de hogedrukslang (2) op beschadigin-
gen (kans op barsten). Vervang een beschadigde
hogedrukslang (2) onmiddellijk.
Elke 25 bedrijfsuren:
1. Controleer het oliepeil op de olietankdop met een
oliepeilstok (12,1).
2. In het geval van melkachtige olie (water in olie),
dient u direct contact op te nemen met de klan-
tenservice.
Elke 50 bedrijfsuren:
1. Controleer het oliepeil op de olietankdop met een
oliepeilstok (12,1).
2. In het geval van melkachtige olie (water in olie),
dient u direct contact op te nemen met de klan-
tenservice.
3. Reinig het luchtfilter.
4. Controleer de bevestigingselementen tussen
motor en frame op scheuren en laat gescheurde
bevestigingselementen door de klantenservice
vervangen.
14.2 Onderhoudswerkzaamheden
14.2.1 Motorolie verversen (afb. 10/14)
Let op:
Voer afgewerkte olie op een milieuvriendelijke manier
af!
Het verversen van de motorolie moet bij een be-
drijfswarme motor worden uitgevoerd.
1. Zet een opvangbak voor ca. 1 liter olie klaar.
2. Apparaat op een geschikte ondergrond plaatsen.
3. Olieaftapschroef (39) openen (afb. 14).
4. Tap de motorolie af in de opvangbak die was
klaargezet.
5. Om het aftappen van de motorolie te versnellen,
kunt u de olietankdop met de oliepeilstok (12,1)
openen.
www.scheppach.com
Need help?
Do you have a question about the HCP5000 and is the answer not in the manual?