Apparaat bedienen
nl
Temperatuur instellen
Aanbevolen temperatuur
Koelvak:
Verskoelruimte:
Vriesvak:
Koelvak
Indicatie temperatuur koelvak indrukken.
1.
Toets N/M koelvak net zo vaak indrukken tot de
2.
indicatie de gewenste temperatuur weergeeft.
Verskoelruimte
Indicatie temperatuur verskoelruimte indrukken.
1.
Toets N/M verskoelruimte net zo vaak indrukken tot
2.
de indicatie de gewenste temperatuur weergeeft.
Temperatuur in de verskoelruimte naar de
fabrieksinstellingen terugzetten:
Toets reset indrukken.
■
Vriesvak
Indicatie temperatuur vriesvak indrukken.
1.
Toets N/M vriesvak net zo vaak indrukken tot de
2.
indicatie de gewenste temperatuur aangeeft.
Superkoelen
Bij het superkoelen wordt het koelvak zo koud als
mogelijk is.
Het superkoelen inschakelen bijv.:
vóór het inladen van grote hoeveelheden levensmid-
■
delen
voor het snelkoelen van dranken
■
Wanneer superkoelen is ingeschakeld,
Aanwijzing:
wordt het apparaat iets luider.
Na 6 uur schakelt het apparaat over op het normale
werking.
Superkoelen in-/uitschakelen:
Toets super koelvak indrukken.
■
Als superkoelen is ingeschakeld, brandt de toets.
Supervriezen
Bij het supervriezen wordt het vriesvak zo koud als
mogelijk is.
Het supervriezen inschakelen bijv.:
om levensmiddelen snel tot in de kern in te vriezen
■
4 ... 6 uur vóór opslag van een levensmiddelhoe-
■
veelheid vanaf 2 kg
om het max. vriesvermogen te benutten
■
~ "Maximale invriescapaciteit" op pagina 119
Als het supervriezen is ingeschakeld kun-
Aanwijzing:
nen de bedrijfsgeluiden toenemen.
Na ca. 2 ^ dag schakelt het apparaat over op het
normale werking.
Supervriezen in-/uitschakelen:
Toets super indrukken.
■
De toets brandt als het supervriessysteem is
ingeschakeld.
114
+4 °C (40 °F)
0 °C (32 °F)
–18 °C (0 °F)
Energiebesparingsmodus
Met de energiebesparingsmodus schakelt u het
apparaat naar de energiebesparende werking om.
Het apparaat stelt automatisch de volgende
temperaturen in:
Koelvak: +8 °C (–46 °F)
■
Verskoelruimte: 0 °C (32 °F)
■
Vriesvak: –16 °C (3 °F)
■
Energiebesparingsmodus inschakelen of uitschakelen:
Toets eco indrukken.
■
De temperatuur wordt aangepast en het display
geeft de nieuwe temperatuur aan. Bij het
uitschakelen van de energiebesparingsmodus wordt
de aanbevolen temperatuur ingesteld.
Versmodus
Met de versmodus blijven levensmiddelen nog langer
houdbaar.
Het apparaat stelt automatisch de volgende
temperaturen in:
Koelvak: 2 °C (36 °F)
■
Verskoelruimte: 0 °C (32 °F)
■
Vriesvak: –18 °C (0°F )
■
Versmodus inschakelen of uitschakelen:
Toets fresh indrukken.
■
De temperatuur wordt aangepast en het display
geeft de nieuwe temperatuur aan. Bij het
uitschakelen van de versmodus wordt de
aanbevolen temperatuur ingesteld.
Vakantiemodus
Bij langere afwezigheid kunt u het apparaat
in de energiebesparende vakantiemodus zetten.
Het apparaat stelt automatisch de volgende
temperaturen in:
Koelvak: 14 °C (57 °F)
■
Verskoelruimte: 4 °C (39 °F)
■
Vriesvak: –18 °C (0°F )
■
Gedurende deze tijd geen levensmiddelen
in het koelvak opslaan.
Vakantiemodus inschakelen of uitschakelen:
Toets vacation indrukken.
■
De temperatuur wordt aangepast en het display
geeft de nieuwe temperatuur aan. Bij het
uitschakelen wordt de aanbevolen temperatuur
ingesteld.