Het tussenstuk moet wat smaller zijn dan het werkstuk
(Fig. C2).
•
Ondersteun lange werkstukken met een stuk
hout
32
(Fig. 3C). Klem niet het gedeelte vast dat u
afzaagt
33
.
Functie voor snelle verplaatsing (Fig. C1)
De klem heeft een functie voor snelle verplaatsing.
•
U maakt de klem los door de klem
naar links te draaien en de hefboom
te trekken
12
.
Instellen van de klempositie (Fig. C4)
De klempositie kan al naar gelang de doorslijpschijf
worden ingesteld.
1. Verwijder de bouten van de langsgeleiding
inbusssleutel
11
.
2. Verschuif de aanslag
8
zover als nodig.
3. Breng de aanslagbouten
34
de aanslag
8
vast te zetten.
Afstellen van zaaghoek (Fig. D)
De machine kan worden gebruikt voor het maken van
verstekhoeken tot 45°.
1. Draai de aanslagbouten
34
te zetten.
2. Stel de aanslag
8
op de gewenste hoek in. De hoek kan
worden afgelezen op de schaal
3. Draai de aanslagbouten
34
te zetten.
Controleren en afstellen van de
verstekschaal (Fig. A, D)
1. Draai de aanslagbouten
34
zetten (Fig. D).
2. Trek de arm omlaag en vergrendel deze in deze positie met
de vergrendelketting
(Fig. A).
20
3. Zet een winkelhaak
36
tegen de geleider
linkerzijde van de doorslijpschijf zodat een hoek van exact
90° ontstaat (Fig. D). Controleer of de 0°-markering op de
schaal
in lijn is met de markering op de tafel
35
4. Draai de aanslagbouten
34
te zetten.
5. Maak de vergrendelketting
de bovenste ruststand (Fig. A).
Afstellen van de vonkbeschermer (Fig. A)
1. Draai de schroef
los.
19
2. Stel de vonkbeschermer
18
3. Draai de schroef
19
vast.
Installeren (Fig. F, G)
VOORZICHTIG: Gereedschap moet ondersteund worden
op een stabiel, gelijkmatig, niet-slippend oppervlak om
onverwachte beweging tijdens het gebruik te voorkomen.
12
een of twee slagen
13
naar de handgreep
met de
34
weer aan en draai ze vast om
los om de aanslag
8
vrij
35
.
vast om de aanslag
8
vast
los om de aanslag
8
vrij te
8
en de
.
37
vast om de aanslag
8
vast
los en breng de arm terug in
20
correct in.
Procedure voor permanente installatie
1. Boor twee gaten 8 mm door het werkoppervlak (Fig. F).
2. Plaats 1/4–20 schroeven door de gaten in het voetstuk en
door de gaten in het bevestigingsoppervlak. De lengte van
de schroeven moet ongeveer gelijk zijn aan de dikte van het
bevestigingsoppervlak plus 102 mm.
3. Zet beide schroeven stevig vast.
Montageraam bevestigen
1. Zaag twee planken ongeveer 508 x 50,8 x 101,6 mm.
2. Zet de cirkelzaag op de gewenste werkplek.
3. Zet de planken vlak naast de zijkant, en bevestig aan het
werkoppervlak (Fig. G).
Voor gebruik
•
Monteer de juiste doorslijpschijf. Gebruik geen
overmatig versleten doorslijpschijven. Het toerental
van de machine mag niet hoger zijn dan dat van de
betreffende doorslijpschijf.
•
Zorg ervoor dat de doorslijpschijf ronddraait in de richting
van de pijlen op het hulpstuk en de machine.
•
Klem het werkstuk vast.
•
Stel altijd de vonkbeschermer correct in.
BEDIENING
Instructies voor gebruik
WAARSCHUWING:
•
Neem altijd de veiligheidsinstructies in acht en houdt u
aan de geldende voorschriften.
•
Oefen geen overmatige druk uit op de machine.
•
Voorkom overbelasting. Laat de machine in geval van
oververhitting een paar minuten onbelast draaien.
WAARSCHUWING: Om het gevaar op ernstig
persoonlijk letsel te verminderen, zet u het
gereedschap uit en ontkoppelt u het van de
stroomvoorziening, voordat u enige aanpassing
maakt of hulpstukken of accessoires verwijdert/
installeert. Het onbedoeld opstarten kan letsel
veroorzaken.
Juiste positie van de handen (Fig. E)
WAARSCHUWING: Om het risico op ernstig persoonlijk
letsel te verminderen, dient u ALTIJD de handen in de
juiste positie te hebben, zoals afgebeeld.
WAARSCHUWING: Om het risico op ernstig persoonlijk
letsel te verminderen, houdt u het ALTIJD stevig vast,
anticiperend op een plotseling reactie.
Voor een juiste positie van de handen moet een hand op de
bedieningshandgreep
3
worden geplaatst en moet de andere
hand het werkstuk leiden.
Zagen (Fig. A)
1. Plaats het te bewerken materiaal tegen de aanslag
het vast met behulp van de materiaalklem
nEDERLanDs
8
en zet
9
.
53