2. Productintroductie
2.1 Productbeschrijving
De besturingskast bestaat uit kabels en een kast die
diverse onderdelen bevat die besturing van de
aangesloten pomp mogelijk maken.
3
4
1
2
7
Pos. Beschrijving
1
Netvoedingskabel
2
Signaallampje, bedrijf
3
Druktoets, Start
4
Druktoets, Stop/Reset
5
Vlotterschakelaar
Motorkabel *
6
7
Typeplaatje
*
Er zijn drie typen kabels:
1) UNILIFT AP12, AP35 en AP50
2) UNILIFT AP35B en AP50B
3) UNILIFT APG.
2.2 Bedoeld gebruik
De besturingskast is ontworpen voor het beveiligen
en starten/stoppen van de volgende driefasen
pomptypen:
•
UNILIFT AP12
•
UNILIFT AP35
•
UNILIFT AP50
•
UNILIFT AP35B
•
UNILIFT AP50B
•
UNILIFT APG.
3. Installatievereisten
Zie de installatie- en bedieningsinstructies van de
pomp voor de afstelling van de vlotterschakelaar.
4. Elektrische aansluiting
5
6
WAARSCHUWING
Elektrische schok
Dood of ernstig persoonlijk letsel
‐
Schakel de voedingsspanning uit voor-
dat u werkzaamheden gaat uitvoeren
aan het product.U dient er zeker van te
zijn dat de voedingsspanning niet per
ongeluk kan worden ingeschakeld.
WAARSCHUWING
Elektrische schok
Dood of ernstig persoonlijk letsel
‐
De installatie dient via een aardlek-
schakelaar met een uitschakelstroom
van minder dan 30 mA te zijn aange-
sloten.
WAARSCHUWING
Elektrische schok
Dood of ernstig persoonlijk letsel
‐
Controleer of de voedingsstekker die
bij het product wordt geleverd voldoet
aan de lokale voorschriften.
‐
De voedingsstekker moet gebruikma-
ken van hetzelfde PE-aansluitsysteem
als het stopcontact. Als dat niet het ge-
val is, gebruikt u een geschikte adapter
in overeenstemming met de plaatselij-
ke voorschriften.
WAARSCHUWING
Elektrische schok
Dood of ernstig persoonlijk letsel
‐
Voedingskabels zonder stekker moe-
ten worden aangesloten op een
stroomonderbreker die is opgenomen
in de vaste bedrading in overeenstem-
ming met de plaatselijke bedradingsre-
gels.
VOORZICHTIG
Elektrische schok
Gering of beperkt persoonlijk letsel
‐
Controleer of de netspanning en -fre-
quentie die vermeld staan op het type-
plaatje van de pomp overeenkomen
met de elektriciteitstoevoer waarop de-
ze zal worden gebruikt.
81