Download Print this page

Hama 00087673 Operating Instruction page 16

Electronic professional weather station

Advertisement

Available languages

Available languages

Plaats twee AA-batterijen met de juiste polariteit in het
batterijvak. Sluit het batterijvak door de schroeven vast
te draaien.
2) Houdt de "CHANNEL/SEARCH"-knop op de monitor
gedurende 3 seconden ingedrukt en de windrichting,
temperatuur- en luchtvochtigheid-pictogrammen
beginnen te knipperen op het display. De monitor zoekt
nu alle remote-sensoren.
3) Indien de windrichting, windsnelheid en temperatuur
luchtvochtigheid weergaven binnen 10 minuten op
het display worden weergegeven, is de radiofrequente
overdracht succesvol en bevinden zich de anemometer
en monitor binnen het zendbereik.
Indien de bovenstaande gegevens niet binnen 10
minuten zoeken op het display verschijnen, is de
gegevensoverdracht mislukt.
Verminder dan de onderlinge afstand tussen de
anemometer en de monitor. Reset de anemometer door
alle batterijen minimaal 10 seconden te verwijderen en
ze vervolgens weer terug te plaatsen. De stappen
3 en 4 blijven herhalen totdat de gegevensoverdracht
geslaagd is.
4) Vóór het monteren en kalibreren alle batterijen uit de
anemometer verwijderen!
3. Montage van de anemometer
Belangrijk: Vergewis u ervan dat de onderlinge afstand
tussen de monitor en de anemometer binnen het
mogelijke zendbereik ligt voordat de anemometer wordt
gemonteerd.
Opmerking: Teneinde de anemometer te kunnen
monteren heeft u een (niet meegeleverde) mast nodig,
met een diameter van ongeveer 1" – 1,25" (2,54 cm – 3,18
cm). Tevens heeft u montagemateriaal nodig om de mast
op de plaats van bestemming te kunnen bevestigen.
Als u reeds over een dergelijke mast beschikt (voor een
antenne bijvoorbeeld) dan kunt u eventueel deze mast
gebruiken om de anemometer te bevestigen.
1. Indien van toepassing, monteer de mast volgens de
instructies van de mastleverancier en vergeet niet deze
te aarden.
2. Plaats de meegeleverde kapbeugels om de mast. Steek
de 4 meegeleverde bouten (type Hex) door de gaten
van de kapbeugels en door de gaten in de
montagebeugel van de anemometer.
(De windvaan bevindt zich boven de windschoteltjes
en de metalen staaf van de anemometer is in
horizontale positie)
3. Draai de moeren (type Hex) op iedere bout vast.
30
00087673bda.indd Abs2:30-Abs2:31
00087673bda.indd Abs2:30-Abs2:31
MAST
4. Kalibreren van de anemometer en het plaatsen van
batterijen
Nadat de anemometer is bevestigd de volgende stappen
volgen om de windrichting op de unit te kalibreren.
Op deze manier kan de anemometer de windrichting
juist meten en deze gegevens naar de monitor zenden.
Vergewis u ervan dat vóór het kalibreren alle batterijen
uit de anemometer zijn verwijderd!
Belangrijk: Deze manier van kalibreren (stap 1 tot 5) is
noodzakelijk bij de eerste keer instellen en vervolgens
iedere keer als de batterijen nieuw of opnieuw geplaatst
worden.
1. Nadat de anemometer bevestigd is, de schroeven van
het batterijvak met een kleine Philips-schroevendraaier
losdraaien en open vervolgens het batterijvak.
2. Gebruik het kompas op de anemometer en draai het
windvaantje zodanig dat het in de noordrichting wijst.
NOORD
MAST
3. Houdt het windvaantje zodanig vast dat het in de
noordrichting wijst en laat het niet draaien. Plaats twee
AA-batterijen met de juiste polariteit in het batterijvak.
Direct na het plaatsen van de batterijen knippert de
rode LED-weergave boven het batterijvak een aantal
malen.
Vergewis u ervan dat het windvaantje in de
noordrichting wijst op het moment dat de rode LED
weergave knippert. Is dit het geval, dan is het
kalibreren correct uitgevoerd. Plaats het
batterijvakdeksel terug en draai de schroeven vast.
4. Indien het windvaantje niet in de noordrichting wijst
op het moment dat de rode LED-weergave knippert, dan
dient u de batterijen te verwijderen en de stappen 2 en
