EdilKamin ACQUATONDO 22 ROUND Installation, Use And Maintenance Manual page 79

NEEN
ENKEL DE INBOUWHAARDEN MET EEN SPIRAAL GEACTIVEERD DOOR
EEN THERMISCHE AFVOERKLEP KUNNEN OP EEN INSTALLATIE MET GE-
SLOTEN VAT GEÏNSTALLEERD WORDEN.
Installaties met gesloten vat:
• De correcte uitvoering van de installatie valt ten laste van de installatietechnicus
die de normen UNI 10683/2005 - 9615/90 -10412:2 in acht zal moeten nemen.
• Dit alles moet door ervaren personeel verricht worden in overeenstemming
met het Italiaanse Ministerieel Besluit 37, voorheen Wet 46/90
De thermische afvoerklep (geleverd door EDILKAMIN) moet met een
•
minimum druk van 1,5 bar met het koelcircuit aangesloten worden.
AL = voeding spiraal, steeds onder druk (minimum) 1,5 bar
Het PAKKET 5 of 6 moet MAX. 150 cm van de haard geïnstalleerd worden.
•
Liter
Op de installatie moet voor de inbouwhaard een ander expansievat
•
aanwezig zijn geschat op grond van het watervolume van de installatie zelf.
(een expansievat gedeeld met andere generatoren is niet toegestaan).
1 Jaar
• De veiligheidskleppen en de thermische afvoer moeten minstens eenmaal per
jaar door ervaren personeel verricht worden in overeenstemming met het Italia-
anse Ministerieel Besluit 37, voorheen Wet 46/90
84
ALGEMEEN VEILIGHEIDSADVIES
JA
MIN.
1,5 bar
MAX 1,5 m
?
DE INBOUWHAARD MAG NOOIT BRANDEN ZONDER
•
DAT ER WATER IN DE INSTALLATIE AANWEZIG IS.
• EEN ONTSTEKING ZONDER WATER ZAL DE
INSTALLATIE BESCHADIGEN DE INBOUWHAARD.
• Deze inbouwhaard werd ontworpen om water te verwarmen
middels verbranding van hout in de vuurhaard.
• De enige risico's afgeleid uit het gebruik van de inbouwhaard
zijn te wijten aan het niet in acht nemen van de installatienormen,
een rechtstreeks contact met onder spanning staande
interne elektrische onderdelen, contact met het vuur en hete
onderdelen of het invoegen van vreemde stoffen in de haard.
• Voor een regelmatige werking moet de inbouwhaard
geïnstalleerd worden met inachtneming van de indicaties op
deze fiche en gedurende het branden mag de deur niet
geopend worden tenzij hout in de vuurhaard moet geladen-
worden.
• In geen enkel geval mogen in de vuurhaard of in de tank
vreemde stoffen ingevoegd worden.
• Voor de schoonmaak van het rookafvoerkanaal mogen geen
ontvlambare stoffen gebruikt worden.
• Het glas moet KOUD schoongemaakt worden met een
daarvoor bestemd product (bv. GlassKamin) en een doek. Rei-
nig niet warm.
• Wanneer de inbouwhaard brandt, zullen de rookafvoerkanalen
en de deur hoge temperaturen bereiken.
• Plaats voorwerpen die geen weerstand kunnen bieden aan
warmte niet in de nabijheid van de inbouwhaard.
• Gebruik NOOIT vloeibare brandstof om de haard te
ontsteken of aan te wakkeren.
• Verstop de luchtgaten in het vertrek niet, noch de luchtingan-
gen van de inbouwhaard.
• Maak de inbouwhaard niet nat en benader de elektrische
onderdelen niet met natte handen.
• Gebruik geen verloopstukken op het rookgaskanaal.
• De inbouwhaard moet geïnstalleerd worden in lokalen waar
brand kan voorkomen worden, voorzien van alle installaties
(toevoer en afvoer) noodzakelijk voor een correcte en veilige
werking.