LEXIBOOK SC300I User Manual page 64

2 Statistiek modus:
Gebruikt voor het uitvoeren van statistische berekeningen. De STAT
indicator verschijnt bovenaan rechts op het display.
3 Valuta conversie modus.
Selecteren van de notatie op het display
Deze rekenmachine heeft de 4 volgende display notatiesystemen voor het weergeven
van waarden.
FIXed decimaal systeem:
Een waarde wordt weergegeven met het aangeduide aantal van decimalen. De
Fix-indicator verschijnt.
SCIentific (wetenschappelijk) notatiesysteem:
Een waarde wordt weergegeven dmv van wetenschappelijke notatie. De
SCI- indicator verschijnt. De mantisse van de waarde is weergegeven met het
aantal aangeduide decimalen.
ENGineering notatiesysteem:
Een waarde wordt weergegeven dmv ingenieurnotatie. De ENG-indicator
verschijnt. De mantisse van de waarde is weergegeven met het aantal
aangeduide decimalen en het display van de exponent is vastgesteld op een
meervoud van 3.
Floating point (drijvende komma) systeem:
Een waarde wordt weergegeven rekening houdend met het aantal aangeduide
decimalen. Geen van de FIX, SCI of ENG-indicators verschijnen.
Wetenschappelijke notatie wordt gebruikt als de waarden niet in het bereik
liggen van 0.000000001<|x|< 9999999999.
Het display van de notatie kan veranderd worden door op
een berekeningsresultaat is weergegeven of na het uitwissen van de waarden in de
rekenmachine met de -toets. Telkens [FSE] worden ingedrukt, verandert de
display modus als volgt: FIX→SCI→ENG→Floating point system→FIX...
Bepaling van het aantal decimalen
Als de FIX, SCI of ENG-indicator is weergegeven, kan het aantal decimalen altijd
ingesteld worden tot een waarde tussen 0 en 9. Na de instelling van het aantal
decimalen, zal de waarde op het display afgerond worden naar het overeenkomstig
aantal cijfers en zo worden weergegeven. Om het aantal decimalen te bepalen, druk je
eerst op [TAB] nadat een berekeningsresultaat is weergegeven of na het
uitwissen van de waarden in de rekenmachine met de
passende nummertoets om het aantal decimalen te bepalen.
© Lexibook 2005
Bepaling van de hoekeenheid
Met deze rekenmachine kunnen de volgende drie hoekeenheden ingesteld worden.
Graden (°):
Radialen (rad): De RAD-indicator verschijnt.
Grads (g):
Om de hoekeenheid te bepalen, druk je op
verandert de hoekeenheid als volgt: DEG→RAD→GRAD→DEG...
Opmerking:
Controleren en aanpassen van de vergelijking
Je kan de vergelijking niet alleen aanpassen tijdens het invoeren, maar ook nadat je een
antwoord hebt verkregen.
[Tijdens het invoeren]
= Druk op
= Als je een cijfer wil uitwissen, zet de cursor op de plaats van het uit te wissen cijfer
en druk op
Het cijfer onder de cursor zal worden uitgewist.
= Als je een cijfer ergens wil tussenplaatsen, zet de cursor direct op de plaats na het
cijfer waar je het extra cijfer wil invoeren, en druk dan op dat cijfer.
[Na het vinden van een antwoord].
= Druk op
is of niet.
= Pas de vergelijking aan op dezelfde manier als de aanpassing tijdens het invoeren.
Rekenkundige substitutie functie
Als je een formule hebt waar alleen de getallen moeten worden vervangen, is deze
functie echt handig. Het onthoudt de ingevoerde vergelijking als een formule. Na het
vinden van je eerste antwoord, druk op
automatisch terug op de plaats van het eerste getal in de vergelijking en laat je toe dit
[FSE] te drukken nadat
getal te veranderen. Hierna kan gewoon naar het volgende getal springen door op
[?] te drukken, enzovoort. Op eender welk moment krijg je een antwoord voor de
nieuwe vergelijking door op [=] te drukken.
Bijvoorbeeld: A
1 2.5 [ x
2 [2ndF] [ ? ]
3 [2ndF][ ? ]
-toets. Druk daarna op de
4 [DEL] 4 [ = ]
De DEG-indicator verschijnt.
De GRAD-indicator verschijnt.
. Telkens
Bij de uitleg van hiernavolgende voorbeelden moet je opletten dat
geen enkel van de volgende symbolen zijn weergegeven, tenzij anders
gespecifieerd.
FIX, SCI, ENG: zie pagina 4.
om de cursor te verplaatsen.
.
⊂⊃] om terug te keren naar de vergelijking en na te gaan of deze juist
[?] en deze functie plaatst de cursor
+ B = (1) A= 2.5, B= 3.5
2 2
(2) A= 2.5, B= 4.5
Werkingen van toetsen Display Opmerking
2 ] [ + ] 3.5 [ x 2 ] [ = ] 2.5 2 + 3.5 2 = 18.5
2.5 2 + 3.5 2
2.5 2 + 3.5 2
2.5 2 + 4.5 2 = 26.5
wordt ingedrukt,
(1)
(2)
63