Briggs & Stratton 290000 Operator's Manual page 58

Hide thumbs Also See for 290000:
Table of Contents

Advertisement

Available languages
  • EN

Available languages

  • ENGLISH, page 1
5. Beweeg de snelheidsbediening (B) naar de volgas
in de volgas
positie.
6. Repeteerstarter: Draai de startsleutel (D), indien hiermee uitgerust, naar de stand
"run" (=aan).
7. Repeteerstarter: Houd de startkoordgreep stevig vast (E). Trek de startkoordgreep
langzaam uit tot er weerstand gevoeld wordt, trek dan snel.
Noot: Indien de motor niet na drie pogingen start, ga dan naar
BRIGGSandSTRATTON.COM of raadpleeg een dealer.
WAARSCHUWING:
zal uw hand en arm sneller naar de motor trekken dan U kunt loslaten. Gebroken
botten, kneuzingen of verstuikingen kunnen het gevolg zijn. Trek bij het starten van
de motor het startkoord langzaam uit tot er weerstand gevoeld wordt en trek dan snel
om terugslag te voorkomen.
8. Elektrostart: Draai de startsleutel (D)naar de stand "ON" (=aan)/"start".
Noot: Indien de motor niet na drie pogingen start, ga dan naar
BRIGGSandSTRATTON.COM of raadpleeg een dealer.
OPGEPAST: Start om de levensduur van de startmotor te verlengen steeds
kortstondig (vijf seconden maximaal). Wacht een minuut tussen twee startpogingen.
De motor stoppen - Fig. 3
1. Draai, met de snelheidsbediening (B) in de stand "SLOW" (=langzaam)
contactslot (D) naar de "OFF" (=uit) positie (Fig. 3).
2. Druk de stopschakelaar (F), indien de machine hiermee is uitgerust, op de off-stand.
3. Draai nadat de motor stopt de brandstofkraan (A), indien hiermee uitgerust, dicht.
Onderhoud
Gebruik uitsluitend originele onderdelen. Andere onderdelen kunnen mogelijk niet
zo goed presteren, schade aan de machine veroorzaken of resulteren in
persoonlijk letsel. Ook kan het gebruik van andere onderdelen uw garantie ongeldig
doen maken.
Wij adviseren dat U voor al het onderhoud en alle service aan de motor en de
motoronderdelen een geautoriseerde Briggs & Stratton dealer raadpleegt.
OPGEPAST: Alle componenten die zijn gebruikt om deze motor te bouwen moeten op
hun plaats blijven voor een juiste werking.
Emissie Beheersing
Onderhoud, vervanging of reparatie van emissiebeheersing voorzieningen en
systemen kunnen uitgevoerd worden door elke reparatie-inrichting of - -individu
voor "non-road" motoren. Echter, voor het verkrijgen van gratis emissiebeheersing
service moet het werk worden uitgevoerd door een door de fabriek geautoriseerde
dealer. Zie de Emissies Garantie.
WAARSCHUWING
Per ongeluk vonken kan resulteren in brand of een elektrische schok.
Per ongeluk starten kan resulteren in verwarring, traumatische
amputatie, of verscheuring.
Brandgevaar
Voordat afstellingen of reparaties worden uitgevoerd:
Ontkoppel de bougiekabel en houd deze weg van de bougie.
Gebruik uitsluitend de juiste gereedschappen.
Verander niets aan regulateurveren, verbindingsstangen of andere onderdelen om
het motortoerental te verhogen.
Vervangingsonderdelen voor de uitlaat moeten hetzelfde zijn en op dezelfde manier
geïnstalleerd worden als de originele onderdelen.
Sla niet met een hamer of hard voorwerp tegen het vliegwiel omdat het vliegwiel
anders later uit elkaar kan vliegen tijdens bedrijf.
Bij het controleren op vonken:
Gebruik een goedgekeurde vonktester.
Controleer niet op vonken met de bougie verwijderd.
Onderhoudskaart
Eerste 5 uur
Olie verversen
Iedere 8 uur of dagelijks
Motoroliepeil controleren
Reinigen rond uitlaat en bedieningen
58
positie. Gebruik de motor
Snel terugtrekken van het startkoord (terugslag)
Iedere 100 uur of jaarlijks
Luchtfilter reinigen *
Voorfilter reinigen (indien hiermee uitgerust) *
Motorolie en filter vervangen
Bougie vervangen
Uitlaat en vonkenvanger controleren
Klepspeling controleren **
