Olimpia splendid Bi2 WALL AR 1000 Instructions For Use, Maintenance And Installation Manual page 122

benodigde voorzorgsmaatregelen om te vermijden dat de koelmiddelconcentratie in ge-
val van lekkage de beoogde veiligheidslimieten overschrijd. Neem contact op met uw
verkoper voor meer informatie. Een overmatige hoeveelheid koelmiddel in een gesloten
ruimte kan tot onvoldoende zuurstof leiden.
4. Voer de installatie uit met gebruik van de bijgeleverde accessoires en de gespecificeer-
de delen. Gebeurt dat niet, dan kan het apparaat vallen en kunnen lekkage van water,
elektrische schokken of brand optreden.
5. De unit moet geïnstalleerd worden op een hoogte van 2,3 m boven de grond (afbeelding 2).
6. De unit mag niet geïnstalleerd worden in een washok of -ruimte.
7. Sluit de voedingscircuits af alvorens u toegang te verschaffen tot de aansluitklemmen.
8. De ombouw van de unit moet met woorden of met een symbool de circulatierichting
van de vloeistoffen aangeven (afbeelding 1).
9. Houd u voor ingrepen van elektrische aard aan de nationale normen voor de bekabe-
ling, de van kracht zijnde norm en deze installatie-instructies.
Het is noodzakelijk een onafhankelijk circuit en een enkel stopcontact te gebruiken.
Onvoldoende debiet van het circuit of een foutieve elektrische aansluiting kunnen elek-
trische schokken en brand veroorzaken.
10. Gebruik de aangeduide kabel; sluit hem aan en zet hem stevig vast zodat geen enkele
externe kracht op de aansluitklem kan inwerken. Een verkeerde of weinig stabiele aan-
sluiting kan oververhitting of brand veroorzaken in het aansluitpunt.
11. De positionering van de bekabeling moet zorgvuldig uitgevoerd worden zodat de af-
dekking van het bedieningspaneel correct vastgezet is.
Als de afdekking niet correct vastgezet is, kan het aansluitpunt van de aansluitklem
oververhit raken en kunnen brand of elektrische schokken veroorzaakt worden.
12. Als de voedingskabel beschadigd is, moet deze vervangen worden door de fabrikant,
diens assistentiemedewerker of iemand anders die op gelijkaardige wijze gekwalifi-
ceerd is zodat risicovolle situaties worden vermeden.
13. De vaste bekabeling moet voorzien zijn van een universele schakelaar met een schei-
ding van minstens 3 mm tussen de contacten van alle polen.
14. Vermijd tijdens de hydraulische aansluiting dat lucht in de koelcyclus gevoerd wordt.
Gebeurt dat wel, dan kan een afname van de capaciteit van de cyclus optreden en een
overmatige verhoging van de druk.
15. Wijzig niet de lengte van de voedingskabel, gebruik geen verlengsnoeren en deel het
enkele stopcontact niet met andere apparaten.
Gebeurt dat wel, dan kunnen brand of elektrische schokken optreden.
16. Ventileer de ruimte onmiddellijk als water lekt tijdens de installatie.
17. Controleer nadat de installatie voltooid is of geen lekkage van water aanwezig is.
18. De temperatuur van het koude water binnenin de unit mag niet lager zijn dan 3°C ter-
wijl de temperatuur van het warme water niet hoger dan 70°C mag zijn. Het water moet
schoon zijn en de luchtkwaliteit moet een pH-waarde tussen 6,5 en 7,5 hebben.
19. Sluit de elektrische voeding niet met de hand af wanneer het apparaat in werking is
aangezien dan een slechte werking het gevolg kan zijn.
20. Vraag uw verkoper om de installatie uit te voeren. Een onvolledige installatie, uitgevoerd
door de gebruiker, kan lekkage van water, elektrische schokken of brand veroorzaken.
21. Vraag uw verkoper om eventuele verbeteringen, reparaties en onderhoud uit te voeren.
De verkeerde uitvoering van deze handelingen kan lekkage van water, elektrische
schokken of brand veroorzaken.
22. Bij storingen in de werking (bijvoorbeeld: abnormale geluiden, een slechte geur, rook,
een abnormale stijging van de temperatuur, elektrische dispersie, enz.) dient u het ap-
paraat onmiddellijk uit te schakelen en de elektrische stroomtoevoer af te sluiten.
Wendt u voor eventuele reparaties uitsluitend tot erkende technische servicecentra
van de fabrikant en laat originele onderdelen gebruiken. De veronachtzaming van de
bovenstaande aanwijzingen kan de veiligheid van het apparaat in gevaar brengen.
23. Het apparaat en de afstandsbediening niet nat maken.
Er kunnen dan kortsluitingen of brand ontstaan.
24. Als een zekering doorbrandt, vervang die dan niet door een met een andere stroom-
sterkte en gebruik geen kabels van welke aard ook. Het gebruik van kabels of koperdra-
den kan een defect van de unit tot gevolg hebben of brand veroorzaken.
25. De langdurige blootstelling aan luchtstromen kan schadelijk zijn voor de gezondheid.
NL - 4