Foutcodes - Chamberlain CHSL400EVC Installation Manual

Sliding gate operator
Table of Contents

Advertisement

Available languages
  • EN

Available languages

  • ENGLISH, page 1

9. FOUTCODES

LED
Foutcode
Probleem
Druk op de zender, maar
E0
geen poortbeweging
Poort kan niet sluiten,
E1
maar kan openen.
De poort kan sluiten
wanneer ze aan de limiet
E2
openen staat, maar kan
niet openen wanneer ze
aan de limiet sluiten staat.
Druk op de zender, maar
E3
geen poortbeweging.
Druk op de zender, maar
E4
geen poortbeweging.
Druk op de zender, maar
E5
geen poortbeweging.
E6
Fout magneet
Druk op de zender, maar
E7
geen poortbeweging.
Druk op de zender, maar
E9
geen poortbeweging.
De motor stopt en keert
F1
om tijdens het openen of
sluiten.
De motor stopt en keert
F3
om tijdens het openen of
sluiten.
Druk op de zender, maar
F5
de motor heeft geen
actie.
Poort gaat achteruit
F6
tijdens het sluiten.
Druk op de zender, maar
F7
geen poortbeweging.
Druk op de zender of
F9
druk op de knop, maar de
motor heeft geen actie.
De motor stopt plotseling. Druk op de knop C button tijdens het leren van de
LE
Mogelijke reden
AP is ingesteld op 00
1) IR1 is niet aangesloten, of de draad is afgesneden.
2) IR1 draad is kortgesloten of omgekeerd aangesloten.
3) IR1 is momenteel niet uitgelijnd of geblokkeerd.
1) IR2 is niet aangesloten, of de draad is afgesneden.
2) IR2 draad is kortgesloten of omgekeerd aangesloten.
3) IR2 is momenteel niet uitgelijnd of geblokkeerd.
1) IR3 is niet aangesloten, of de draad is afgesneden.
2) IR3 draad is kortgesloten of omgekeerd aangesloten.
3) IR3 is momenteel niet uitgelijnd of geblokkeerd.
1) De sluitkantbeveiliging is niet aangesloten met een
weerstand van 8,2 kOhm.
2) De draad van de sluitkantbeveiliging is kortgesloten.
3) De sluitkantbeveiliging is ingedrukt.
1) De STOP-schakelaar is open.
2) De STOP-schakelaar is niet aangesloten.
1) De magneetschakelaar is niet of verkeerd
aangesloten.
2) Magnetisch blok valt van de schakelaar of de zekering
is gebroken.
De versterker van het bedieningspaneel voor motor 1 is
defect.
Vergissing in het geheugen van het bedieningspaneel.
De motor is geblokkeerd.
De motor blokkeert of de snelheidssensor is beschadigd.
Radiomodule defect.
Laag batterijvermogen.
Het bedieningspaneel is beschadigd.
AP-menu is gereset naar standaard fabrieksinstellingen.
limieten.
Controleer of AP is ingesteld op 00. Indien ja, wijzig dan de juiste
applicatie-instelling.
1) Controleer of IR1 niet is aangesloten, of de draad is afgesneden.
2) Controleer de IR1 aansluiting, verander indien nodig de draden.
3) Lijn de IR-zender en ontvanger uit om er zeker van te zijn dat beide
leds aan zijn, in plaats van te knipperen. Zorg ervoor dat er niets aan de
poort hangt dat de IR-blokkering kan veroorzaken.
1) Controleer of IR2 niet is aangesloten, of de draad is afgesneden.
2) Controleer de IR2 aansluiting, verander indien nodig de draden.
3) Lijn de IR-zender en ontvanger uit om er zeker van te zijn dat beide
leds aan zijn, in plaats van te knipperen. Zorg ervoor dat er niets de IR
blokkeert.
1) Controleer of IR3 niet is aangesloten, of de draad is afgesneden.
2) Controleer de IR3 aansluiting, verander indien nodig de draden.
3) Lijn de IR-zender en ontvanger uit om er zeker van te zijn dat beide
leds aan zijn, in plaats van te knipperen. Zorg ervoor dat er niets aan de
poort hangt dat op korte termijn de IR-blokkering kan veroorzaken.
1) Controleer of de 8,2 kOhm sluitkantbeveiliging goed is aangesloten en
of de 8,2 kOhm weerstand is geïnstalleerd.
2) Controleer de draden van de sluitkantbeveiliging en vervang ze indien
nodig.
3) Controleer of de sluitkantbeveiliging is ingedrukt.
1) Controleer of de STOP-schakelaar open of beschadigd is.
2) Controleer of de STOP-schakelaar is losgekoppeld. Indien ja, sluit
dan de STOP-schakelaar opnieuw aan of verander de betreffende
invoersinstelling in een andere waarde.
1) Controleer of de magneetschakelaar juist is aangesloten. Indien niet,
herstel de aansluiting.
2) Controleer of het magnetisch blok van de schakelaar is gevallen of de
zekering is gebroken.
Schakel de stroom gedurende 20 seconden uit en reset om te
controleren of het bedieningspaneel zich herstelt. Indien niet, verander
het bedieningspaneel.
Schakel de stroom gedurende 20 seconden uit en reset om te
controleren of het bedieningspaneel zich herstelt. Indien niet, verander
het bedieningspaneel.
Controleer en verwijder de blokkering. Reinig de poort.
Controleer of motor 1 blokkeert of dat de snelheidssensor is beschadigd.
Schakel de stroom gedurende 20 seconden uit en reset om te
controleren of het bedieningspaneel zich herstelt. Indien niet, verander
het bedieningspaneel.
Laad de batterij op.
Schakel de stroom gedurende 20 seconden uit en reset om te contro-
leren of het bedieningspaneel zich herstelt. Indien niet, verander het
bedieningspaneel.
Leer de limieten opnieuw.
Leer de limieten opnieuw.
16
Oplossing

Advertisement

Table of Contents
loading

Table of Contents