Veiligheidsinstructies
Dit apparaat is niet geschikt voor ge-
–
bruik door personen met beperkte fysi-
sche, sensorische of geestelijke
capaciteiten of voor gebruik door perso-
nen met te weinig ervaring en / of ken-
nis, tenzij ze worden bijgestaan door
een veiligheidsverantwoordelijke of ten-
zij deze instructies gegeven heeft over
het gebruik van het product.
Kinderen mogen het apparaat enkel ge-
–
bruiken wanneer ze ouder zijn dan 8
jaar en wanneer ze onder toezicht
staan van een veiligheidsverantwoor-
delijke of van die persoon instructies
hebben gekregen over de manier waar-
op het apparaat wordt gebruikt.
Verpakkingsfolie buiten het bereik van
–
kinderen houden, er bestaat verstik-
kingsgevaar!
Apparaat na elk gebruik en voor elke
–
reiniging / elk onderhoud uitschakelen.
Brandgevaar! Geen brandende of glim-
–
mende voorwerpen opzuigen.
Het apparaat moet op een stevige on-
–
dergrond staan.
Elektrische aansluiting
Sluit het apparaat uitsluitend op correct
–
geaarde stopcontacten aan.
Gebruik uitsluitend wisselstroom voor
–
het apparaat. De spanning moet over-
eenkomen met de vermelding op het
typeplaatje van het apparaat.
Pak de stekker en wandcontactdoos
–
nooit met vochtige handen beet.
Netstekker niet verwijderen door hem
–
aan de netkabel uit het stopcontact te
trekken.
Controleer netsnoer en stekker vóór ge-
–
bruik altijd op beschadigingen. Laat een
beschadigd netsnoer onmiddellijk ver-
vangen door een bevoegde klanten-
dienst-/elektromonteur.
We adviseren wandcontactdozen met
–
voorgeschakelde lekstroom-veilig-
heidsschakelaar (maximaal 30 mA no-
Downloaded From Vacuum-Manual.com Manuals
minale activerings-stroomsterkte) te
gebruiken, ter vermijding van elektri-
sche ongelukken.
Gebruik uitsluitend een spatwaterdicht
–
verlengsnoer met een doorsnede van
minimaal 3x1 mm².
Als er verbindingen met het netsnoer of
–
de verlengkabel worden vervangen,
moet ervoor worden gezorgd dat de
spatwaterbescherming en de mechani-
sche sterkte behouden blijven.
Voordat het apparaat van het stroomnet
–
wordt gehaald, moet het altijd eerst met
de hoofdschakelaar worden uitgescha-
keld.
Toepassingen
De gebruiker moet het apparaat doel-
matig gebruiken. Hij moet de plaatselij-
ke omstandigheden in acht nemen en
bij het werken met dit apparaat goed
letten op anderen, vooral op kinderen.
Het apparaat en de accessoires voor
gebruik controleren op goede staat. In-
dien zij niet in goede staat verkeren,
mag u de apparatuur niet gebruiken.
Het apparaat, de kabel of de stekker
nooit in water of andere vloeistoffen on-
derdompelen.
Niet gebruiken in ruimtes met ontplof-
fingsgevaar. Bij toepassing van het ap-
paraat in gevaarlijk gebied moet u de
overeenkomstige veiligheidsvoorschrif-
ten in acht nemen.
Apparaat tegen externe weersinvloe-
den, vocht en warmtebronnen bescher-
men.
Mocht het apparaat komen te vallen,
dan dient het door een bevoegde klan-
tendienst te worden nagekeken, omdat
er interne storingen kunnen zijn opge-
treden, waardoor het product minder
veilig is.
Zuig geen giftige substanties op.
Stoffen als gips, cement etc. niet opzui-
gen, omdat ze in contact met water kun-
nen uitharden en de werking van het
– 6
NL
37