Elektra Beckum BAS 450 Instruction Manual page 27

Hide thumbs Also See for BAS 450:
Table of Contents

Advertisement

Available languages
  • EN

Available languages

  • ENGLISH, page 9
1.3 Keuze van de juiste zaagsnelheid
De lintzaag is voorzien van de mogelijkheid op vier verschillende snelheden te zagen. Hierdoor kunnen alle
voorkomende werkzaamheden uitstekend worden uitgevoerd. De juiste keuze van de zaagsnelheid kunt U het
beste zelf eerst uitproberen.
Bij gebruik van het geschikte zaagblad kunt U de zaagsnelheden als volgt hanteren:
a) 967 m/min. voor alle soorten hout
b) 375 m/min. voor hardhout sommige kunststoffen en non ferro metalen
c) 176 m/min. voor non ferro metalen en sommige kunstoffen
d)
68 m/min. voor staal
2
Instelling van de lintzaag
2.1 Verandering van het toerental
Om het toerental (lintsnelheid) te veranderen, moeten de V-snaren worden omgelegd (wij verwijzen hiervoor naar
het schema dat op de binnenzijde van de benedendeur geplakt is.
Het snel omleggen van de V-snaren is eenvoudig te realiseren door de ingebouwde snelspaninrichting los te
draaien. Hiervoor gebruikt U het handwiel recht onder op de machine.
2.2 Instellen en verwisselen van het zaagblad
De lintzaagmachine is op de fabriek standaard uitgerust en ingesteld met een universeel zaagblad voor het zagen
van hout.
Vóór het zaagblad kan worden verwisseld, moet het aanslag-geleidingsprofiel (86) worden afgeschroefd. Door het
losdraaien van het spanwiel (16) boven op de machine, gaat de spanning van het zaagblad af en kan zo worden
afgenomen. Na het omleggen en spannen van het nieuwe zaagblad dient U door het met de hand draaien van de
zaaglintwielen te kontroleren of het zaagblad exact in het midden loopt over de met rubber bandages belegde
wielen.
De loop van het zaagblad kan door de stergreep (28) op de achterkant van de bovenste wielkast gecorrigeerd
worden.
Wanneer zaagbladen van verschillende breedte worden gespannen, dienen ook telkens de aanloopwielen van de
lintgeleidingen zo te worden ingesteld, dat het zaagblad kort achter de tanden van de geleidingsstiften bij de
onderste- en de geleidingdsrollen bij de bovenste lintgeleiding wordt geleid.
2.3 Zaagbladgeleiding
De aan de geleidingsbuis bevestigde drierollengeleiding waarborgt een slijtage-vrije- en precieze zaagblad
geleiding, wanneer de zijgeleidingsrollen zo worden ingesteld, dat het zaagblad met een zeer geringe zijwaartse
speling loopt.
Bij de stiftgeleiding onder de tafel staan de stiften (25) bloot aan een geringe slijtage. Let erop dat deze naar
voorschrift tijdig worden bijgesteld. Dit gebeurt als volgt.
Na het losmaken van de schroefdraadstiftjes aan de achterzijde van de zaagbladgeleiding worden de geleidingsstiften
zover bijgesteld, dat deze het zaagblad licht aanraken. Nu kunnen de stifttappen weer worden vastgeschroefd.
2.4 Instellen van de zaaghoogte
Overeenkomstig de dikte van het werkstuk moet de bovenste zaaggeleiding ingesteld worden.
Daartoe draait U de klemhendel aan de bovenste rollenkast (rechts onder) los en stelt U de
zaaghoogte met het zich daarboven bevindende handwiel in. Nu kunt U de klemhendel weer
vastdraaien.
De klemhendels worden door licht naar voor te tillen ontgrendeld, nu kunt U ze vrij bewegen. Laat
U de hendel los koppelt hij zich weer en kunt U de schroef verder los draaien.
27

Hide quick links:

Advertisement

Table of Contents
loading

Table of Contents