Chicco GLEE Manual page 31

Table of Contents

Advertisement

Available languages
  • EN

Available languages

  • ENGLISH, page 9
komen met het lichaam van het
kind.
• Verzeker u ervan dat de gebruikers
van de wandelwagen goed weten
hoe hij werkt.
• Dit product mag uitsluitend door
een volwassene worden gebruikt.
• Het product mag uitsluitend door
een volwassene worden gemon-
teerd.
• Om gevaar voor wurging te voor-
komen mag u het kind geen voor-
werpen met touwen geven of ze
binnen het bereik van het kind la-
ten liggen.
• Gebruik de wandelwagen niet op
trappen of roltrappen: u zou de
controle erover onverwachts kun-
nen verliezen.
• Kijk goed uit als u een trede of de
stoep op- of afgaat.
• Als u de wandelwagen geduren-
de lange tijd in de zon laat staan,
wacht dan tot hij afgekoeld is voor-
dat u het kind erin zet. Door lang
in de zon te staan kunnen de ma-
terialen en stoffen van kleur veran-
deren.
• Zorg ervoor dat de wandelwagen
niet in aanraking komt met zout
water om roestvorming te voorko-
men.
• Gebruik de wandelwagen niet op
het strand.
• Als de wandelwagen niet wordt
gebruikt, dient hij buiten het bereik
van kinderen te worden gehouden.
TIPS VOOR HET REINIGEN EN HET ONDERHOUD
Dit artikel heeft geregeld onderhoud nodig. Reinigings- en onder-
houdswerkzaamheden mogen alleen door een volwassene worden
verricht.
REINIGEN
De stof van de wandelwagen kan niet verwijderd worden. Reinig de
stoffen delen met een vochtige spons en een neutraal wasmiddel.
Reinig de kunststof delen regelmatig met een vochtige doek. Na
eventuele aanraking met water moeten de metalen delen afge-
droogd worden om roestvorming te voorkomen.
Hieronder worden de wassymbolen en de betekenis ervan weer-
gegeven:
Niet wassen in water
Niet bleken
30° C
Niet in de droogtrommel drogen
Niet strijken
Niet chemisch laten reinigen
ONDERHOUD
Smeer de bewegende delen indien nodig met droge siliconenolie.
Controleer periodiek de slijtagestaat van de wielen en houd ze vrij
van stof en zand.
Berg de wandelwagen op een droge plaats op.
ALGEMENE AANWIJZINGEN
OPENEN EN EERSTE MONTAGE VAN DE WANDELWAGEN
OPGELET: Let er bij deze handeling op dat het kind of andere kin-
deren zich op een veilige afstand bevinden.
OPGELET: Verzeker u er tijdens deze fase van dat de bewegende
delen van de wandelwagen niet in aanraking komen met het li-
chaam van het kind.
1. Open de sluiting (afb. 1) en trek de greep omhoog (afb. 1A) tot de
structuur helemaal openstaat (afb. 1B).
OPGELET: Verzeker u er voor gebruik van dat de wandelwagen op
de open stand vergrendeld is, door te controleren of het mechanis-
me inderdaad geblokkeerd is.
2. Steek de voorwielen in de wandelwagen tot ze blokkeren (afb.
2). Om de voorwielen te verwijderen, drukt u op de aangegeven
knop en trekt u het wiel naar beneden (afb. 2A). De voorwielen
hebben een zwenkfunctie: verstel de hendel (afb. 2B) om de
stand te wijzigen. Met de hendel omlaag kunnen de wielen vrij
draaien; om ze vast te zetten, bedient u de aangegeven hendel
en brengt u deze in de hoogste stand. Met de zwenkwielen is de
wandelwagen beter bestuurbaar; op hobbelig terrein is het ech-
ter raadzaam de wielen vergrendeld te gebruiken om soepeler te
rijden (grind, zandweg, etc.).
OPGELET: Alle wielen moeten altijd tegelijkertijd worden vergren-
deld of ontgrendeld.
3. Om de achterwielen te monteren, steekt u de wielpen in de ope-
ning in de achterste buis (afb. 3). Om ze te verwijderen, drukt u
op de knop onder de wielsteun en trekt u ze naar buiten (fig. 3A).
OPGELET: Verzeker u er voor het gebruik van dat alle wielen goed
zijn vastgezet.
4. Installeer de bumperbar door deze in de speciale houders op de
koppelingen van de wandelwagen te duwen (Afb. 4). Indien u
hem wil verwijderen, drukt u op de knoppen op de koppelingen
(Afb. 4A). OPGELET: Gebruik de bumperbar nooit om het pro-
duct met het kind erin op te tillen.
GEBRUIK VAN DE VEILIGHEIDSGORDELS
De wandelwagen is uitgerust met een veiligheidssysteem met vijf
verankeringspunten bestaande uit twee schouderbanden, twee af-
stelknoopsgaten, een buikgordel en een tussenbeenstuk met gesp.
5. OPGELET: Om ze te gebruiken voor kinderen vanaf de geboorte
tot ongeveer 6 maanden, moeten de schouderbanden worden
gebruikt door ze eerst door twee afstellussen te halen (Afb. 5) en
moet de buikriem door de verticale lussen (Afb. 5A) worden ge-
haald. De hoogte van de schoudergordels kan afgesteld worden
door ze in de lussen op de rugleuning te verplaatsen.
6. Zet het kind in de wandelwagen, doe hem de veiligheidsgordels
om (Afb. 6) en steek eerst de twee gesptongen (A) door de gesp
van de schouderbanden (B) en dan in de gesp van het tussen-
beenstuk (C); regel de hoogte van de schouderriemen zodanig
dat ze op de schouders van het kind rusten (Afb. 6A). Zorg ervoor
31

Advertisement

Table of Contents
loading

Table of Contents