3 te herhalen.
5. Houdt de "CHANNEL/SEARCH"-knop op de monitor
ingedrukt om de remote-transmitter te zoeken.
Windrichting, windsnelheid, wind chill (guurfactor
gevoelstemperatuur) en temperatuur/luchtvochtigheid
(kanaal 1) weergaven verschijnen binnen 10 minuten
indien de radiofrequente overdracht succesvol is.
5. De juiste montageplaats voor de regenmeter vinden
De juiste montageplaats voor uw regenmeter dient aan
de volgende criterea te voldoen:
• een waterpas oppervlak;
• binnen 50 meter (164 feet) vrije ruimte t.o.v. de monitor;
verminder de onderlinge afstand indien er zich
opstakels tussen de regenmeter en de monitor
bevinden
• in een omgeving die niet van boven of aan de zijkanten
afgeschermd is, zodat de regen ongehinderd in de
regenmeter terecht kan komen (bijvoorbeeld niet onder
een afdak of te dicht op een gebouw of schutting).
Waarschuwingen:
• Teneinde een verkeerde of vervuilde neerslaginformatie
door opspattend water te voorkomen, dient een
opstellingslocatie die niet waterpas is of zich te dicht
op de bodem bevindt te worden vermeden. Een
zwembad, tuinsproeiers of water zijnde geen neerslag
kan de meting beïnvloeden en tot verkeerde
interpretatie leiden.
• De zeef in de cilinder van de regenmeter houdt de
meeste vervuiling tegen (zoals bladafval) dat mogelijk
in de regenmeter kan vallen. Teneinde een regelmatige
vervuiling in de cilinder te voorkomen, a.u.b. de
regenmeter niet te dicht in de buurt van bomen of
struiken plaatsen.
6. Batterijen in de regenmeter plaatsen
1. Schroef de 2 schroeven aan de zijkanten van de
transmitter los. Til voorzichtig de bovenkant van de
basisunit.
2. Draai de 4 schroeven van het batterijdeksel los (zie
de markering). Neem het deksel weg en plaats 2 AA
batterijen met de juiste polariteit zoals aangegeven in
het vak.
3. De regenhouder is gesealed om beschadigingen tijdens
het transport te voorkomen. Verwijder voor het eerste
gebruik de seal zodat de regenhouder zich bij neerslag
kan vullen.
4. Plaats het batterijvakdeksel terug en draai de
schroeven vast.
5. Plaats voorzichtig de bovenkant op de basisunit terug.
Draai de schroeven weer in.
6. Houdt de "CHANNEL/SEARCH"-knoppen gedurende
3 seconden op de monitor ingedrukt en de totale
hoeveelheid gevallen regen "----" zal knipperen.
De monitor zoekt nu alle remote-sensoren. De totale
hoeveelheid gevallen neerslag (regen, in dit geval
"0" mm of inch) zal binnen 2 minuten op het display
worden weergegeven als de radiofrequente overdracht
succesvol is, en toont aan dat de regenmeter en
monitor zich binnen het zendbereik bevinden.
7. Indien de totale neerslag (regen) "----" stopt
met knipperen en deze waarde op het display blijft
staan na 2 minuten zoeken, is de radiofrequente
gegevensoverdracht mislukt. Verklein dan de
onderlinge afstand tussen de monitor en de
regenmeter. Reset de regenmeter door al haar
batterijen minimaal 10 seconden te verwijderen en
ze vervolgens weer terug te plaatsen. De stappen
5 en 6 blijven herhalen totdat de radiofrequente
gegevensoverdracht geslaagd is.
7. Montage van de regenmeter
Voordat de regenmeter wordt gemonteerd, vergewist
u zich ervan dat de onderlinge afstand tussen de
regenmeter en de monitor binnen het mogelijke
zendbereik ligt en dat de batterijen geplaatst zijn.
1. Houdt de basisunit van de regenmeter strak tegen het
montagevlak en gebruik een waterpas om er zeker van
te zijn dat de regenmeter (vanwege het montagevlak)
zuiver horizontaal geplaatst wordt.
2. Markeer met een potlood, met als sjabloon de gaten in
de regenmetersteun, de te boren bevestigingsgaten op
het montagevlak.
3. Boor vervolgens de afgetekende gaten en plaats de
meegeleverde pluggen.
4. Houdt de houder van de regenmeter tegen het
montagevlak en draai met de schroeven de houder
vast.
06.08.2007 8:15:18 Uhr
06.08.2007 8:15:18 Uhr
31

Advertisement

loading

This manual is also suitable for:

Ews-1500