Veiligheid; Bedieningsveiligheid - Jacobsen HR 9016 Turbo Safety & Operation Manual

Rotary mower
Table of Contents

Advertisement

Available languages

Available languages

1.1
1

VEILIGHEID

BEDIENINGSVEILIGHEID ___________________________________________________

EEN ONJUIST BEDIENDE MACHINE OF BEDIENING DOOR ONGETRAIND PERSONEEL KAN GEVAARLIJK ZIJN.
Maak uzelf bekend met de plaats en het juiste gebruik van alle regelingen. Onervaren bedieners moeten instructies van
iemand krijgen, die wel bekend is met de machine, voordat hij de machine mag bedienen.
1.
Veiligheid hangt af van de alertheid, zorg en
voorzichtigheid van diegenen die de machine bedienen
of onderhouden. Laat minderjarigen nooit enig apparaat
bedienen.
2.
Het is uw verantwoordelijkheid deze handleiding en
alle publicaties horende bij deze machine te lezen
(Veiligheids-
en
handleiding
en
instructiebladen
apparatuur en accessoires). Als de bediener geen
Nederlands kan lezen, is het de verantwoordelijkheid
van de eigenaar de stof opgenomen in deze
handleiding aan hem uit te leggen.
3.
Leer de juiste bediening van de machine, de plaats en
functie van alle regelingen en meters voordat u de
machine gaat bedienen. Werken met onbekende
apparatuur kan leiden tot ongelukken.
4.
Laat
nooit
iemand
aanbouwelementen bedienen of onderhouden zonder
de juiste training en instructies. Ook niet door iemand
die onder invloed van alcohol of drugs is.
5.
Draag alle noodzakelijke beschermende kleding en
persoonlijke veiligheidstoebehoren om uw hoofd, ogen,
oren, handen en voeten te beschermen. De machine
mag alleen worden bediend tijdens daglicht of onder
zeer goede verlichte omstandigheden.
6.
Controleer het terrein om te bepalen welke accessoires
en aanbouwelementen nodig zijn om de taak juist en
veilig uit te voeren. Gebruik alleen accessoires en
aanbouwelementen
goedgekeurd.
7.
Let op gaten in het terrein en andere verborgen
gevaren.
8.
Inspecteer het gebied waar de machine gebruikt gaat
worden. Verwijder al het grove vuil dat u kunt vinden
voordat u gaat werken. Let op obstructies boven uw
hoofd (lage boomtakken, elektrische bedrading enz.)
en op obstructies onder uw voeten (sprinklers,
pijpleidingen, boomwortels enz.) Betreed een nieuw
gebied voorzichtig. Let op verborgen gevaren.
9.
Richt nooit uitstootmateriaal naar voorbijgangers. Laat
nooit iemand bij de machine wanneer u ermee werkt.
De
eigenaar/bediener
verantwoordelijk voor verwondingen aan zichzelf, aan
omstanders en voor schade aan eigendom.
10. Neem geen passagiers mee. Houd omstanders en
huisdieren op een veilige afstand.
11. Bedien de machine nooit als deze niet in perfecte
werkconditie
is
of
beschermkappen,
andere beschermende apparaten niet veilig op hun
plaats zitten.
Deze machine behoort te worden bediend en service te worden verleend zoals gespecificeerd in deze handleiding en
is bestemd voor het professionele onderhoud van kwaliteitsgazons. De machine mag niet worden gebruikt op ruw
terrein of voor het maaien van lang gras.
WAARSCHUWING
!
Bedieningshandleiding,
voor
aanbouw-
de
machine
die
door
Jacobsen
moet
voorkomen
als
de
waarschuwingslabels,
schermen,
afvaldeflectoren
12. Geen enkele schakelaar mag worden ontkoppeld of
geshunt.
13. Verander de instellingen van de regulateur niet en voer
de motor niet op.
14. Uitlaatgassen bevatten koolstofmonoxide, dat giftig is
en dodelijk kan zijn wanneer het wordt ingeademd.
Motor-
Bedien een motor nooit zonder juiste ventilatie of in
een gesloten ruimte.
15. Brandstof
behandelen.
16. Houd de motor schoon. Laat de motor afkoelen
voordat u de machine opslaat en verwijder altijd het
contactsleuteltje.
17. Schakel
parkeerrem in voordat u de motor start. Start de motor
of
zijn
alleen wanneer u in de bestuurdersstoel zit, nooit
wanneer u naast de eenheid staat.
18. Uitrusting moet voldoen aan de laatste nationale en
lokale aanbevelingen wanneer er wordt gereden op
openbare wegen. Pas op verkeer wanneer u op of bij
wegen oversteekt of werkt.
19. Lokale richtlijnen kunnen de leeftijd van de bediener
beperken.
20. Bedien de machine op en neer op een helling
(verticaal), rijd niet dwars op de helling (horizontaal).
21. Om kantelen of controleverlies op hellingen te
zijn
voorkomen, mag u niet plotseling stoppen of starten.
Verminder snelheid wanneer u scherpe bochten
maakt. Wees voorzichtig als u van richting verandert.
22. Gebruik altijd de veiligheidsriem als u maaiers bedient
die zijn uitgerust met een ROPS.
Gebruik nooit een veiligheidsriem als u maaiers bedient
die geen ROPS hebben.
Accessoire-structuren die de bediener beschermen
zullen steeds worden aangeboden voor alle uitrustingen
die nu bestaan. Dat maakt het mogelijk om elke
machine zonder eerdere ROPS-installaties daarvan te
voorzien of beschadigde structuren te vervangen.
23. Houd handen, armen, voeten en benen binnen het
en
is
voertuig wanneer het voertuig in beweging is.
24. Haal de accu en elektrische connectors van de
controller los voordat u laswerkzaamheden op deze
maaier uitvoert.
of
VEILIGHEID
is
zeer
ontvlambaar.
alle
aandrijvingen
uit
1
Voorzichtig
en
schakel
de
nl-2

Hide quick links:

Advertisement

Chapters

Table of Contents
loading

Table of Contents