Download Print this page

Onderhoud - Stiga CS 48 Li 14 Operator's Manual

Portable battery powered chainsaw
Hide thumbs Also See for CS 48 Li 14:

Advertisement

Available languages
  • EN

Available languages

  • ENGLISH, page 91
BOMEN VELLEN
Wanneer u met twee of meer personen
tegelijkertijd zaagt en velt, moet het vellen op
een andere plaats gebeuren dan het zagen en
moet de afstand tenminste twee keer de hoogte
van de te vellen boom bedragen. Bomen mogen
niet worden geveld wanneer iemand in gevaar
wordt gebracht, een leiding kan worden geraakt
of materiële schade kan worden veroorzaakt.
Als de boom met een stroomleiding in aanraking
komt, breng dan de energiemaatschappij
onmiddellijk hiervan op de hoogte.
Stel u als bediener van de kettingzaag op een
helling, boven de te vellen boom op, omdat
de boom na de val waarschijnlijk bergaf zal
rollen of glijden.Voor het vellen dient een
vluchtweg te worden gepland en wanneer
nodig vrijgemaakt te worden. De vluchtweg
dient van de te verwachten vallijn schuin naar
achteren weg te leiden, zoals getoond.
Houd voor het vellen rekening met de
natuurlijke helling van de boom, de plaats
van grote takken en de windrichting om de
valrichting van de boom te kunnen beoordelen.
Verwijder vuil, stenen, losse schors,
spijkers, nieten en draad van de boom.
INKEPINGEN ZAGEN (EEN INKEPING
IN EEN BOOM ZAGEN OM DE
VALRICHTING TE BEPALEN) (FIG. 10)
Zaag haaks op de valrichting een kerf met
een diepte van 1/3 van de boomdiameter.
Zaag eerst de onderste horizontale inkeping.
Hierdoor voorkomt u het vastklemmen
van de kettingzaag of van het zwaard bij
het zagen van de tweede inkeping.
INKEPING VOOR HET VELLEN VAN DE
BOOM ZAGEN (DE LAATSTE INKEPING
ZAGEN BIJ HET VELLEN VAN EEN BOOM,
AAN DE TEGENOVERGESTELDE KANT
VAN DE EERSTE INKEPING) (FIG.10)
Zaag de inkeping voor het vellen van de
boom minstens 50 mm boven de horizontale
inkeping. Zaag de inkeping voor het vellen
van de boom parallel met de horizontale
inkeping. Zaag de inkeping slechts zo diep
in dat er voldoende hout is om als scharnier
te werken. Het verbindingsstuk verhindert
dat de boom draait en in de verkeerde
richting valt. Zaag het verbindingsstuk niet
door. Als de inkeping voor het vellen van de
boom in de buurt van het verbindingsstuk
komt, moet de boom beginnen te vallen.
Als het erop lijkt dat de boom misschien niet
in de gewenste richting valt of terugbuigt en
de zaagketting vastklemt, onderbreekt u het
zagen van de inkeping voor het vellen van
de boom en gebruikt u een spie van hout,
kunststof of aluminium om de inkeping te
openen en om de boom in de gewenste
valrichting te doen omslaan. Als de boom
begint te vallen, verwijdert u de kettingzaag
uit de inkeping, schakelt u de zaag uit, legt
u deze neer en verlaat u het gevarenbereik
via de geplande vluchtroute. Let op voor naar
beneden vallende takken en struikel niet.
TAKKEN VAN EEN GEVELDE
BOOM AFZAGEN (FIG. 11)
Wanneer u de takken van een gevelde boom
afzaagt, laat u grote, naar beneden gerichte
takken eerst nog staan om steun te geven aan de
stam die van de grond wordt afgehouden. Zaag
kleine takken in één keer af. Zaag onder spanning
staande takken van onderen naar boven om
vastklemmen van de kettingzaag te voorkomen.
BOOMSTAM IN STUKKEN
ZAGEN (FIG. 12 - 15)
Het is belangrijk dat u stevig staat en uw
lichaamsgewicht gelijkmatig over beide
voeten verdeelt. Haal indien mogelijk
de stam van de grond af en ondersteun
deze met takken, stammen of spieën.
Volg deze eenvoudige richtlijnen om
gemakkelijk te kunnen zagen:
– Als de boomstam over de gehele
lengte wordt ondersteund, zaagt
u vanaf de bovenkant.
– Als de boomstam aan één kant wordt
ondersteund, zaag dan 1/3 van de
boomdiameter van onderaf. Maak dan
een laatste inkeping door van bovenaf
te zagen tot in de eerste inkeping.
– Als de boomstam aan twee kanten
wordt ondersteund, zaagt u 1/3 van
de boomdiameter van bovenaf en
zaagt u tot slot het laatste 2/3 van
onderaf tot in de eerste inkeping.
– Ga bij zaagwerkzaamheden op een
helling altijd hoger dan de boomstam
staan. Verminder de aandrukkracht
wanneer de stam bijna is doorgezaagd
en blijf de handgrepen van de
kettingzaag stevig vasthouden om
volledige controle te behouden.
– Laat de ketting de grond niet raken.
Nadat u het zagen heeft voltooid,
wacht u tot de zaagketting tot stilstand
is gekomen voor u de kettingzaag
beweegt. Schakel de motor altijd uit
voordat u naar een andere boom gaat

6. ONDERHOUD

Verwijder het accupack altijd uit
de machine voor u de kettingspanning
8

Advertisement

loading

This manual is also suitable for:

Cs 48 li 16