Universele Bandenspanningssensor Programmeren - Bosch TPA 200 Original Instructions Manual

Diagnostic device for tire pressure sensors
Hide thumbs Also See for TPA 200:
Table of Contents

Advertisement

Available languages
  • EN

Available languages

  • ENGLISH, page 18
nl
94 | TPA 200 | Bediening
5.5
Universele bandenspannings-
sensor programmeren
Deze functie is bijvoorbeeld nodig, wanneer een
defecte bandenspanningssensor door een nieuwe
universele bandenspanningssensor wordt vervan-
gen of wanneer van winter- naar zomerbanden of
omgekeerd wordt gewisseld. Daarbij worden de
waarden van de aanwezige bandenspanningssen-
sor naar de nieuwe bandenspanningssensor ge-
kopieerd. Een andere functie is, dat TPA 200 een
voertuigspecifieke sensor-ID genereert om een
bandenspanningssensor opnieuw te programme-
ren. De programmering is alleen voor universele
bandenspanningssensoren mogelijk.
1. TPA 200 inschakelen.
Hoofdmenu
wordt weergegeven.
Controle
wordt weergegeven.
2. "Sensorprogr." kiezen met
tigen met
.
Voertuig >Nieuw voertuig
weergegeven (niet bij werkprocedure
"Geen").
i
Wanneer als controles aan voertuigen zijn
uitgevoerd en opgeslagen en de werkpro-
cedure "Opdrachtnummer", "Registratie" of
"Modeljaar" is ingesteld, dan kunnen deze
voertuigen opnieuw worden gekozen en
gecontroleerd.
3. Bevestigen met
.
Merk kiezen
4. "Merk kiezen" met
Model kiezen
5. "Model kiezen" met
met
.
Jaar kiezen
6. "Jaar kiezen" met
Sensor selecteren >EZ-sensor
wordt weergegeven (bijvoorbeeld EZ-sen-
sor, afhankelijk van voertuig).
7. "Sensor selecteren" met
gen met
.
Optie kiezen >Sensor nieuw
weergegeven.
i
Momenteel dekken de reservebandenspan-
ningssensoren nog niet 100% van alle
bandenspanningssensoren van de eerste
uitrusting af. Daarom kan het gebeuren, dat
na de voertuigkeuze geen programmeerbare
universele bandenspanningssensor ter be-
schikking staat.
|
1 689 989 200
2016-02-16
of
en beves-
wordt
wordt weergegeven.
of
en bevestigen met
wordt weergegeven.
of
en bevestigen
wordt weergegeven.
of
en bevestigen met
of
en bevesti-
wordt
Er staan twee opties ter beschikking:
R
Optie Sensor nieuw om een universele
bandenspanningssensor met
voertuigspecifieke sensor-ID opnieuw te
programmeren.
R
Optie Sensorkopie om van een
bandenspanningssensor de gegevens
te kopiëren en op een andere
bandenspanningssensor te programmeren.
Sensor nieuw
1. "Sensor nieuw" kiezen met
tigen met
EZ-sensor voor TPA plaatsen
wordt weergegeven.
2. TPA 200 voor bandenspanningssensor plaat-
sen en bevestigen met
 "EZ-programma" wordt uitgevoerd.
Optie kiezen >Sensor nieuw
weergegeven.
i
Nieuw geprogrammeerde bandenspannings-
sensoren moeten in de volgende stap worden
geparametreerd. Het parametreren van de
bandenspanningssensor is afhankelijk van
het voertuigmodel. In het TPS-startcenter
worden de mogelijkheden voor het parame-
treren van de bandenspanningssensoren,
afhankelijk van het voertuigtype, beschreven.
3. Meerdere keren "<terug" kiezen met
en bevestigen met
te komen.
.
Sensorkopie
1. "Sensorkopie" kiezen met
tigen met
OE-sensor uitlezen
.
gegeven.
2. TPA 200 voor originele bandenspanningssen-
sor plaatsen en bevestigen met
 Gegevens van originele bandenspannings-
sensor worden gekopieerd.
EZ-sensor voor TPA plaatsen
wordt weergegeven.
3. TPA 200 voor de bandenspanningssensor
plaatsen waarop de gekopieerde gegevens
moeten worden geprogrammeerd en bevesti-
gen met
.
 "EZ-programma" wordt uitgevoerd.
Optie kiezen >Sensorkopie
weergegeven.
of
.
.
om in het hoofdmenu
of
.
wordt weer-
.
Robert Bosch GmbH
en beves-
bijv.
wordt
of
en beves-
bijv.
wordt

Hide quick links:

Advertisement

Table of Contents
loading

Table of Contents