Mitsubishi Electric ECODAN EHPT20Q-VM2EA Operation Manual page 27

Cylinder unit
Hide thumbs Also See for ECODAN EHPT20Q-VM2EA:
Table of Contents

Advertisement

Available languages
  • EN

Available languages

  • ENGLISH, page 1
4
Instellingen personaliseren voor uw woning
Sanitair warm water (SWW)
Het menu Sanitair warm water regelt de besturing van het verwarmen van de warmwateropslagtank.
<SWW Instelling modus>
1. Druk gedurende 3 seconden op de knop MENU en selecteer
vervolgens "warm water" om de modus te bewerken.
2. Druk op de toets F2 om het menu INSTELLING SANITAIR WARM
WATER (SWW) weer te geven.
3. Scrol met de toetsen F1 en F2 door het menu en selecteer
achtereenvolgens de verschillende componenten door op
BEVESTIG te drukken. In onderstaande tabel vindt u een
beschrijving van elk van de instellingen.
4. Voer het nummer van uw keuze in met de functietoetsen en druk
op BEVESTIG.
Menu-ondertitel
Functie
Max.temp.SWW *1
Gewenste temperatuur van het geleverde warm water
Max.temp.laten vallen.SWW
Verschil in temperatuur tussen de max. temperatuur van de aanvoer van
SWW en de min. temperatuur van de aanvoer van SWW.
Max.laadtijd SWW
Maximale toegestane tijd voor het opwarmen van opgeslagen water SWW-modus
SWW modus beperking
De tijd na de SWW-modus dat ruimteverwarming de voorkeur heeft
boven de SWW-modus en opwarming van opgeslagen water tijdelijk
wordt voorkomen
(Alleen wanneer Max.laadtijd SWW is verstreken.)
Opslagruimte.volume.SWW
De hoeveelheid opgeslagen warm water. De max. hoeveelheid SWW
*2
en de herstarthoeveelheid van SWW kan geselecteerd worden. (Zie
afbeelding 4.1)
*1 Afhankelijk van de omgevingsomstandigheden kan de ingestelde temperatuur mogelijk niet worden bereikt.
*2 Het selecteren van de energiebesparing verhoogt de bedrijfseffi ciëntie. Deze instelling dient echter NIET te worden geselecteerd als er sprake is
van een tekort van SWW toevoer.
Contacteer de installateur om wijzigingen aan te brengen.
Uitleg van SWW-werking
● Wanneer het opslagvolume van het SWW een afname van 50 l van
de maximale hoeveelheid van het SWW laat zien, werkt de SWW-
modus en de stroming van het primair circuit wordt omgeleid om
het water in de warmwateropslagtank te verwarmen.
● Als de hoeveelheid opgeslagen warm water de 'max. hoeveelheid
SWW *1.' bereikt of als de 'max. werkingsduur van het SWW',
ingesteld door de installateur, wordt overschreden stopt de werking
van de SWW-modus. (Zie afbeelding 4.2)
*1 De max. hoeveelheid van het SWW is 200 l als het opslagvolume van het SWW,
ingesteld door de installateur, 'normaal' is en 150 l in de 'energiebesparing'.
● Zolang de SWW-modus in werking is, wordt er geen primair water
naar het circuit van de ruimteverwarming geleid.
● Direct na de max. werkingsduur van SWW wordt "SWW-modus
beperking" vanzelf in werking gesteld. De duur van deze functie
wordt ingesteld door de installateur en gedurende de werking
ervan kan de SWW-modus niet (op normale wijze) opnieuw
worden geactiveerd, waardoor het systeem de tijd krijgt primair
warm water aan de ruimteverwarming te leveren als dit nodig
is. Als er echter gedurende deze tijd geen actuele vraag is naar
ruimteverwarming, zal het systeem automatisch weer op de SWW-
modus overschakelen. Dit blijft zo totdat de unit gevraagd wordt
ruimteverwarming te leveren. (Zie afbeelding 4.3)
● Na de werking van "SWW modus beperking" kan de SWW-
modus weer actief worden en zal de verwarming van de
warmwateropslagtank worden voortgezet afhankelijk van de vraag
