Murray 6210701x54NA Instruction Book page 50

INHOUD
GEVAARSYMBOLEN EN DE BETEKENIS ER VAN
BEDIENINGSYMBOLEN EN DE BETEKENIS ER VAN 51
RICHTLIJNEN VOOR VEILIGE BEDIENING
ASSEMBLAGE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
BEDIENING . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
ONDERHOUDSKAART . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
KAART VOOR FOUTOPSPORING EN - -VERHELPING 58
BEPERKTE GARANTIE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Algemene informatie
Dit instructieboek is geschreven voor iemand met enige mechanische
aanleg. Zoals bij de meeste servicehandleidingen, worden niet alle
stappen beschreven. Stappen over hoe bevestigingen los of vast te
maken zijn stappen die iedereen kan volgen met enige mechanische
aanleg. Lees en volg deze instructies voordat u het toestel gebruikt.
Ken uw product: Indien u het toestel begrijpt en hoe het toestel
functioneert, zal u het beste resultaat verkrijgen. Vergelijk de illustraties
met het toestel terwijl u deze handleiding leest. Leer de lokatie en de
werking van de bedieningsorganen. Volg de bedieningsinstructies en de
veiligheidsrichtlijnen om ongevallen te voorkomen. Bewaar deze
handleiding voor later gebruik.
BELANGRIJK: Veel toestellen zijn niet geassembleerd en worden
verkocht in dozen. Het is de verantwoordelijkheid van de gebruiker om
te zorgen dat de assemblage--instructies in deze handleiding exact
worden gevolgd. Andere toestellen worden aangekocht in
geassembleerde toestand. Bij niet--geassembleerde toestellen is het de
verantwoordelijkheid van de eigenaar om te zorgen dat het toestel
correct geassembleerd wordt. De eigenaar dient het toestel zorgvuldig te
controleren conform de instructies in deze handleiding voordat het voor
de eerste keer wordt gebruikt.
1741413
. . . 51 Kenmerken van bedieningsorganen en uitrusting
(zie figuur 1)
. . . . . . . . . 52
Krukmechanisme (2) - Wijzigt de richting van de afvoerstroom.
54
Stroomdeflector (3) - Wijzigt de afstand hoever de sneeuw wordt
54
weggeworpen.
56
Afvoerstroom (4) - Wijzigt de richting waarin de sneeuw wordt
weggeblazen.
59
Vijzelaandrijvinghefboom (5) - Start en stopt de vijzel (sneeuw
verzamelen en wegblazen) en drijft ook de sneeuwblazer voort.
Motorfuncties
Stopschakelaar (8) - Moet naar de ON--positie worden verplaatst om
de motor te starten.
Primer- knop (9) - Injecteert brandstof rechtstreeks in de carburator om
snel te starten bij koud weer.
Terugslag- starthendel (12) - Om de motor manueel te starten.
Chokeknop (14) - Om een koude motor te starten.
50
nl