Advertisement
De heftruck en de werkplek moeten in uitstekende staat verkeren. Onregelmatigheden
moeten worden gemeld bij de arbeidsleiding. De heftruck mag niet worden gebruikt als
er beschadigingen of storingen zijn ontstaan die van invloed zijn op de bedrijfszekerheid
en het functioneren ervan. Ook niet als de heftruck werd gerepareerd, gewijzigd of
afgesteld zonder toestemming en goedkeuring van de ervoor verantwoordelijke persoon.
Zie erop toe dat de heftruck wordt gebruikt op een vaste, vlakke en horizontale
ondergrond. Max. helling 2 %.
De operator moet volledig zicht hebben op de heftruck en de delen van de lading
gedurende de gehele tijd dat bewegingen plaatsvinden.
Het gebruik moet op een zodanige wijze plaatsvinden, dat er geen risico ontstaat voor
persoonlijk letsel of schade aan eigendommen.
Het dragen van veiligheidsschoenen is verplicht en als de werkzaamheden dat vereisen
geldt dat ook voor veiligheidshandschoenen en beschermende kleding.
De bediening van Newton 70 - 250 geschiedt vanaf de bedieningspositie achter de
handgreep van de wagen. De Newton 50 kan vanaf verschillende posities worden
bediend.
Steek nooit handen, armen of andere lichaamsdelen of voorwerpen in de liftinstallatie
als het platform omhoog is gebracht.
Laat het platform niet zakken als de ruimte eronder en onder de lading niet vrij is van
personen of andere belemmeringen.
Rijd niet met de heftruck met de lading omhoog. Denk aan het kantelgevaar voor zowel
lading als heftruck.
Laat de heftruck nooit in contact komen met aangrenzende voorwerpen.
DENK ERAAN DAT DE RISICO'S GROOT ZIJN BEKLEMD TE RAKEN ALS MEN
WERKT IN DE BUURT VAN MACHINES!
Wees bedacht op het risico te botsen met andere mobiele machines en uitrustingen op
de werkplek.
Veiligheidsinstallaties mogen niet buiten gebruik worden gesteld of verwijderd.
Wijzigingen van de heftruck die van invloed zijn op de bedrijfs- of functiezekerheid zijn
niet toegestaan.
Plaatsjes en aanduidingen mogen niet worden verwijderd of onleesbaar gemaakt.
Alleen ladingen die stabiel zijn en goed gearrangeerd mogen worden gehanteerd. De
last moet worden gedragen door het gehele liftvlak, niet slechts door delen ervan.
Alleen ladingen die binnen het toestane hefvermogen van de heftruck vallen mogen
worden gehanteerd.
De liftinstallatie moet zijn aangepast aan de vorm en de afmetingen van de lading.
Streef er altijd naar de lading centraal op het laadvlak te plaatsen, om instabiliteit te
voorkomen. Voorkom ook dat de lading uitsteekt buiten het platform en zorg ervoor dat
7
Advertisement
Chapters