van het systeem.
10
Bereik
Eenheid
Standaardwaarde
40 - 70
°C
55
15 - 30
°C
15
30 - 120
min
60
30 - 120
min
30
Normaal /
Normaal
Opslaan
Opslagvolume
Energiebesparing Normaal
SWW
Max. hoeveelheid
150 L
200 L
SWW
Herstart hoeveelheid
100 L
150 L
SWW
<Afbeelding 4.1>
Hoeveelheid opgeslagen warm water
Stoppen
Max.
hoeveelheid
SWW
Herstart
Herstart
hoeveelheid
Start
SWW
Tijd
SWW-modus
SWW-modus
<Afbeelding 4.2>
Hoeveelheid opgeslagen warm water
Stoppen
Herstart
Max.
Stoppen
hoeveelheid
SWW
Herstart
Start
hoeveelheid
SWW
Tijd
Max.laadtijd
SWW modus
SWW-modus
SWW
beperking
<Afbeelding 4.3>
4
Instellingen personaliseren voor uw woning
Geforceerd SWW
Met de functie Geforceerd SWW wordt het systeem gedwongen te werken in de SWW-modus. In de normale
bedrijfsstand wordt het water in de warmwateropslagtank verwarmd tot de ingestelde temperatuur of gedurende
de maximale SWW-tijd, welke van de twee zich het eerst voordoet. Als er echter een grote vraag naar warm water
is, kan met behulp van de functie "Geforceerd SWW" worden voorkomen dat het systeem vanzelf overschakelt op
ruimteverwarming en kan verwarming van de SWW-tank worden voortgezet.
Geforceerde SWW-werking wordt geactiveerd door op knop F1 en de knop Terug te drukken in het "Optiescherm". Na
de geforceerde SWW-werking keert het systeem automatisch terug in de normale bedrijfsstand. U kunt de geforceerde
SWW-werking eindigen door de knop F1 ingedrukt te houden in het "Optiescherm".
Verwarming
De verwarmingsmenu's hebben betrekking op ruimteverwarming met behulp
van een radiator, ventilatorspoel of vloerverwarming, afhankelijk van de
installatie.
Er zijn 3 verwarmingsmodi
● Ruimtetemp verwarmen (auto adaptatie) (
)
● Voorlooptemp verwarmen (
)
● Compensatiecurve verwarmen (
)
Druk gedurende 3 seconden op de knop MENU om de compensatiemodus
te bewerken.
<Kamertemperatuur (auto adaptatie) modus>
Deze modus wordt in detail uitgelegd in het hoofdstuk "Overzicht van de
bedieningsfuncties" (bladzijde 5).
<Voorlooptemp>
De temperatuur van het water dat in het verwarmingscircuit wordt
gevoerd, wordt door de installateur optimaal afgesteld volgens het
ruimteverwarmingssysteem en de wensen van de gebruiker.
Uitleg van de compensatiecurve
In het late voorjaar en de zomer is er gewoonlijk minder vraag naar
ruimteverwarming. Door middel van de compensatiecurve kan worden
voorkomen dat de warmtepomp al te hoge voorlooptemperaturen voor het
primaire circuit produceert, kan een zo hoog mogelijke effi ciency worden
behaald en kunnen de bedrijfskosten worden verlaagd.
Met de compensatiecurve wordt de voorlooptemperatuur van het
primaire circuit voor de ruimteverwarming aangepast, afhankelijk van de
buitentemperatuur. De FTC gebruikt informatie van zowel de sensor voor
de buitentemperatuur als van een temperatuursensor op de levering van
het primaire circuit, om ervoor te zorgen dat de warmtepomp niet al te hoge
voorlooptemperaturen produceert als de weersomstandigheden daar niet om
vragen.
Uw installateur stelt de parameters in volgens de lokale omstandigheden en
het type ruimteverwarming in de woning. Normaal hoeft u deze instellingen
niet te wijzigen. Merkt u na een redelijke testperiode echter dat de
ruimteverwarming uw woning te weinig of te veel verwarmt, neem dan contact
op met uw installateur om uw systeem te laten controleren op eventuele
problemen en deze instellingen eventueel te wijzigen.
: Voorlooptemp.
: Buitentemperatuur
11

Hide quick links:

Advertisement

Table of Contents
loading

Table of Contents