De Detector Instellen; Led-Indicatie - GE DD205-AD Series Installation Instructions Manual

Table of Contents

Advertisement

6. Bevestig voorzichtig de basis op de montageplaat aan
de muur (Afb.
).
7. Bedraad en programmeer de detector (Afb.
8. Plaats de voorkant terug op de basis (Afb.
Wanneer u de detector van de bus loskoppelt, dient
u één minuut te wachten voordat u deze weer
aansluit, zodat de herstart vlekkeloos verloopt.
Spiegelmaskering (afb.
Wanneer objecten zich binnen 1,5 m van of onder de
detector bevinden, moet u het bijgesloten masker aan de
binnenkant van het venster insteken (afb.
masker met name om objecten te vermijden die de
temperatuur wijzigen (bijvoorbeeld drankautomaten, vogelkooien,
etc.) en bij reflecterende oppervlakken.

De detector instellen

De volgende instellingen kunnen worden geadresseerd door
de IADS-bus:
Detectorinstelling
Looptest:
Dag/nacht:
Bereik: PIR
Microgolf
De status van het alarm en de sabotagebeveiliging kan ook
worden afgelezen via de GI (databus) bus in het ATS1290
DI-menu 2.

LED-indicatie

De LED gaat aan als de detector in Alarm is.
Topologie en modules
Raadpleeg de handleiding van de ATS1290.
Kabelspecificaties
Raadpleeg de handleiding van de ATS1290.
De ATS-uitgangen (zie overzicht met
geheugenlocaties hieronder)
De ATS-uitgang kan worden gebruikt om het alarm-LED of
looptest-LED in te schakelen op de detector.
De ATS-uitgang en zonenummering zijn gelijk
Het standaard uitgangsnummer voor het activeren van een
looptest voor de detector is gelijk aan het ingangsnummer
wanneer de geheugenlocatie 6 is ingesteld op 0 (standaard).
Het standaard uitgangsnummer voor het activeren van een
dag-/nachtstatus voor de detector is gelijk aan het
ingangsnummer +1 wanneer de geheugenlocatie 7 is ingesteld
op 0 (standaard).
Raadpleeg de handleiding voor de IADS DI om de IADS-
adresinstellingen en de zonenummering op te zoeken.
Het uitgangsnummer op de DD205-AD kan ook worden
gewijzigd binnen het DI-uitgangsbereik (bijvoorbeeld DI 1
uitgangsnummer 17-32).
Als de uitgang voor een looptest van de detector of alle
uitgangen van vergelijkbare detectoren op dezelfde DI moeten
worden geprogrammeerd op bijvoorbeeld uitgang 32, moet
u de geheugenlocatie 6 van al deze I/O-apparaten instellen
op 32.
Dezelfde programmering is van toepassing op de
geheugenlocatie 7 voor de dag-/nachtstatus.
)
). Gebruik het
Opties
An/Uit
Aan/Uit
8 of 12 m
7,5 of 12 m ±0,5
De looptest en Dag/Nacht (of inschakelen / uitschakelen)-
functionaliteit kan worden geprogrammeerd via actievlaggen
en uitgaan via het bedieningspaneel.
and
).
Overzicht met geheugenlocaties
).
Ieder adresseerbaar apparaat heeft unieke kenmerken met
betrekking tot gerelateerde I/O-lijnen of bepaalde functionaliteit
van de module.
Er zijn in totaal 16 geheugenlocaties gereserveerd om de
IADS-module te configureren. Alleen de eerste 9 zijn normaliter
configureerbaar door de gebruiker. Dit hangt af van de
functionaliteit van de specifieke module.
Voor de DD205-AD zijn alleen de eerste zeven
geheugenlocaties relevant.
Technische specificaties
Gespecificeerde montagehoogtemin. 1,8 m – max. 3,0 m
Bewegingsnelheid
Temperatuurbereik
Relatieve luchtvochtigheid 0 tot 95% zonder condensatie
Afmetingen
Gewicht
Aantal detectie gordijn velden
Max. detectiebereik
Kijkveld
IP/IK-waarde (met afgesloten kabelinvoergat)
Categorie
Moduletype
Busprotocol
Busspanning
Huidig opgenomen vermogen uit bus
Aansluitfactor voor DI
Adresbereik
Radarfrequentie
Max Radar uitgangs vermogen op 1 m
- 11 -
min. 0,2 m/sec - max 3 m/sec
-10 tot +55°C
150 x 70 x 57 mm
IP30 IK02
Dubbel detector type 2
GE Security IADS
12 V of 24 V
0 tot 255
0.003 µW/cm²
120 gr.
7
12 m
86°
T2
990 µA
3
5,8 GHz

Advertisement

Table of Contents
loading

Table of Contents