Jøtul C 24 Installation And Operating Instructions Manual page 28

Table of Contents

Advertisement

Available languages

Available languages

NEDERLANDS
Fig 33
Minimale isolatiedikte
Minimumisolatie dikte
[mm]
70
60
50
40
30
20
10
0
0,02
0,03
0,04
RockWool BB Lambda 0,037
4.4 Externe luchtaansluiting
Waarschuwing! Zorg voor voldoende luchttoevoer van buiten
naar de ruimte waarin de haard wordt geplaatst. Bij onvoldoende
luchttoevoer kan rookgas in de kamer terechtkomen. Dit is
zeer gevaarlijk! Als u rook ruikt of als u slaperig, misselijk of
ziek wordt, kan dit erop duiden dat er rookgas in de kamer is
terechtgekomen.
Als de behuizing volledig is afgedicht en geïsoleerd en/of
uitgerust is met een mechanisch luchtafvoersysteem, moet de
kamer worden voorzien van ventilatoren of een apart kanaal
voor een extra toevoer van buitenlucht. Het kanaal voor frisse
lucht moet zo recht mogelijk zijn. Kanalen in de ruimte waarin
de haard wordt geplaatst, moeten zijn gemaakt van een
onbrandbaar materiaal zoals een fl exibele aluminium pijp met
een binnendiameter van 80 of 100 mm. Een aansluiting voor
een kanaal voor frisse lucht wordt met het product meegeleverd.
Deze aansluiting kan op drie verschillende plaatsen worden
bevestigd (fig. 2) of nadat het kanaal voor luchttoevoer
van buiten in het product is geplaatst. Een set voor externe
luchtaansluiting met luchtkanaal, wandrooster en isolatie is
als optie verkrijgbaar. Als de luchttoevoer van buiten niet via
een apart kanaal verloopt, moet de hendel (fi g. 27A) in de
open-positie worden gezet. Als de lucht naar het product via
een extern luchtkanaal verloopt, moet de hendel in de gesloten-
positie worden gezet. Zie hoofdstuk 4.11 voor de installatie van
een externe luchtaansluiting.
28
0,05
0,06
0,07
0,08
Lambda value [W/mK]
JGFW-5 Wandplaat
RockWool BB Lambda 0,046
4.5 Luchtcirculatie
Indien geïnstalleerd in een nieuwe haardombouw (fi g. 2),
moet er lucht kunnen circuleren tussen de cassette en het
metselwerk.
Min. circulatie lucht:
Onder: 350 cm2 vrije opening.
Boven: 500 cm2 vrije opening.
Dit is een veiligheidsmaat die ervoor moet zorgen, dat de
warmteopbouw binnen de haardombouw niet te groot wordt
en dat de warmteafgifte in de ruimte goed is. Als het product
wordt geïnstalleerd in een goedgekeurde haard, kunnen de
openingen aan de onderkant achterwege worden gelaten en is
het voldoende aan de bovenkant een opening aan te houden
van 100 cm2. Zie hoofdstuk 4.6.
4.6 Verspreiding warme lucht/
ventilator
Om de warme lucht vanuit de cassette te verspreiden, kan er
gebruik worden gemaakt van een of twee kanalen met een
binnendiameter van 150 mm. Heteluchtkanalen moeten zijn
gemaakt van een hittebestendig, onbrandbaar materiaal, bijv.
fl exibele aluminium kanalen. Deze kanalen kunnen extreem
heet worden en het is belangrijk, dat zij niet in contact komen
met een brandbaar materiaal. Er worden twee aansluitingen
0,09
voor de kanalen met het product meegeleverd (kanalen niet
meegeleverd).
Het probleem van kleurverandering van verf net boven de
cassette wordt beperkt door het gebruik van heteluchtkanalen.
Om de verspreiding van warme lucht te verhogen, kan er een
ventilator (optie) in het product worden geplaatst. Ongeacht
of de kanalen zijn geïnstalleerd voor verspreiding van warme
lucht of niet, deze ventilator kan altijd worden gemonteerd. De
ventilator moet worden gemonteerd voordat het product wordt
geïnstalleerd. Zie de gebruikshandleiding voor installatie van
de ventilator (met de ventilator meegeleverd).
4.7 Schoorsteen en kachelpijp
De haard kan worden aangesloten op schoorstenen en
kachelpijpen die zijn goedgekeurd voor haarden op vaste
brandstof met rookgastemperaturen zoals gespecifi ceerd
in «2.0 Technische gegevens».
De doorsnede van de schoorsteen moet minimaal gelijk
zijn aan die van de kachelpijp. Gebruik «2.0 Technische
gegevens» om de juiste doorsnede van de schoorsteen te
berekenen. NB! De aanbevolen minimale schoorsteenlengte
is 3,5 m.
Voor de aanbevolen schoorsteentrek, zie«2.0 Technische
gegevens». Als de trek te sterk is, moet u dit verhelpen.
Monteer bijv. een klep in de kachelpijp om de trek te
verminderen.
De schoorsteen en het veegluik moeten worden
geïnspecteerd om er zeker van te zijn dat ze volledig zijn
afgedicht om lekkages te voorkomen. Als er een lek is, zal
er minder lucht door de kachel worden aangetrokken. Uw
plaatselijke specialist op het gebied van brandveiligheid kan
een inspectie van uw schoorsteen uitvoeren.
D e s c h o o r s t e e n m o e t w o r d e n a a n g e s l o t e n i n
overeenstemming met de installatie-instructies van de
schoorsteenleverancier.
IHet is zeer belangrijk dat de aansluitingen enigszins fl exibel
zijn. Zo wordt voorkomen dat kleine verplaatsingen tijdens
de installatie tot barsten leiden.

Advertisement

Table of Contents
loading

Table of Contents