Uitschakeling Pomp; Installatie En Aansluiting; Installeren Van De Pomp; Elektrische Aansluiting - Grundfos MQ Series Installation And Operating Instructions Manual

4.2 Uitschakeling pomp

De pomp bevat een elektronische beveiligingsfunctie
die de pomp uitschakelt in geval van
• drooglopen,
• overtemperatuur,
• overbelasting van de motor,
• vastlopen van de motor/pomp of
• frequent starten/stoppen (de signaallamp "Alarm"
knippert), veroorzaakt door:
- lekkage in zuigleiding,
- druppelende kraan of
- lopend toilet.
De pomp zal automatisch na 30 minuten (gedurende
24 uur) herstarten bij alle type storingen indien de
Auto-resetfunctie geactiveerd is (de groene signaal-
lamp op het bedieningspaneel is aan, zie punt 5 in
de tabel in paragraaf 4.1 Bedieningspaneel).

5. Installatie en aansluiting

5.1 Installeren van de pomp

De pomp is bestand tegen zonlicht en kan zowel bin-
nen als buiten worden geïnstalleerd. Indien de pomp
buiten wordt geplaatst, is het aan te bevelen de
pomp te beschermen door middel van een geschikte
kap.
Monteer de pomp altijd op zijn voetplaat met de zuig-
aansluiting in horizontale en de persaansluiting in
verticale positie.
De pomp dient horizontaal gemonteerd te worden.
Maximaal toegestane hellingshoek: ±18° zie afb. 3.
Afb. 3
Max. ±18°
De pomp moet worden vastgezet op een stevige on-
dergrond door middel van bouten door de gaten in
de voetplaat, zie afb. 4.
Afb. 4
19,0 cm
De persaansluiting is flexibel, ± 5°, om het aansluiten
te vergemakkelijken. Gebruik nooit onnodige kracht
bij het aansluiten van de leidingen.
De pomp is uitgerust met G 1 (50 Hz) of 1" NPT
(60 Hz) draadaansluitingen voor verbinding van de
zuig en de pers, zie afb. 5.
Afb. 5
De pomp heeft een terugslagklep, die terugstromen
tijdens aanzuigen en bediening voorkomt.
Installaties met lange zuigleidingen: Bij de pomp
is een terugslagklep meegeleverd. Wij bevelen aan
deze terugslagklep in de zuigaansluiting van de
pomp te monteren.
Indien de pomp in lange leidingen is geïnstalleerd,
moeten de leidingen adequaat aan beide zijden van
de pomp ondersteund zijn, om mechanische belas-
ting op de pompaansluitingen te voorkomen. Indien
de pomp het water uit een bron betrekt, is het aan te
bevelen eveneens een voetklep aan het eind van de
zuigleiding te monteren, zie afb. 6.
Afb. 6
Voetklep
Indien een slang als zuigleiding wordt gebruikt, moet
het een type zijn welke bij onderdruk niet vervormt.
Aangezien de pomp zelfkoelend is, is er geen extra
ruimte om de pomp nodig en is er geen ventilatie
vereist.

5.2 Elektrische aansluiting

De elektrische aansluitingen en toegevoegde beveili-
ging dient te worden uitgevoerd door gekwalificeerd
personeel overeenkomstig de Nederlandse/Bel-
gische regelgeving.
Verricht geen aansluiting in de klem-
kast van de pomp tenzij de elektrische
voeding gedurende tenminste 5 minu-
ten uitgeschakeld is.
De pomp moet geaard zijn (PE).
Schakel de pomp niet in voordat deze
met water gevuld is.
65