Kärcher RC 3 Original Operating Instructions page 44

Oplossen van storingen met de foutcodes
Code Betekenis
E001 Fout bodemsensor
E002 Kunststofwals functio-
neert niet.
E003 Accu te laag.
E004 De wielen draaien niet. Wielen geblokkeerd.
E005 Vuilreservoir contact-
fout.
E006 Geen bodemcontact.
E007 Zijborstel is geblok-
keerd.
E008 Bedienings- of weer-
gavefout
E009 Oriëntatiefout
E010 Software werd niet
correct geactuali-
seerd.
Algemene storingsoplossing
Storing
De reinigingsrobot onderbreekt steeds
de reinigingsrit.
De reinigingsrobot start niet.
De reinigingsrobot kan niet worden gela-
den.
De reinigingsrobot kan ook met een app worden be-
stuurd.
De KÄRCHER Home & Garden app kan hier worden
gedownload:
44
Hulp bij storingen
Oorzaken / gevolgen
Bodemsensor vervuild
Reinigingsrobot is ingeklemd.
Kunststofwals is geblokkeerd.
De reinigingsrobot reinigt niet naar
behoren.
De reinigingsrobot vindt het laad-
station niet zelfstandig.
Vuilreservoir is niet of slecht ge-
plaatst.
Reinigingsrobot is ergens opgere-
den of voorste wiel heeft geen bo-
demcontact
Zijborstel is erg vervuild.
Weergave verandert niet of de
knop reageert niet.
Reinigingsrobot voert geen correc-
te reinigingsrit uit.
Reinigingsrobot voert geen reini-
ging uit.
Oplossing
Reinigingsrobot niet bloodstellen aan fel licht.
Reinigingsrobot niet op zwarte ondergrond gebruiken.
Bodemsensoren controleren op vervuiling en evt. reinigen.
Controleren of de reinigingsrobot is ingeschakeld en geladen.
Controleren of het oplaadapparaat correct is aangesloten.
Gebruik van de app
– 12
NL
Oplossing
Reinigingsrobot uitschakelen en bodem-
sensor reinigen.
Weer op de vloer zetten en inschakelen.
Reinigingsrobot bevrijden.
Reinigingsrobot uitschakelen en controle-
ren of de kunststofwals correct zit en kunst-
stofwals evt. reinigen.
Weer op de vloer zetten en inschakelen.
Reinigingsrobot op station plaatsen om
accu te laden.
Reinigingsrobot uitschakelen en blokkering
verhelpen.
Weer op de vloer zetten en inschakelen.
Reinigingsrobot uitschakelen en vuilreser-
voir correct plaatsen.
Weer op de vloer zetten en inschakelen.
Reinigingsrobot op een vlakke ondergrond
plaatsen.
Reinigingsrobot uitschakelen en zijborstel
vrijmaken van vuil.
Weer op de vloer zetten en inschakelen.
Reinigingsrobot met de apparaatschake-
laar uitschakelen en opnieuw inschakelen.
Contact opnemen met de klantenservice.
Software opnieuw actualiseren en erop let-
ten dat de reinigingsrobot vast op het stati-
on zit en een stabiele internetverbinding
voorhanden is.