Philips M1191B Instructions For Use Manual page 34

Voordat u de sensor aanbrengt
Zorg ervoor dat u alle waarschuwingen in de gebruiksaanwijzing van uw
SpO -bewakingsinstrument hebt gelezen en begrepen, net als alle
2
waarschuwingen in de gebruiksaanwijzing van deze sensor. Gebruik de
sensors alleen met toegestane instrumenten en alleen op een aanbevolen
aanbrengplaats op de patiënt.
Controleer de sensor op beschadigingen
• Controleer voor gebruik zowel de buiten- als de binnenkant van de
sensor. Om de binnenkant van een vingersensor te inspecteren, opent u
voorzichtig de vingerholte en controleert u of er geen scheuren op of
naast de transparante siliconenafdekking van de optische elementen te
zien zijn. Kijk ook goed of er geen blaasjes op de siliconenafdekking
zitten en of er geen vloeistof uit de optische elementen lekt.
• Sensors die tekenen van schade of veranderingen vertonen, mogen niet
meer worden gebruikt voor het bewaken van patiënten. Gooi deze
sensors weg en neem daarbij de juiste procedures voor afvalverwerking
in acht (zie verderop).
Sensors afvoeren
Afvoeren van versleten sensors
Sensors die tekenen van materiële of elektrische beschadiging of defecten
vertonen, moeten worden gedesinfecteerd, gedecontamineerd en
afgevoerd overeenkomstig de plaatselijke richtlijnen voor afvoer van
ziekenhuisafval.
Verander regelmatig van meetplek
Verplaats de sensor elke vier uur naar een andere meetplek, of vaker als de
circulatie of de integriteit van de huid daartoe aanleiding geeft.
32