2. Aanwijzingen voor het gebruik
2.1. Uitvouwen en invouwen van de rolstoel
2.1.1 Uitvouwen van de rolstoel (figuur 14) :
- Pak de rolstoel aan de zijde het dichtst bij vast aan de
armsteun en kantel de rolstoel licht in uw richting (zodanig
dat het voorwiel en achterwiel van de grond komen) ;
- Met de andere hand drukt u de zitbekleding naar beneden
zodat de zitbekleding uitvouwt en de zitbuis zich neer-
waarts beweegt. De zitbekleding moet geheel uitgevouwen
zijn en strak staan ;
- Vervolgens zet u de rolstoel op de rem, zwenkt de voet-
steunen / beensteunen weg en controleert u de afstand
tussen de voetplaten en de grond (afstand voetplaat / grond
- zie § B-2.1.4) U kunt nu in de rolstoel gaan zitten.
14
2.1.2 Invouwen van de rolstoel (figuren 15 en 16) :
- Klap de voetplaten op langs de voetsteunen / beensteunen ;
- Pak de voor- en achterkant van de zitbekleding beet en til
de zitbekleding op.
!
Waarschuwing : De rolstoel dient te worden
ingevouwen met de zitbekleding naar boven anders bestaat
de kans op beschadiging van het materiaal.
15
73
16