Onderhoud En Opslag - GGP HTM60 Operator's Manual

Portable hedge trimmer
Table of Contents

Advertisement

Available languages
  • EN

Available languages

  • ENGLISH, page 21
10
NL

7. ONDERHOUD EN OPSLAG

Een correct onderhoud is fundamenteel om in de tijd
de oorspronkelijke efficiëntie en gebruiksveiligheid
van de machine in stand te houden.
LET OP!
– haal de kap van de bougie.
– Wacht tot de motor voldoende afgekoeld is.
– Gebruik werkhandschoenen voor alle handelin-
gen die betrekking hebben op de messen.
– Houd de mesbeschermingen op hun plaats, ten-
zij aan het mes zelf gewerkt moet worden.
– De olie, benzine of andere vervuilende materia-
len niet in het milieu gooien.
REINIGING VAN DE MOTOR EN
DE GELUIDSDEMPER
Om brandgevaar te beperken, worden de vleugels van
de cilinder regelmatig gereinigd met perslucht en
wordt de zone van de geluidsdemper vrijgemaakt van
takjes, bladeren of ander afval.
REINIGING VAN DE LUCHTFILTER
BELANGRIJK
filter gereinigd wordt, voor de goede werking en de
levensduur van de machine.
De reiniging wordt uitgevoerd elke 8-10 werkuren.
Om de filter te reinigen (Fig. 8):
– Draai de schroef los (1), verwijder het deksel (2) en
het filterelement (3).
– Klop voorzichtig op het filterelement (3) om het vuil
te verwijderen en reinig zo nodig met perslucht bij
lage druk.
BELANGRIJK
gewassen worden en wordt vervangen wanneer het te
vuil of beschadigd is
– Hermonteer het filterelement (3) en het deksel (2)
door de schroef (1) stevig vast te draaien.
Tijdens het onderhoud:
Het is essentieel dat de lucht-
Het filterelement (3) mag nooit
BRANDSTOFFILTER
In het reservoir werd voorzien in een filter die voor-
komt dat onzuiverheden binnendringen in de motor.
Eenmaal per jaar moet de filter vervangen worden
door uw verkoper.
CONTROLE VAN DE DOP VAN HET RESERVOIR
(Fig. 9)
Een slechte werking van de aflaat van de dop van het
reservoir verhindert dat de brandstof de carburator
bereikt, met als gevolg problemen bij de start en tij-
dens het gebruik van de motor.
– Controleer en hou de aflaatopening (1) vrij.
– Zorg ervoor dat het buisje (2) en de klep (3) correct
gemonteerd zijn, zoals aangegeven:
a) de onderkant van de klep (3) moet goed beve-
stigd zijn in de groef aan de binnenkant van de
dop;
b) het uiteinde van het buisje (2) moet bevestigd
zijn aan het uitstekend deel aan de onderkant
van de klep. Het buisje mag niet vervormd zijn of
los zitten.
CONTROLE VAN DE BOUGIE
Periodiek wordt de bougie gedemonteerd en gerei-
nigd, door eventuele restjes te verwijderen met een
metalen borsteltje.
Controleer en herstel de correcte afstand tussen de
elektrodes (Fig. 10).
Hermonteer de bougie en draai hem stevig vast met
de bijgeleverde sleutel.
De bougie moet ingeval van doorgebrande elektroden
of een beschadigde isolatie, en ieder geval elke 100
werkuren, vervangen worden door een bougie met
analoge karakteristieken.
REGELING VAN DE CARBURATOR
De carburator werd in de fabriek geregeld met het oog
op de beste prestaties in alle omstandigheden, met
een minimale uitstoot van schadelijke gassen, over-
eenkomstig de geldende normen.
ONDERHOUD EN OPSLAG

Advertisement

Table of Contents
loading

Table of Contents