Makita HR3000C Instruction Manual page 26

Hide thumbs Also See for HR3000C:
Table of Contents

Advertisement

Available languages
  • EN

Available languages

  • ENGLISH, page 1
11. Laat het gereedschap niet ingeschakeld liggen.
Bedien het gereedschap alleen wanneer u het
vasthoudt.
12. Richt het gereedschap niet op iemand in de
buurt terwijl het is ingeschakeld. Het bit zou eruit
kunnen vliegen en iemand ernstig verwonden.
13. Raak het bit en onderdelen in de buurt van het
bit niet onmiddellijk na gebruik aan. Zij kunnen
bijzonder heet zijn en brandwonden op uw huid
veroorzaken.
14. Sommige materialen bevatten chemische stoffen
die giftig kunnen zijn. Neem de nodige voor-
zorgsmaatregelen tegen inademing van stof en
contact met de huid. Volg de veiligheidsinstruc-
ties van de leverancier van het materiaal op.
BEWAAR DEZE VOORSCHRIFTEN.
WAARSCHUWING:
Laat u NIET misleiden door een vals gevoel van
comfort en bekendheid met het gereedschap (na
veelvuldig
gebruik)
veiligheidsvoorschriften
gereedschap
altijd
GEBRUIK
of
het
veiligheidsvoorschriften in deze gebruiksaanwijzing
kan leiden tot ernstige verwondingen.
GEBRUIK VAN HET GEREEDSCHAP
LET OP:
• Zorg altijd dat het gereedschap is uitgeschakeld en de
stekker ervan uit het stopcontact is verwijderd vooral-
eer u begint met afstelling of onderhoud van het
gereedschap.
Werking van de schakelaar (Fig. 1)
LET OP:
• Alvorens de stekker op een stopkontakt aan te sluiten,
dient u altijd te controleren of de trekschakelaar goed
werkt en bij loslaten naar de "OFF" positie terugkeert.
Om de machine te starten, drukt u de trekschakelaar
gewoon in. Laat de trekschakelaar los om te stoppen.
Afstellen van de draaisnelheid (Fig. 2)
U kunt het aantal omwentelingen en slagen per minuut
wijzigen door de afsteldraaiknop te verdraaien. De cijfers
op de draaiknop geven de draaisnelheid aan van 1 (mini-
mum) tot 6 (maximum).
Raadpleeg de onderstaande tabel voor de verhouding
tussen de cijfers op de draaiknop en het aantal omwente-
lingen/slagen per minuut.
Cijfers op
Omwentelin-
draaiknop
gen per minuut
6
5
4
3
2
1
26
en
neem
van
het
betreffende
strikt
in
acht.
VERKEERD
niet
naleven
van
Slagen per
minuut
720
3 300
690
3 150
590
2 700
490
2 250
390
1 800
360
1 650
Kiezen van de gewenste werking (Fig. 3)
Om een bepaalde werking te selecteren, dient u eerst de
wisselhefboom en de schakelhefboom in de positie afge-
beeld in Fig. 3 te zetten. Ga daarna als volgt te werk.
Boren plus hameren (Fig. 4)
Voor boren in beton, metselwerk e.d., drukt u de vergren-
delknop in en draait u de wisselhefboom zodat de wijzer
naar het H symbool wijst. Gebruik een boor met een
wolfraamcarbide punt.
Alleen boren (Fig. 5)
Voor het boren in hout, metaal of kunststof materialen,
draait u de schakelhefboom zodat de pijlpunt op het sym-
bool m staat. Gebruik een spiraalboor of een houtboor.
Alleen hameren (Fig. 6 en 7)
Voor beitelen, afbikken of slopen, drukt u de vergrendel-
knop in en draait u de wisselhefboom zodat de wijzer
naar het g symbool wijst. Gebruik een bull point, koud-
beitel, bikbeitel, enz.
LET OP:
• Wijzig de positie van de wisselhefboom en/of de scha-
alle
kelhefboom niet terwijl de machine nog belast draait,
aangezien de machine daardoor beschadigd zal raken.
• Om vroegtijdige slijtage van het wisselmechanisme te
de
voorkomen, dient u de wisselhefboom en/of de scha-
kelhefboom altijd juist in een van de drie werkingsposi-
ties te zetten.
• De werkingspositie kan niet direct van "alleen hame-
ren" naar "alleen boren" en niet direct van "alleen
boren" naar "alleen hameren" worden veranderd. Zet
de wisselhefboom en de schakelhefboom eerst in de
"boren plus hameren" positie afgebeeld in Fig. 7. Zet
deze daarna in de positie voor "alleen hameren" of
"alleen boren".
Koppelbegrenzer
De koppelbegrenzer wordt geaktiveerd wanneer een
bepaald koppel wordt bereikt. De motor wordt dan ont-
koppeld van de uitgangsas. Wanneer dit gebeurt, zal de
boor ophouden met draaien.
LET OP:
• Schakel de machine uit zodra de koppelbegrenzer
wordt geaktiveerd. Hierdoor wordt vroegtijdige slijtage
van de machine voorkomen.
Controlelampje (Fig. 8)
Het groene spanning-INGESCHAKELD controlelampje
gaat aan wanneer de machine wordt INGESCHAKELD.
Indien het controlelampje brandt maar de machine niet
start, zijn de koolborstels mogelijk versleten of is er een
defekt in de elektrische keten of de motor. Indien het con-
trolelampje niet aangaat en de machine niet start, is de
AAN/UIT schakelaar of het netsnoer mogelijk defekt.
Het rode slijtage-controlelampje gaat aan wanneer de
koolborstels bijna versleten zijn, om aan te geven dat de
machine een onderhoudsbeurt nodig heeft. Na ongeveer
8 gebruiksuren zal de motor automatisch afslaan.

Hide quick links:

Advertisement

Table of Contents
loading

Table of Contents