Opbouw; Minimale Afstanden; 0Rqwdjh Ydq Gh Zdqgkrxghu - Olsberg Orayonne plus Instruction Manual

Opbouw

Om optimaal gebruik te kunnen maken van de warm-
testraling, moet het toestel zo dicht mogelijk bij de te
verwarmen personen worden geïnstalleerd. Hoe verder
men zich van het toesteloppervlak bevindt, hoe minder
men de warmte kan voelen. Een afstand van ongeveer
1 - 3 m. is ideaal.
De glasstralingsconvectoren voldoen aan de beveili-
gingscode IP24. Dat betekent dat deze toestellen ook
in badkamers in sector 2 (zie afb. 1) mogen worden
geïnstalleerd. Voor het overige moet de installateur zor-
gen dat de aansluiting op het gebouw ook in naleving
van IP24 is.
Sect r Sect r
1 2
Sect r
0
Sect r 1
a) i aan icht
Afb. 1
Bij montage van het toestel moet men zeker zijn dat
de wand een voldoende groot draagvermogen heeft en
moet men de desbetreffende bouwvoorschriften nale-
ven. In geval van twijfel richt u zich tot een bouwdes-
kundige.
Het verwarmingstoestel mag niet onmiddellijk onder
een muurstopcontact worden gemonteerd.
De glasplaat bestaat uit getemperd veiligheidsglas. Dat
glas is in vergelijking met gewoonlijke glasmaterialen
aanzienlijk resistenter en is ontwikkeld voor duidelijk
grotere inslagkrachten. Toch vermijd u best overbelas-
ting van het glas. In geval van beschadiging, barst ge-
temperd glas in vele kleine stukjes met stompe randen,
zodat er minder gevaar op verwonding is.
Opgelet: Vermijd alle soorten belastingen op de glas-
plaat, hetzij door leunende personen of voorwerpen of
andere inwerkende krachten.
Waarschuwing: De glasstralingsconvector mag niet
worden gebruikt als de glasplaat beschadigd is.
52
Maten in cm
Sect r Sect r
1 2
Sect r
0
b) B enaan icht

Minimale afstanden

Uit veiligheidsoverwegingen moeten de volgende mini-
male afstanden tot meubels en brandbare voorwerpen
worden gerespecteerd:
‡ naar boven
Type 15/335, 15/336, 15/337......................... 15 cm
Type 15/338................................................... 40 cm
‡ Aan de zijkanten ................................................. 2 cm
‡ naar onder ........................................................ 10 cm
‡ naar voren ........................................................ 50 cm
Aan de achterkant is de afstand door de wandhouder
14 mm.

0RQWDJH YDQ GH ZDQGKRXGHU

De wandhouder wordt gemonteerd meegeleverd met
het toestel. De wandhouder moet voor de montage aan
de wand worden losgemaakt van de glasstralingscon-
vector.
Daartoe maakt u de gesloten snappers los door op de
klepjes aan de zijkant links en rechts te drukken (zie
afb. 2) en ze gelijktijdig uit het toestel te trekken.
Bij type 15/338 de veiligheidsketting uit de "kruisgleuf"
hangen.
De wandhouder voor de onderkant van het toestel ver-
wijderen.
Afb. 2
Montageprocedure:
‡ Wandhouder als sjabloon in de juiste positie tegen de
wand uitrichten met een waterpas, vasthouden en de
gaten markeren (zie afb. 4a en 4b).
Type
15/335
15/336
15/337
A B
600 401
800 601
1000 801