Alde Comfort 2928 Instructions For Use Manual page 22

Hide thumbs Also See for Comfort 2928:
Table of Contents

Advertisement

Available languages
  • EN

Available languages

  • ENGLISH, page 13
Hoofdstuk
1.
De constructie van de ketel
1:1
Technische gegevens
2.
De werking van de ketel
2:1
Functies van het bedieningspaneel
2:2
Het aanzetten van de gasketel
2:3
Het uitzetten van de gasketel
2:4
Hoe de verwarming het best wordt
inge steld
2:5
Het instellen van de kamertemperatuur
2:6
De circulatiepomp
2:7
Elektrische verwarming
3.
Externe start
4.
Warmwaterboiler
5.
Onderhoud van het verwarmingssysteem
5:1
Ontluchting van het
verwarmingssysteem
6.
Wetenswaardigheden over vloeibaar gas
7.
Storingsschema
8.
Garantie
Deze gebruiksaanwijzing dient zorgvuldig te worden
gelezen voordat de ketel in gebruik wordt genomen.
Deze gebruiksaanwijzing is goedgekeurd volgens
CE no. 048AO-0007 voor op vloeibaargas gestookte
verwarm ingsketels van het type 2928 voor montage in
campers, caravans of gebouwen.
Het informatieplaatje en het fabricagenummer bevin-
den zich aan de binnenkant van de omemanteling,
naast het expansievat.
1.
DE CONSTruCTIE vAN DE
KETEL
De ketel werkt volgens het zogenaamde constante
temperatuur principe. Dit betekent dat er altijd ver-
warmd water in de installatie is, dat kan gaan circule-
ren als de kamerthermostaat aanslaat. Er is dus geen
opwarmingstijd wanneer er warmte nodig is.
Via een luchtinlaat in de schoorsteenkap wordt de
verbrandingslucht door een aluminium slang naar de
verbrandingsruimte geleid. Hat gasblock en de brander
zijn op een gemakkelijk te demonteren plaat beves-
tigd. Deze plaat is in de verbrandingsruimte, in het
onderste gedeelte van de ketel gemonteerd. Boven de
verbrandingsruimte zit het watergedeelte, dat bestaat
uit een binnen- en een buitenpijp. De tussenruimte
tussen deze twee pijpen is het eigenlijke waterreser-
voir. In de binnenste pijp zit de vlamvertrager, die uit
een geplooide metalen plaat bestaat. Deze plaat dient
ertoe om de warme rookgassen die van de brander
komen naar het watergedeelte te leiden, zodat het
water wordt opgewarmd. Van de bovenkant van het
watergedeelte loopt een leiding naar het expansievat.
In het expansievat zit een 12 Volt circulatiepomp, die
de verwarmde vloeistof door het systeem laat circule-
ren. Onder het expansievat zit de bedieningsunit met
een thermostaatknop, een zekering, een stroomaan-
sluiting en een schakelaar. Helemaal boven in de ketel
22
Blz
zit de electrische aansluiting van de ketel. Naast de
ketel is een ventilatiekanaal aangebracht, dat buiten-
22
lucht aanzuigt en deze lucht naar de ruimte rond het
22
verbrandingsgedeelte van de ketel leidt. Deze lucht
22
wordt door de stralingswarmte verwarmd en komt door
22
het ventilatierooster aan de voorkant van de ketel de
23
kamer in.
23
23
1:1
Technische gegevens
Gas:
23
Effect:
23
Gasverbruik:
23
Gasdruk:
24
Inhoud ketel (anti-vriesmengsel): 2,6 liter
24
Inhoud elektropatroon (anti-vriesmengsel): 1,0 liter
24
Systeemtemperatuur in ketel: 35 - 75 °C
24
2.
DE wErKING vAN DE KETEL
25
25
Als de kamerthermostaat aanslaat, start de circulatie-
pomp. De vloeistof in het systeem gaat dan circuleren.
26
De temperatuurvoeler op het watergedeelte registreert
dat de watertemperatuur kouder is dan de tempera-
tuur die met de thermostaat van de ketel is ingesteld.
De hoofdbrander gaat branden en verwarmt het water
dat in het systeem circuleert. Als de temperatuur de
ingestelde kamertemperatuur heeft bereikt slaat de cir-
culatiepomp af. De temperatuurvoeler registreert dan
dat de watertemperatuur de ingestelde waarde heeft
bereikt en zorgt ervoor dat de hoofdbrander afslaat en
dat het waakvlammetje gaat branden. Als de water-
temperatuur daarna weer een aantal graden zakt slaat
de hoofdvlam automatisch weer aan. Op deze manier
wordt ervoor gezorgd dat er altijd heet water in de ketel
aanwezig is als de kamerthermostaat aanslaat.
2:1
De functies van het bedie nings ­
paneel (fig 1)
A.
Normale positie voor de elektropatroon. Het
verwarmingselement wordt gestuurd door de
kamerthermostaat.
B.
Constantpositie voor de elektropatroon. Het ver-
warmingselement wordt gestuurd door de thermo-
staat van de elektropatroon.
C.
Een effect van 1000 Watt op de elektropatroon.
D.
Een effect van 2000 Watt op de elektropatroon.
E.
230 Volt circulatiepomp voor de elektropatroon.
F.
12 Volt circulatiepomp voor de ketel.
G.
Normale positie voor de 12 en 230 Volt circula-
tiepomp. De pomp wordt aangestuurd door de
kamerthermostaat.
H.
Constantpositie voor de 12 en 230 Volt circulatie-
pomp. De pomp loopt constant en de kamertem-
peratuur wordt geregeld met de thermostaatknop
van de ketel, aangezien de systemetemperatuur
van de ketel kan worden ingesteld. De constant-
positie kan bijv. worden gebruikt als er meerdere
personen in de wagen aanwezig zijn. Als men
dan dicht bij de kamerthermostaat zit bestaat de
mogelijkheid dat lichaamswarmte ertoe leidt dat
Propaan
Butaan
5,8 kW
6,7 kW
max 420 g/h
max 480 g/h
I
28-30/37 mbar
I
3+
3B/P
30 mbar

Hide quick links:

Advertisement

Table of Contents
loading

Table of Contents