– de trainingsbovengrens,
– de trainingsondergrens en
– de leeftijd en het geslacht.
Als de hartslaggrenswaarden direct zijn ingevoerd, wisselt de weergave alleen tussen trainings-
boven- en trainingsondergrens.
Bij een geactiveerde alarmfunctie worden tijdens de hartslagmeting de volgende alarmen geactiveerd:
bereikte hartfrequentie knippert.
bereikte hartfrequentie knippert.
12