Kärcher KM 100 R D User Manual page 57

Hide thumbs Also See for KM 100 R D:
Table of Contents

Advertisement

Available languages
  • EN

Available languages

  • ENGLISH, page 16
Veiligheidsinstructies
Veiligheidsinstructies voor de
bediening
Gevaar
Verwondingsgevaar!
Gebruik het apparaat niet zonder bescher-
ming tegen vallende voorwerpen in berei-
ken waar de mogelijkheid bestaat dat de
bediener wordt geraakt door vallende voor-
werpen.
– Het apparaat met de werkinstallaties
moet voor gebruik gecontroleerd worden
op deugdelijkheid en bedrijfsveiligheid.
Indien zij niet in goede staat verkeren,
mag u de apparatuur niet gebruiken.
– Bij gebruik van het apparaat in gevaar-
lijke omgevingen (bijvoorbeeld tanksta-
tions) moeten de overeenkomstige vei-
ligheidsvoorschriften in acht genomen
worden. Niet gebruiken in ruimtes met
ontploffingsgevaar.
– Degene die het apparaat bedient dient
het te gebruiken volgens de voorschrif-
ten. Deze dient rekening te houden met
de plaatselijke omstandigheden en bij
het werken met het apparaat te letten
op derden, speciaal op kinderen.
– Voor de aanvang van de werkzaamhe-
den moet de bediener zich ervan verge-
wissen dat alle veiligheidsinrichtingen
volgens de voorschriften zijn aange-
bracht en functioneren.
– De bediener van het apparaat is verant-
woordelijk voor ongevallen met andere
personen of hun eigendom.
– Erop letten dat de bediener nauw aan-
sluitende kledij draagt. Stevig schoeisel
dragen en losse kledij vermijden.
– Voor het starten de onmiddellijke om-
geving van het apparaat controleren
(bv. kinderen). Letten op voldoende
zichtbaarheid!
– Het apparaat mag nooit onbeheerd
worden achtergelaten, zolang de motor
nog draait. Degene die het apparaat be-
dient mag het pas verlaten, wanneer de
motor is uitgezet, het apparaat tegen
onbedoelde bewegingen is beveiligd en
de handrem is aangetrokken.
– Om onbevoegd gebruik van het appa-
raat te voorkomen, dient men de con-
tactsleutel te verwijderen.
– Het apparaat mag alleen door perso-
nen worden gebruikt die voor de om-
gang ermee zijn opgeleid of hun vaar-
digheden in het bedienen hebben aan-
getoond en uitdrukkelijk de opdracht
hebben gekregen voor het gebruik.
– Dit apparaat is niet ervoor gedacht,
door personen (inclusieve kinderen)
met beperkte fysieke, sensorische of
geestelijke mogelijkheden of door ge-
brek aan ervaring en/of door gebrek
aan kennis te worden benut, tenzij deze
personen door personen worden geob-
serveerd die voor hun veiligheid verant-
woordelijk zijn of door deze hun instruc-
ties hebben verkregen, hoe het appa-
raat dient te worden gebruikt.
– Over kinderen dient toezicht te worden
gehouden, om te waarborgen dat ze
niet met het apparaat spelen.
Veiligheidsinstructies voor de
rijmodus
Gevaar
Verwondingsgevaar!
Kantelgevaar bij de sterke hellingen.
– Er mogen enkel hellingen en dalingen
in rijrichting tot 18% bereden worden.
Kantelgevaar bij onstabiele ondergrond.
– Het apparaat uitsluitend op bevestigde
ondergrond bewegen.
Kantelgevaar bij de zijwaartse hellingen.
– Dwars op de rijrichting alleen hellingen
tot maximaal 15% berijden.
De rijsnelheid moet aan de omstandighe-
den van dat moment aangepast worden.
Veiligheidsinstructies voor de
verbrandingsmotor
Gevaar
Verwondingsgevaar!
– Neem de bijzondere veiligheidsinstruc-
ties in de gebruiksaanwijzing van de
motorfabrikant in acht.
– De uitlaat mag niet geblokkeerd wor-
den.
– Niet over de uitlaat buigen of deze aan-
raken (verbrandingsgevaar).
– Aandrijfmotor niet aanraken of vastpak-
ken (verbrandingsgevaar).
– Benzine-/dieselmotor: Het is verboden
om het apparaat binnen te gebruiken
(vergiftigingsgevaar).
– Uitlaatgassen zijn schadelijk voor de
gezondheid, ze mogen niet worden in-
geademd.
– De motor heeft ca. 3 - 4 seconden na-
loop nodig na het uitzetten. In deze tijd
absoluut uit de buurt blijven van het
aandrijfbereik.
Veiligheidsinstructies over het
transport van het apparaat
– Bij vervoer van het apparaat dient u de
motor af te zetten en het apparaat goed
vast te zetten.
Brandstofkraan sluiten.
2
-
NL
Veiligheidsinstructies over
verzorging en onderhoud
– Voor reinigings- en onderhoudswerk-
zaamheden van het apparaat, het ver-
vangen van onderdelen of het ombou-
wen voor een andere functie dient het
apparaat te worden uitgeschakeld en
eventueel de contactsleutel te worden
verwijderd.
– Bij werkzaamheden aan de elektrische
installatie moet de batterij afgeklemd
worden.
– Het schoonmaken van het apparaat
mag niet met een waterslang of hoge-
drukstraal gebeuren (gevaar van kort-
sluiting of andere schades).
– Reparaties mogen uitsluitend door
goedgekeurde klantenservicewerk-
plaatsen of door vaklui voor dit gebied
worden uitgevoerd die met de betref-
fende veiligheidsvoorschriften ver-
trouwd zijn.
– Veiligheidscontrole volgens de plaatse-
lijk geldige voorschriften voor van
plaats veranderlijke, industrieel benutte
apparaten opvolgen.
– Werkzaamheden aan het apparaat al-
tijd met geschikte handschoenen uit-
voeren.
Functie
De veegmachine werkt volgens het over-
slagprincipe.
– De zijbezems (3) reinigen hoeken en
kanten van het veegoppervlak en trans-
porteren het vuil in de baan van de vee-
grol.
– De roterende veegrol (4) transporteert
het vuil direct in de veeggoedcontainer
(5).
– Het in de container opgejaagde stof
wordt via de stoffilter (2) gescheiden en
de gefilterde schone lucht wordt door
het zuigventiel (1) weggezogen.
57

Advertisement

Table of Contents
loading

This manual is also suitable for:

Km 100

Table of Contents