Starten en stoppen
Voor de start
WAARSCHUWING! Neem de
!
gebruiksaanwijzing grondig door en
gebruik de machine niet voor u alles
duidelijk heeft begrepen.
Draag altijd persoonlijke
veiligheidsuitrusting. Zie instructies in
het hoofdstuk "Persoonlijke
veiligheidsuitrusting".
•
Hou onbevoegden uit het werkgebied.
•
Voer dagelijks onderhoud uit. Zie de instructies in het
hoofdstuk "Onderhoud".
•
Zorg ervoor dat de ontstekingskabel goed op de
bougie zit.
Starten
1
Wordt de grasmaaier voor de eerste keer gestart,
drukt u vijf keer op de brandstofpomp. Daarna moet u
drie keer op de brandstofpomp drukken bij de start
van een koude motor.
2
De motorrembeugel moet tegen de handgreep
worden gehouden wanneer de motor wordt gestart.
3
Ga achter de machine staan.
4
Pak de starthendel beet, trek met uw rechterhand het
starterkoord langzaam uit tot u weerstand voelt (de
starthaken grijpen in). Krachtig trekken om de motor
te starten. Wikkel het startkoord nooit rond uw
hand.
BEDIENING
Aandrijving (LC 140S)
•
Druk de voortdrijvingsstang in richting van de
handgreep om de aandrijving te starten.
•
Schakel, voordat u de machine naar u toe trekt, de
aandrijving uit en duw de machine ca. 10 cm naar
voren.
De koppelingskabel afstellen
Als de aandrijving langzaam aanvoelt, dient u de
koppelingsdraad aan te passen.
•
Stel de draad nauwkeurig af met de afstelschroef.
•
Om de draad te spannen en het toerental te verhogen,
draait u de afstelschroef linksom.
Zorg ervoor dat de draden niet te strak zijn gespannen.
Als de gazonmaaier begint te rijden zonder dat de
koppelingshendel wordt bediend, dient u de draad te
verlengen.
•
Om de draad te spannen en het toerental te verlagen,
draait u de afstelschroef rechtsom.
Stoppen
•
De motor wordt gestopt door de motorrembeugel los
te laten. De aandrijving wordt ook uitgeschakeld, als
men de rembeugel loslaat.
–
Dutch
109