Instelling Van De Modi - Conrad Mc Crypt LumiZIP1 Instruction Manual

Led effect floodlight
Table of Contents

Advertisement

Available languages

Available languages

7. Ingebruikname

7.4 Instelling van de modi

Via de functietoetsen en het display (1, 2, 3 en 4) vindt de instelling van de modus plaats.
Automatisch bedrijf
Druk op de toets MODE (1) tot op de eerste plaats "A" op het display (4) verschijnt. "A" betekent hier dat het
apparaat zich in de automatische modus bevindt.
In deze modus produceert het apparaat verschillende vooringestelde lichteffecten die in 10 verschillende
snelheidsniveaus kan worden geschakeld. Deze snelheidsniveaus worden met de toetsen UP (2) of DOWN (3)
ingesteld.
In deze modus reageert het apparaat niet op signalen die met de aansluiting DMX IN (5) zijn verbonden,
maar genereert het afhankelijk van de geselecteerde functie, overeenkomstige DMX-signalen op de
DMX-kanalen 001-003 aan de aansluiting DMX OUT (6).
Bovendien worden ook op DMX-kanalen 004-006 signalen gegenereerd die ten opzichte van de
signalen op kanaal 001-003 met twee lichtscenes zijn verschoven.
Hierdoor kunnen apparaten die met de aansluiting DMX OUT (6) verbonden zijn en als slave-toestel
zijn gecodeerd, zowel synchroon als met 2 lichtscenes verschoven worden aangestuurd (zie hiervoor
ook het hoofdstuk "Slave-modus" verder in deze handleiding).
Het laatst ingestelde snelheidsniveau blijft bewaard, ook wanneer u deze bedrijfsmodus tussendoor
verlaat of het lichteffect werd uitgeschakeld.
Sound-to-Light modus
Druk op de toets MODE (1) tot "S2L" op het display (4) verschijnt. "S2L" betekent hier dat het apparaat zich in
de Sound-to-Light-modus bevindt.
In deze modus worden verschillende vooringestelde lichteffecten na elkaar opgeroepen. Het opnieuw inschakelen
van deze lichteffecten gebeurt door audiosignalen die via de ingebouwde microfoon worden opgenomen. De
lichtsjablonen worden op de maat van de muziek geschakeld.
In deze modus zijn de toetsen UP (2) en DOWN (3) gedeactiveerd en het apparaat reageert niet op
signalen die met de aansluiting DMX IN (5) zijn verbonden.
Het genereert toch afhankelijk van de net weergegeven lichtscene, DMX-signalen op de
DMX-kanalen 001-003 aan de aansluiting DMX OUT (6). Bovendien worden ook op DMX-kanalen
004-006 signalen gegenereerd die ten opzichte van de signalen op kanaal 001-003 met twee
lichtscenes zijn verschoven.
Hierdoor kunnen apparaten die met de aansluiting DMX OUT (6) verbonden zijn en als slave-toestel
zijn gecodeerd, zowel synchroon als met 2 lichtscenes verschoven worden aangestuurd (zie hiervoor
ook het hoofdstuk "Slave-modus" verder in deze handleiding).
60

Advertisement

Table of Contents
loading

This manual is also suitable for:

591218

Table of Contents