op de kraan moet minimum 0,3 bar en maximum 10 bar zijn. Bij een waterdruk
van meer dan 10 bar moet er een overdrukklep worden geïnstalleerd.
OPMERKING De watertoevoer en afvoerslangen moeten stevig worden
bevestigd en onbeschadigd blijven.
OPMERKING Open de kranen volledig na het maken van de aansluitingen om te
controleren op waterlekken.
Aansluiting op de afvoer
De waterafvoerslang kan rechtstreeks worden aangesloten op het afvoergat of
de afvoer van de gootsteen.
58