4.
Benaming van de componenten
4.1
Display
De LED's van de universele module branden afhankelijk van de
gebeurtenis. De grafiek geeft een overzicht van de weergegeven
gebeurtenissen. De LED's betekenen:
LED brandt:
Spanning 12 V DC aanwezig
LED knippert:
Spanning 12 V DC uitgevallen
Accuvoeding aanwezig
LED brandt:
Er is een storing aan de ingelezen
melders of een sabotagecontact is
geopend.
LED's branden:
Al naar gelang de werking van de
universele module worden de
LED's aangestuurd.
Ze dienen voor het programmeren
van de universele module, voor
de weergave van de functie van
de melderkanalen/
relais of voor de weergave van
de signaalsterkte van het
ontvangen radiosignaal.
Naast de betekenis van de LED-weergaven bij normaal gebruik,
dienen de LED-weergaven ook tijdens de programmering voor de
weergave
van
opmerkingen over de desbetreffende functiebeschrijving in acht.
de
gekozen
115
functie.
Neem
daarvoor
de