Proxxon BSG 220 Operating Instructions Manual page 34

Drill grinder
Hide thumbs Also See for BSG 220:
Table of Contents

Advertisement

Available languages
  • EN

Available languages

  • ENGLISH, page 11
1. Leid de boor 1 (fig. 3) in de boring van het
klemijzer 2. Laat de boorschacht achter
hierbij ca. 10 mm uitsteken in het klemprisma
voor het fixeren. Draai de klemschroef 3 nog
niet aan.
2. Leg de boor 1 (fig. 5) met klemijzer 2 in het
positioneerprisma, schuif hem tot aan de
aanslag naar voor en richt hem, zoals
getoond in fig. 5, uit (snijkanten verticaal).
3. Draai de schroef 3 los en pas de instelklam 4
dienovereenkomstig aan.
4. Span de boor met behulp van de sleutel 1
(fig. 7) in het klemijzer 2.
Boren met een diameter van minder dan
3 mm:
Boren met een diameter van minder dan 3 mm
moeten in de meegeleverde adapter 13 (fig. 1)
gespannen worden.
Voor spiraalboordiameters 1,5/1,6/2,0/2,4/2,5 en
3,0 mm zijn adapters verkrijgbaar als toebehoren.
Ga hiervoor als volgt te werk:
Leid de boor 1 (fig. 4) in de adapter 2 en bevestig
hem met behulp van de inbussleutel 3. De
schacht van de adapter heeft een diameter van
10 mm. Leid de boor met de adapter in het
klemijzer 4. De instelling van het apparaat
gebeurt zoals voor het slijpen van een boor met
een diameter van 10 mm.
Boren slijpen:
Draag bij het slijpen altijd een veiligheidsbril!
Draag alleen geschikte werkkleding (geen
wijde mouwen, dassen, sieraden).
Draai de kartelschroef 1 (fig. 8) in richting B om
het draagprisma te openen.
Leg de boor in het geleidingsprisma en leid
daarbij een geleidingsbout 2 van het klemijzer in
het langgat 3 van de zwenkarm.
Draai de kartelschroef 1 in richting A om het
geleidingsprisma te sluiten.
Bevestig de boorschacht in het klemprisma 5.
Druk daarvoor de arrêteerknop 4 in, leid het
klemprisma ernaartoe en klem de boorschacht
slechts licht met de schroef 6.
Aanwijzing!
Bij kleine of te korte boren kan het klemmen
met schroef 6 (fig. 8) nagelaten worden. Zorg
in elk geval voor een exacte axiale aanslag en
geleiding in het klemprisma 5 (fig. 8)!
Gevaar!
5. Draai de spil 1 (fig. 9) tot de boor 2 de
slijpschijf 3 licht aanraakt. Lees de waarde op
de schaal 4 af en draai de spil 1 precies één
omdraaiing terug. De afstand tussen boor 2
en slijpschijf bedraagt nu 1 mm.
6. Schakel het apparaat in aan de AAN/UIT
schakelaar 7 (fig. 1).
Onthoud de positie van de schaal 4 (fig. 9)
absoluut goed! De boor wordt na het slijpen
van de eerste snede in het geleidingsprisma
gedraaid en moet vervolgens op precies
dezelfde afstand tot de slijpschijf staan als
voor het slijpen van de eerste snede. Anders
wordt de boor asymmetrisch.
7. Draai de zwenkarm gelijkmatig naar rechts
tot aan de aanslag en zet daarbij aan de
aanzetspil 1 (fig. 10) langzaam aan in richting
B. Herhaal dit proces zo vaak tot een snede
aan de boor scherp gemaakt is.
Na 4 - 5 draaiingen is een snede aan de boor
in de regel scherp gemaakt. Onthoud de
positie van de schaal absoluut goed!
8. Draai de aanzetspil 1 (fig. 11) terug tot de
van tevoren onthouden waarde op de schaal
4.
9. Schakel het apparaat uit aan de AAN/UIT
schakelaar 7 (fig. 1).
10. Draai de kartelschroef 3 (fig. 11) in richting A
en draai de klemschroef 2 zo ver los tot de
boor met het klemijzer weg kan worden
genomen.
Maak het klemijzer nu niet los!
11. Draai de boor met het klemijzer 180° en leg
hem weer, zoals beschreven voor het scherp
maken van de eerste snede, in het
geleidingsprisma en bevestig hem in het
klemprisma.
12. Apparaat met AAN-UIT - schakelaar 7 (fig.1)
aanzetten en de tweede snede van de boor
slijpen.
32
Aanwijzing!
Aanwijzing!
Opgelet!

Advertisement

Table of Contents
loading

Table of Contents