Table of Contents

Advertisement

Available languages
  • EN

Available languages

  • ENGLISH, page 18
Tankvolume: 3,2 liter
m Tank in een goed geventileerde omgeving bij
uitgeschakelde motor. Als de motor direct daar-
voor in gebruik was, moet deze eerst afkoelen.
Tank de motor nooit in een gebouw, waar de ben-
zinedampen vlammen of vonken kunnen berei-
ken.
Benzine is zeer brandgevaarlijk en explosief. U
kunt bij het omgaan met brandstof brandwonden
of ander ernstig letsel oplopen.
• Motor uitschakelen en uit de buurt van warmte en
vonken of vuur houden.
• Uitsluitend in de buitenlucht tanken.
• Gemorste benzine direct schoonvegen.

8. Ingebruikstelling

8.1 Motor starten
• Zet de beluchting van de tankdop op „ON" (afb. 4
pos. A)
• Zet de benzinekraan op de stand "ON" (afb. 5 pos.
3)
In „warme" toestand
• Start de motor met de trekstarter - trek hiervoor
krachtig aan de greep. Breng de trekstarter voor-
zichtig en langzaam met de hand weer in de oor-
spronkelijke stand. Als de motor niet is gestart,
nogmaals aan de greep trekken. (Afb. 5 pos. 4)
In „koude" toestand
• Activeer bij behoefte een paar keer de brandstof-
pomp tot u ziet dat er brandstof door de leiding
wordt gepompt.
• Zet de chokehendel op de stand "RUN" (afb. 6)
• Start de motor met de trekstarter; trek hiervoor
krachtig aan de greep. Breng de trekstarter voor-
zichtig en langzaam met de hand weer in de oor-
spronkelijke stand. Als de motor niet is gestart,
nogmaals aan de greep trekken. (Afb. 5)
Aanwijzing:
Als de motor voor de eerste keer wordt gestart, zijn er
meerdere pogingen nodig, totdat de brandstof van de
tank naar de motor is verplaatst en deze aanspringt.
• Zet de chokehendel nadat de motor is gestart (na
ca. 15-30 sec) in de stand „RUN". (Afb. 6)
8.2 Motor uitzetten
• Laat de stroomgenerator kort onbelast lopen, voor-
dat u hem uitzet, zodat het aggregaat kan "nakoe-
len"
• Zet de benzinehendel op de stand "OFF" (afb. 5)
 www.scheppach.com /  service@scheppach.com /  +(49)-08223-4002-99 /  +(49)-08223-4002-58
8.3 Verklikker laag oliepeil (13)
Het lampje gaat branden als het oliepeil te laag is en
gaat uit zodra het juiste peil is bereikt.
8.4 Verklikker overbelasting (14)
De overlastbeveiliging wordt actief bij een te hoge
vermogensafname en schakelt de 230 V stopcontac-
ten (10) uit.
Schakel de machine uit zoals beschreven in para-
graaf 8.2.
Verbreek de verbinding met de aangesloten appara-
tuur die stroom verbruikt
Zet het apparaat weer aan zoals beschreven in pa-
ragraaf 8.1.
8.5 Verklikker in bedrijf (15)
Het lampje dat aangeeft dat het apparaat in bedrijf is,
brandt als de motor loopt.
8.6 Energiebesparingsschakelaar (9)
Om het brandstofverbruik bij stationair toerental te
reduceren, zet u de energiebesparingsschakelaar op
de stand „ON„.
8.7. Elektrische veiligheid
Elektrische leidingen en aangesloten apparaten
moeten technisch in perfecte staat zijn.
Verbind de stroomgenerator nooit met de stroom-
voorziening (contactdoos).
De leidinglengtes naar de verbruiker moeten zo kort
mogelijk worden gehouden.
8.8 Aarding (afb. 2)
Om statische ladingen af te laten vloeien kan de be-
huizing worden geaard. Hiervoor wordt een kabel aan
de ene kant aangesloten op de aardingsaansluiting
(8) van de stroomgenerator en aan de andere kant
met een externe massa (bijv. aardpen) verbonden.
8.9 12 V aansluiting
Op de 12V DC aansluiting (12) kan met de meege-
leverde kabel (18) een accu van 12V worden opge-
laden.

9. Onderhoud

m WAARSCHUWING
• Voer onderhoudswerkzaamheden alleen uit als de
motor uitgeschakeld is.
• Trek de bougiestekker van de bougie
Olieverversing
Vervang de motorolie na de eerste 25 bedrijfsuren,
daarna steeds na 50 uur c.q. om de drie maanden.
Het verversen van de motorolie moet bij een bedrijfs-
warme motor worden uitgevoerd.
• Zet bij het vervangen een geschikte container klaar
om de afgewerkte olie op te vangen.
NL | 133

Hide quick links:

Advertisement

Table of Contents
loading

This manual is also suitable for:

59062089015906208905

Table of Contents