Download Print this page

Metabo HO 18 LTX 20-82 Original Operating Instructions page 19

Hide thumbs Also See for HO 18 LTX 20-82:

Advertisement

Available languages
  • EN

Available languages

  • ENGLISH, page 9
7. Gebruik
7.1
Schaafdiepte instellen
Door het draaien van de knopgreep (2) kan de
schaafdiepte traploos worden ingesteld.
Ingestelde schaafdiepte aflezen aan de schaal (3).
De schaafdiepte alleen in het bereik van 0 - 2,0
mm instellen.
7.2
In- en uitschakelen
Inschakelen: vergrendelknop (4) drukken en
vasthouden, vervolgens op de drukschakelaar (5)
drukken.
Uitschakelen: Laat de drukschakelaar (5) los.
7.3
Tips voor het werk
Algemene aanwijzingen
Voor grove werkzaamheden een grote spaandiepte
instellen en de machine met een geschikte,
gereduceerde aanvoersnelheid aanschuiven,
zodat de spaanders gelijkmatig uit de machine
worden geworpen.
Om een glad werkstukoppervlak te bereiken, een
geringe schaafdiepte instellen en de
schaafmachine langzaam en gelijkmatig bewegen.
1. Schaafdiepte instellen.
2. Houd de machine met beide handen aan de
grepen (2) en (6) vast.
3. Het voorste gedeelte van de schaaf vlak op het
werkstuk plaatsen.
Aan het begin van het werkstuk het voorste
gedeelte van de schaaf op het werkstuk
drukken. Zie pagina 2, afb. A.
4. Eerst inschakelen, dan het inzetgereedschap
naar het werkstuk brengen.
5. De machine langzaam en gelijkmatig vooruit
schuiven.
6. De steunbeugel (11) wordt door de rand van het
werkstuk naar boven gezwenkt.
7. Aan het einde van het werkstuk het achterste
gedeelte van de schaaf op het werkstuk
drukken. Zie pagina 2, afb. A.
Randen afkanten
De V-groef (1) maakt het afkanten van de randen
van werkstukken eenvoudiger.
Machine met V-groef (1) op de rand van het
werkstuk plaatsen. De machine langzaam en
gelijkmatig op de rand vooruit schuiven.
Schaven met geleiding
Geleiding (13) van links erin schuiven. In de
gewenste positie schuiven en klemschroef (12)
vastdraaien.
De geleiding (13) moet tijdens het schaven tegen
het werkstuk liggen.
8. Onderhoud
Haal het accupack uit de machine voordat
instel-, ombouw-, onderhouds- of
reinigingswerkzaamheden uitgevoerd worden.
Gevaar voor letsel door scherpe kanten van
het schaafmes.
De messenas draait nog na, nadat de machine
werd uitgeschakeld. Wacht de stilstand van de
messenas af.
Bot geworden schaafmessen (21) draaien
resp. vervangen (zie pagina 3, afb. B)
1. Aandrijfriemen (18) draaien totdat het
schaafmes goed toegankelijk is.
2. Bevestigingsschroeven (19) met sleutel (20) los
draaien (niet eruit draaien).
3. Met een stuk hout het schaafmes (21) zijdelings
(zie pijl in de afbeelding) eruit schuiven.
4. Gedraaid resp. nieuw schaafmes (21) erin
schuiven. (Best.nr. zie hoofdstuk 10.
Toebehoor).
5. Schaafmes (21) in het midden uitlijnen: hij steekt
links en rechts telkens 1 mm uit over de
messenas (22).
6. Bevestigingsschroeven (19) met de sleutel (20)
aandraaien (10-15 Nm) - de middelste
bevestigingsschroef als eerste.
7. Tweede schaafmes eveneens draaien resp.
vervangen.
ALLEEN INDIEN NODIG: schaafmes-houder
(23) instellen (zie pagina 3, afb. C)
De schaafmeshouder (23) is af fabriek correct
ingesteld. Mocht hij versteld zijn, stelt u hem als
volgt weer in:
1. Aandrijfriemen (18) draaien totdat het
schaafmes goed toegankelijk is.
2. Bevestigingsschroeven (19) met sleutel (20)
eruit draaien.
3. Bevestigingsplaat (24) verwijderen.
4. Schaafmes (21) en schaafmeshouder (23)
verwijderen.
5. Schroeven (26) los draaien.
6. Schaafmeshouder (23) (zoals weergegeven) op
de instelmal (25) leggen:
Zo verschuiven, dat de schaafmeshouder (23)
op punt A ligt en gelijktijdig het schaafmes (21)
op punt B tegen de instelmal (25) ligt. Zie
afbeelding!
7. Beide schroeven (26) vast draaien (1,4 - 2,2
Nm).
8. Schaafmeshouder (23) en schaafmes (21)
(zoals weergegeven) in de messenas (22)
plaatsen en in het midden uitlijnen.
9. Bevestigingsplaat (24) (zoals weergegeven)
plaatsen en de bevestigingsschroeven (19) met
de sleutel (20) aandraaien (10-15 Nm) - de
middelste bevestigingsschroef als eerste.
10.Indien nodig de tweede schaafmeshouder (23)
op dezelfde manier instellen.
9. Verhelpen van storingen,
reiniging
Haal het accupack uit de machine voordat
instel-, ombouw-, onderhouds- of
reinigingswerkzaamheden uitgevoerd worden.
Gevaar voor letsel door scherpe kanten van
het schaafmes.
NEDERLANDS nl
19

Hide quick links:

Advertisement

loading