Controleren Van Het Oliepeil; Selecteren Van De Snijmodus - Honda HRN536C Operator's Manual

CONTROLEREN VAN HET OLIEPEIL

De maaier wordt geleverd ZONDER OLIE in de motor.
Voeg voldoende SAE 5W-30-, 10W-30 API-olie van onderhouds-categorie
SJ of recenter toe om het oliepeil tussen de markeringen bovengrens [2]
en ondergrens [3] op de peilstok [1] te brengen, zoals afgebeeld.
Overvul de motor niet met olie. Als de motor te vol wordt bijgevuld, kan
de overtollige olie op het luchtfilterhuis en het luchtfilter terechtkomen.
Controleer het motoroliepeil terwijl de motor stilstaat en de maaier op een
vlakke ondergrond staat.
Gebruik viertaktmotorolie die voldoet aan of beter is dan de eisen voor API
onderhouds-categorie SJ of recenter. Controleer altijd het API
SERVICE-label op de verpakking van de olie om er zeker van te zijn dat het
de letters SJ of recenter bevat.
SAE 5W-30, 10W-30 wordt
aanbevolen voor algemeen
gebruik. Andere in de tabel
aangegeven viscositeiten kunnen
worden gebruikt wanneer de
gemiddelde temperatuur in uw
gebied binnen het aangegeven
bereik ligt.
Vereiste smeeroliespecificatie(s)
om een goede werking van het
emissieregelsysteem te waarborgen: Originele Honda-olie.
OPMERKING
• Het laten draaien van de motor met een laag oliepeil kan motorschade
veroorzaken.
• Het gebruik van niet-reinigende olie kan de levensduur van de motor
verkorten, en het gebruik van tweetaktolie kan de motor beschadigen.
1. Verwijder de olievuldop/peilstok [1] en
veeg de peilstok schoon.
2. Steek de peilstok in de hals van de
vulpijp. Schroef deze niet vast.
Verwijder de peilstok en controleer het
oliepeil.
3. Als het oliepeil nabij het onderste
merkteken [3] is, vul dan olie van het
aanbevolen type bij om het merkteken
van de bovengrens [2] te bereiken. Vul
niet te veel olie bij.
4. Plaats de vuldop/peilstok [1] en draai
deze stevig vast.
30
5W-30•10W-30
-20 -10 0 10 20 30 40°C
0 20 40 60 80 100°F
OMGEVINGSTEMPERATUUR
[1]
[2]
[3]

SELECTEREN VAN DE SNIJMODUS

De Clip Director kan in de stand OPVANGEN of MULCH worden gezet om
het gewenste maairesultaat te verkrijgen.
Stel de hendel van de Clip Director in op
opvangen (afsluitklep volledig open) of
mulch (afsluitklep volledig gesloten)
(page 7).
Om de Clip Director af te stellen,
ontgrendelt u hem door deze weg van
de maaier te trekken naar het uiteinde
van de hendel, en zet u de hendel
vervolgens in de gewenste stand.
Ontgrendel en laat hem in de groef
vastklikken.
Enige ophoping van gras in de uitwerp-opening is normaal wanneer de
Clip Director in de stand MULCH staat. Om dit gras te verwijderen, sluit u
het uitwerpscherm, zet u de Clip Director in de stand OPVANGEN, schakelt
u de bedieningshendel van de maaimessen in en start u de motor.
Als u de Clip Director niet gemakkelijk kunt verstellen of als u de hendel
niet volledig kunt vergrendelen:
• Met de motor UIT, tilt u het uitwerpscherm op en verwijdert u het
maaisel rond de afsluitklep.
• Spuit met een tuinslang en een sproeikop rond en onder de hendel en
de dekselassemblage van de Clip Director om het maaisel te
verwijderen.
OPMERKING
Zet de motor altijd uit en trek de bougiedop van de bougie voordat u het
uitwerpscherm optilt om door het schuifdeksel te kijken of er rondom schoon
te maken. Hierdoor wordt contact met de draaiende maaimessen voorkomen
en dat voorwerpen in het uitwerpkanaal belanden.
Enige ophoping van gras in de uitwerp-opening is normaal wanneer de Clip
Director volledig gesloten is. Om dit gras te verwijderen, sluit u het
uitwerpscherm, opent u de Clip Director volledig en start u de motor.
Als u een grote weerstand bemerkt wanneer u de hendel van de Clip Director
heen en weer beweegt, kan zich bovenop het schuifdeksel te veel gras hebben
opgehoopt.
Met mulch bedekken
Ontgrendel  en zet de hendel van de Clip Director in de stand MULCH
.


HENDEL EN DEKSELASSEMBLAGE
VAN DE CLIP DIRECTOR
Trek om te ontgrendelen.
AFSLUITKLEP
(volledig gesloten)
7 NL