Accu; Hulpstartprocedure; Acculading - Jacobsen AR522 Safety, Operation And Maintenance Manual

68131 – ar522-t4i, kubota v2403-m-di, 4wd with rops
Table of Contents

Advertisement

Available languages

Available languages

7.7

ACCU____________________________________________________________________

U
moet
er
absoluut
ontstekingsschakelaar in de UIT-stand staat en de
contactsleutel is verwijderd voordat u de accu een
onderhoudsbeurt geeft.
!
VOORZICHTIG
Gebruik altijd geïsoleerd gereedschap, draag een
veiligheidsbril en beschermende kleding wanneer u aan
een accu werkt. U moet alle voorschriften van de
accufabrikant aandachtig doorlezen en opvolgen.
Zet de kabels stevig aan de accuklemmen vast en breng een
dunne laag diëlektrisch siliconenvet op de klemmen en
kabeleinden aan om corrosie te voorkomen. Houd de
luchtopenings- en klemdoppen op hun plaats.
Controleer het elektrolytniveau na iedere 100 bedrijfsuren.
Houd de kabeleinden, accu en accuklemmen schoon.
Verifieer de accupolariteit voor het aansluiten of loskoppelen
van de accukabels.
7.8

HULPSTARTPROCEDURE___________________________________________________

Alvorens een hulpstartprocedure te gaan uitvoeren, dient de
conditie van de ontladen accu te worden gecontroleerd.
Sectie 4.7.
!
WAARSCHUWING
Accu's ontwikkelen explosief waterstofgas. Om de kans
op een ontploffing te verminderen, moet het ontstaan van
vonken in de buurt van de accu worden voorkomen. Sluit
de negatieve hulpstartkabel altijd aan op het chassis van
de maaier met de ontladen accu, op voldoende afstand
hiervan.
7.9

ACCULADING_____________________________________________________________

!
WAARSCHUWING
Acculading moet in een goed geventileerde ruimte
gebeuren. Accu's ontwikkelen namelijk explosieve
gassen. Om een ontploffing te voorkomen moeten open
vlammen van de accu worden weggehouden.
Ter voorkoming van lichamelijk letsel dient veilige
afstand van de accu te worden genomen wanneer het
laadapparaat wordt ingeschakeld. Een beschadigde
accu kan exploderen.
1.
Zie sectie 4.7. Lees de accu- en acculaderhandleiding
voor specifieke instructies.
2.
Waar mogelijk dient de accu vóór het opladen uit de
maaier te worden gehaald. Als de accu niet is
zeker
van
zijn
dat
de
1.
Bij het installeren van de accu moet altijd eerst de
RODE, positieve (+) accukabel worden bevestigd en de
ZWARTE, negatieve (-) aardingskabel het laatst.
2.
Bij verwijdering van de accu dient altijd eerst de
ZWARTE, negatieve (-) aardingskabel te worden
losgehaald en de RODE, positieve (+) kabel het laatst.
3.
Zorg ervoor dat de accu op de juiste wijze wordt
geïnstalleerd en stevig aan de accuhouder wordt
bevestigd.
!
WAARSCHUWING
Accusteunen,
-polen
bevatten
lood
chemicaliën
is
onvruchtbaarheid kunnen veroorzaken. Na werken met
accu's altijd uw handen wassen.
Maatregelen bij aansluiting van de hulpstartkabels :
1.
Zet de motor stil van het voertuig met een goede accu.
2.
Sluit de RODE hulpstartkabel aan op de positieve (+)
klem van de goede accu en op de positieve (+) klem
van de ontladen accu.
3.
Sluit de ZWARTE hulpstartkabel vanaf de negatieve (-)
klem van de goede accu aan op het chassis van de
maaier met de ontladen accu.
Na aansluiting van de kabels dient de motor van het voertuig
met de goede accu te worden gestart, gevolgd door het
starten van de maaiermotor.
afgedicht, controleer dan of de elektrolyt de platen in
alle cellen bedekt.
3.
Zorg ervoor dat het laadapparaat in de UIT-stand staat.
Sluit het apparaat dan op de accuklemmen aan, zoals
gespecificeerd in de acculaderhandleiding.
4.
Zet het laadapparaat altijd eerst in de UIT-stand
alvorens het los te koppelen van de accuklemmen.
ONDERHOUD
en
gerelateerde
en
loodverbindingen.
het
bekend
dat
ze
7
accessoires
Van
deze
kanker
en
nl-35

Advertisement

Chapters

Table of Contents
loading

Table of Contents