Iedere 400 uur of jaarlijks
Luchtfilter vervangen
Luchtkoelsysteem reinigen *
Oliekoelervinnen reinigen *
*
Vaker reinigen onder stoffige omstandigheden of wanneer zich veel zwevend vuil in
de omgeving bevindt.
**
Niet nodig tenzij zich prestatieproblemen van de motor voordoen.
De bougie vervangen - Fig. 4
Controleer de elektrodeafstand (A, Fig. 4) met een draadvoeler (B). Verstel zonodig de
opening. Installeer de bougie en draai deze vast met het aanbevolen aanhaalkoppel. Zie
voor afstelling van de opening of het aanhaalkoppel het Specificaties hoofdstuk.
Noot: In sommige gebieden schrijven plaatselijke wetten het gebruik voor van een
weerstandsbougie om ontstekingssignalen te onderdrukken. Indien deze motor origineel
was uitgerust met een weerstandsbougie, gebruik dan voor vervanging hetzelfde type
bougie.
het
Uitlaat en vonkenvanger inspecteren - Fig. 5
WAARSCHUWING
Draaiende motoren produceren hitte. Motoronderdelen, vooral de uitlaat,
worden uiterst heet.
Ernstige brandwonden kunnen optreden bij contact.
Brandbaar vuil, zoals bladeren, gras, hout, enz., kan in brand geraken.
Laat uitlaat, motorcilinder en vinnen afkoelen voordat deze aangeraakt worden.
Verwijder opgehoopt vuil van het uitlaat- en cilindergebied.
Installeer een vonkenvanger en houd deze in goede staat voordat de machine wordt
gebruikt op bebost, met gras of struiken bedekt ongecultiveerd land. De staat
Californië vereist dit (Sectie 4442 van de California Public Resources Code). Andere
staten kunnen gelijkwaardige wetten hebben. Federale wetten zijn van toepassing op
federaal land.
Inspecteer de uitlaat (A, Fig. 5) op barsten, corrosie of andere beschadiging. Verwijder
de vonkenvanger (B), indien hiermee uitgerust en inspecteer deze op beschadiging of
koolverstopping. Zorg er, als vervanging nodig is, voor dat uitsluitend originele
onderdelen gebruikt worden.
WAARSCHUWING:
dezelfde manier gemonteerd worden als de oorspronkelijke onderdelen, anders kan
brand optreden.
De olie vervangen - Fig. 8
OPGEPAST: Gebruikte olie is gevaarlijk afval en moet op de juiste manier weggegooid
worden. Niet met huishoudelijk afval weggooien. Raadpleeg de plaatselijke instanties,
het servicecentrum of de dealer voor veilige manieren om weg te gooien/te recyclen.
Olie verwijderen
1. Ontkoppel, met de motor uit maar nog steeds warm, de bougiekabel (A) en houd
deze weg van de bougie (Fig. 8).
2. Verwijder de olieaftapplug (B, Fig. 9). Tap de olie af in een goedgekeurde
opvangbak.
3. Installeer nadat de olie is afgetapt de olie aftapplug en draai deze vast.
Oliefilter vervangen (indien hiermee uitgerust)
Sommige modellen zijn uitgerust met een oliefilter. Zie voor vervangingsintervallen de
Onderhoud kaart.
1. Tap de olie uit de motor af. Zie de Olie Verwijderen sectie.
2. Verwijder de oliefilter (C) en gooi deze op de juiste manier weg. Zie Fig.10.
3. Smeer, voordat U de nieuwe oliefilter installeert, de filterpakking in met verse, schone
olie.
4. Installeer de oliefilter met de hand tot de pakking de oliefilteradapter raakt, draai de
oliefilter dan nog 1/2 tot 3/4 slag vast.
5. Vul olie bij. Zie de Olie bijvullen sectie.
6. Start de motor en laat deze draaien. Controleer terwijl de motor opwarmt op
olielekkages.
7. Stop de motor en controleer het oliepeil. Het moet tot de "FULL" (=vol) markering op
de peilstok komen.
Olie bijvullen
Plaats de motor waterpas.
Reinig rond de olievulopening.
Raadpleeg het hoofdstuk Specificaties voor de oliecapaciteit.
1. Verwijder de peilstok (D) en veeg deze af met een schone doek (Fig. 11).
Vervangingsonderdelen moeten origineel zijn en op
9
10
11
BRIGGSandSTRATTON.COM

Hide quick links:

Advertisement

Table of Contents
loading

This manual is also suitable for:

380000300000350000

Table of Contents